JAARGANG 1969

                              WEDSTRIJDEN O T/M O

OCHTEN (19 juli).1969

Amateurs: 1. W. Holstege, 2. R. Liebrechts, 3. H. Holstege, 4. K. Balk, 5. T. Oudshoorn, 6. J. de Wit, 7. H. Gorter, 8. J. Ribbers, 9. H. Bot­terhuis, 10. S. Douma.

Nieuwelingen: 1. A. Schipper, 2. A. Kelderman, 3. M. de Veer, 4. W. Nooren, 5. W. Dompseler, 6. H. Verhoeven, 7. W. Pater.

 

OEFFELT (17 augustus).1969

Amateurs: 1. P. v. Katwijk, 2. W. Prinsen, 3. Ch. Rouw, 4. W. de Vlam, 5. J. Cornelissen, 6. W. v. d. Putten, 7. G. Zoontjens, 8. H. Roelofs, 9. H. Botterhuis, 10. W. Willems.

Nieuwelingen: 1. T. Kelderman, 2. K. Klinkers, 3. F. v. Katwijk, 4. J. Bloed, 5. F. v. Lokven, 6. N. Brouwers, 7. W. v. Helvoirt, 8. A. Jansen.

Adspiranten: 1. M. Maessen, 2. F. Veldhuizen, 3. T. Trentelman.

 

OIRSCHOT (6 juli).1969

Amateurs: 1. Meijer, 2. v. Gerwen, 3. Koevermans, 4. Rutten, 5. Nees­kens, 6. v. Riet, 7. Beurden, 8. v. d. Berg, 9. v. d. Boer, 10. v. Hest.

Nieuwelingen: 1. Geldens, 2. Hordijk, 3. Helvoirt, 4. Moonen, 5. Beuse­kamp, 6. v. Katwijk, 7. Wijdeven, 8. v. Mierlo.

Adspiranten: 1. Fred Veldhuizen, 2. Jac Spijkerboer, 3. Klaas Sterk.

Veteranen: 1. J. Cornelisse, 2. Henk van de Kloot, 3. Nol Roelofs.

 

OIRSCHOT (Omloop van het Zuiden) (6 september).1969

Nieuwelingen: 1. J. Zuydweg, 2. R. Aversteeg, 3. B. Hordijk, 4. J. Spronkmans, 5. T. v. Hinthem, 6. M. Dohmen, 7. B. ter Harmsel, 8. G. v. 't Geloof.

 

OISTERWIJK (1 juni).1969

Amateurs: 1. T. Barten, 2. E. Diepeveen, 3. W. Liebrechts, 4. R. Liebrechts, 5. M. Bouman, 6. J. Bruessing, 7. C. Leunis, 8. J. Smul­ders, 9. H. v. Vught, 10. P. Blom.

Nieuwelingen: 1. B. Jurriaans, 2. W. v. Helvoirt, 3. P. Kuijs.

Adspiranten: 1. A. Dekkers, 2. J. v. d. Lugt, 3. K. Sterk.

 

OLDEBROEK (13 juni).1969

Amateurs: 1. W. Vlot, 2. H. Holstege, 3. E. Dickhof, 4. H. Holstege, 5. J. Dickhof, 6. H. Scholten, 7. G. Wildeboer, 8. A. Koster, 9. J. Pluimers, 10. B. Groen.

 

OLDEBROEK (27 augustus).1969

Nieuwelingen: 1. H. Poppe, 2. P. Kleine, 3. H. Snoeijink. 4. A. Wie­gersma, 5. G. Nederhof, 6. A. Schipper, 7. J. Huisjes. 8. D. Goorman.

 

OLDEMARKT (16 augustus).1969

Nieuwelingen: 1. P. Kleine, 2. H. Snoeijink, 3. G. Auf der Haar,, 4. G. Mohlmann, 5. H. Poppe, 6. J. Bakker, 7. A. Bos, 8. T. Udding.

 

OLDENZAAL (4 mei).1969

Amateurs: 1. B. Groen 80 km in 2.2.37, 2. W. Holstege, 3. Th. Meijer, 4. J. Pluimers, 5. J. v. Dam, 6. P. Oosterhof, 7. G. Bruinsma, 8. H. Scheuten, 9. E. Boekholt, 10. J. Vlastuin.

Nieuwelingen: 1. H. Snoeiink 40 km in 1.3.2, 2. G. Hoven, 3. C. Hais­ma, 4. Th. Udding, 5. J. Schonewille.

Adspiranten: 1. H. Kamerhuis 20 km in 32.17, 2. Laan, 3. Winenkers.

 

OLYMPIA’S TOUR ( 16 mei t/m 22 mei).1969

Meesterlijk steekspel in slotrit besliste

                                            boeiende Olympia’s Tour door Nederland

                Winnaar PETER LEGIERSE naar werken beloond

Ongetwijfeld zal men ver in de geschiedenis van Olympia's Tour door Nederland moeten teruggaan om eenzelfde uiterst bewogen finale te vinden zoals nu - anno 1969 - ten tonele werd gevoerd. Misschien zelfs is het wel nooit voorgekomen, dat juist in de slotrit de intrige zodanig werd opgevoerd, dat alle prognoses, alle bij voorbaat gerichte loftuitingen aan de potentiele winnaar zonder meer in de prullenmand gegooid konden worden.

De meesterlijke coupe waarmee beide ploegleiders Noel Fore en Piet Liebregts de concurrentie hebben schaakmat gezet en waarmee de gedoodverfde favoriet Henk Benjamins naar de achtergrond word gereden, zal ongetwijfeld in vele kringen als een niet zo bijster “sportieve" combine worden gezien. Toch ligt het naar ons gevoel anders, want het was een publiek ge­heim dat ook Benjamins' Caballero-mannen elders' “steun" hadden gezocht in verband met het feit dat zij te licht bevon­den waren om de leiderstrui met succes te kunnen verdedigen.

Waar nog bijkomt dat in een Tour, waarin zo verbeten werd geknokt en in feite iedere dag de strijd volkomen open werd gegooid, eigenlijk nimmer de juiste taktiek van de ploegen onderling kon worden bepaald. Het was slechts een gissen, vooral voor hen die direct voor de eindzege in aanmerking kwamen.

Met de 23-jarige Peter Legierse, na zijn huwelijk met oud­wielrenster Trudy Steenvoort in Den Haag woonachtig, heeft zonder enige twijfel een renner gewonnen, die niet bepaald altijd aan de grote weg timmert. Hij is dan ook geen „topper" in de ware zin van het woord, maar toch was deze zelfde Le­gierse in deze Olympia Tour bij vrijwel iedere belangrijke ont­snapping. Evenals Benjamins, was hij onopvallend - maar wel doelbewust - in de eerste regionen van het individuele klassement opgeschoven, gaf dit nog meer gestalte door in de vijfde rit Geleen-Oploo met de goede vlucht mee te gaan. In deze etappe reed hij trouwens een poosje als virtueel -leider en eigenlijk hadden zijn directe belagers toen reeds beducht moe­ten zijn voor Legierse's strijdplan. Hij kwam van de tiende naar de zevende plaats, toonde - in tegenstelling tot vele anderen - met de dag beter te gaan rijden. En al zakte hij na de zesde rit, waarin de later vereden individuele tijdrit was verdisconteerd, een plaatsje terug, het getuigde toch hoe con­stant hij zich wist te handhaven.

NIET GEZIEN. . .

Het lag voor de hand dat vooral de Flandria-equipe, die met de 2 van Smiths-Acifit geleende Peter Legierse en van de niet deel­nemende Van der Meij's Vleeswarenploeg Cor Leunis kreeg toegewezen, op de laatste dag nog alles of niets zou spelen.

Daarbij kwam dat de formatie van Piet Liebregts, welke door de grote tegenslag van Harry Jansen op de eerste dag toen maar alles op Peter v. d. Kruijs ging spelen doch in deze opzet ook word gedwarsboomd door diens jammerlijke val in de rit Bladel-Elsloo, maar al te graag een handje toestak. Men was teveel met elkaar geassocieerd; bij voorbaat stond reeds vast dat een mogelijk „gentlemen's agreement" tot stand zou ko­men, wanneer het koersverloop een dusdanig karakter ver­toonde dat het een voor het andere waard zou zijn".

Drie klinkende etappe-zeges waren reeds in de portefeuille van de “Flandriens" terecht gekomen, twee van de supersnelle Gustaaf van Roosbroeck en een van de begaafde Jean-Pierre Monsere. Ook stond het vast dat het puntenklassement (Van Roosbroeck) in handen zou blijven. Eveneens echter, dat juist de Belgen in de allerlaatste etappe nog een greep naar de macht zouden doen. De volledige aandacht richtte zich op Monsere. Deze was bij herhaling door Fore genoemd als de man die hij naar voren wilde schuiven. Tenslotte gaat deze 20-jarige student in de loop van dit jaar over naar de beroeps­renners en ligt het contract met Flandria-De Clerck reeds met eon voorlopige handtekening klaar. Een zege in deze geweldige Internationale Olympia's Tour door Nederland zou dan ook welkom zijn ...

Zo dacht iedereen en eigenlijk was dat ook wel het meest voor de hand liggend. Persoonlijk echter had „Jempy" er een ge­heel andere gedachte over. Mocht het zo uitkomen, dan zou hij ongetwijfeld toeslaan. Er evenwel speciaal voor rijden, zich er desnoods voor forceren, dat kwam in hem niet op. Zijn con­centratie ligt op een ander tijdstip, meer bepaald op Brno in Tsjechoslowakije, waar in augustus een wereldtitel ligt te wachten. En toch deed diezelfde Monsere alsof het er in de laatste rit nog maar van moest komen. Hij wipte eens weg, bracht daarmee het spel volledig op de wagen, opende de val waarin de arme Benjamins als leider, maar ook een Piet Hoek­stra en een Wimke Prinsen moesten terecht komen. En plots toen de juiste trein, subliem gerangeerd door de beide Smiths­-Acifit-renners Peter v. d. Kruijs en Frits Hoogerheide, vertrok, zat daar ineens Peter Legierse bij. Onopvallend alweer, maar wederom attent. Zijn Belgische ploegmakker Tonny Gakens eveneens. Voor het geval dat de meteen tot kopman gebombar­deerde Legierse pech of zo mocht krijgen. En om het spel te completeren, was ook de onberekenbare Drent Jan Aling (heeft net als v. d. Kruijs in deze gehele Tour een uitstekende indruk achter gelaten) met de beide ,Vlotjes" - Wicher en Jans - meegetrokken. Dan kon hij bij eventueel slagen ten­minste de prijs van het Trico Noble-klassement in de wacht slepen en aangezien de Ketting-Didam-formatie “in de slag" was gegaan voor Caballero, kon er niets op tegen zijn, dat Aling met de “Vlotten" het graantje van het dagploegenklas­sement meepikte.

Niemand van de ernstigste favorieten had het door. Ze hadden Legierse niet eens zien gaan, ze kwamen te laat om nog in te grijpen. Ook een Fedor den Hertog, die weliswaar kilometers lang alleen heeft gejaagd en later door de speciaal uit de kop­groep nog terugvallende Joop Zoetemelk werd opgewacht, miste het raffinement waarmede beslissingen op hoog niveau worden geforceerd.

VOORDEEL

Tijdens de Omloop der Kempen maakten wij voor de start een praatje met Peter Legierse. We zeiden hem toen, dat hij met het “uitlenen" naar Flandria mogelijk een bijzonder voordeel zou genieten. Daarin kon hij naar ons gevoel meer dan in de eigen ploeg, zijn eigen kans gaan. In tegenstelling tot hetgeen gebeurd is, hadden we namelijk niet verwacht dat een Monsere en een Van Roosbroeck een rol van betekenis in de Olympia's Tour door Nederland zouden spelen. Het verloop van de strijd heeft het tegendeel bewezen. Maar ook dat Legierse, toen de tijd eenmaal daar was, inderdaad zijn eigen kans mocht wagen.

Hij heeft dat met beide handen aangegrepen en al is het jam­mer, dat de in het Zuidhollandse Den Bommel geboren Peter niet middels een ritzege of een ander groot “exploot" voor de Tour de kijker op zich heeft kunnen richten, men zal zeker niet kunnen stellen, dat hij met meer geluk dan wijsheid deze achttiende uitgave van Olympia's rondrit (de mooiste en meest voortreffelijk georganiseerde uit de gehele reeks) heeft ge­wonnen.

Twee jaar geleden werd de Tour eveneens pas op de eind­streep beslist. Het was de Tilburger Zoontjens, die middels zijn vlammende eindsprint de bonificatie in de wacht sleepte en concurrent Wagtmans daarmee naar de tweede plaats verwees. Er kon toen inderdaad van een nogal “geslepen" overwinning worden gesproken. Zoontjens was niet zoveel in de slag geweest en had zich als 't ware laten meedrijven. Toch logenstrafte hij alle kritiek en won direct daarop met groots vertoon de tweedaagse Ronde van Brabant.

Van Peter Legierse kan zulks niet gezegd worden. Hij is drie dagen achtereen mee in de aanval gegaan en werkte ook tij­dens de zonder enige twijfel met “gouden letters" in de boeken komende laatste etappe keihard mee om zijn misschien onver­wachte, maar toch bijzonder spectaculaire groep naar de macht te doen slagen. Aan hem nu de taak om zo vlug moge­lijk in een andere koers zijn “bevestiging" af te dwingen. Mo­gelijk in de Internationale Ronde van Midden-Zealand?

VAN DAG TOT DAG

Elsloo-Geleen. We schreven het reeds: deze 18e Olympia's Tour logenstrafte alle feiten zoals deze vooral de laatste jaren konden worden opgetekend. Immers, ook de vlucht over de Limburgse heuvelen had in het verleden altoos een nagenoeg compleet „pak" aan de meet gebracht. De strijd kwam er hoe­genaamd nimmer tot volle ontplooiing en zo vermetele uitda­gingen toch enig effect schenen te sorteren, kwam meestal vlak voor de eindstreep de massa de boel weer recht trekken.

Ditmaal een totaal ander beeld. Waarschijnlijk een gevolg van de slag welke vooral op de allereerste dag had geheerst en waarvan alle scherven nog niet geheel waren gelijmd. De barre weersomstandigheden hadden het trouwens de eerste drie da­gen bijzonder moeilijk gemaakt. Bovendien reed het renners­veld met een dergelijke intentie en werd de strijd om de hege­monie met zulk een volkomen open vizier ten tonele gevoerd, dat deze Tour van Olympia ongetwijfeld een bijzondere kant­tekening verdient.

Tussen Elsloo en Geleen dienden slechts 150 km te worden ver­hapstukt. Gezien de bijzondere wijze waarop de Belgen de koers naar hun hand zetten en -de manier waarop vooral de 21-jarige diamantslijper Gustaaf van Roosbroeck - getrouwd en reeds vader van een tweeling - zijn stempel op het verloop drukte, kwam het ons voor dat men ook in deze vierde rit de tolerance klein zou houden. Toch wist een omvangrijke kop­groep weg -te komen, een groep die door Spetgens en Leferink, de Italiaan Rosolen en nog wat anderen tot stand kwam en die later nog werd aangevuld door v. d. Donk, Nieuwkamp, v. d. Burgh, Westrus en Van Venrooy alsmede de grootste animator van de dag: Zoetemelk.

En ook de stoere Fries Hoekstra, die niet bepaald gevleugeld omhoog gaat, maar dit gemis tracht te compenseren door te klimmen op de”Anquetil-manier" - een hoger verzet dan eigenlijk verantwoord is - alsmede alweer Zoetemelk (bleef als winnaar van het Circuit des Mines toch onder de verwach­tingen) probeerden een definitieve beslissing te forceren.

Hoekstra stond nog altijd dicht bij de leiderstrui - slechts 1.28 min. achterstand - en daarom wilde hij precies op het terrein waar normaliter voor hem de grootste moeilijkheden liggen, zijn slag slaan. Samen kwamen zij tot ruim twee minu­ten en toen reed de Dokkummer krachtpatser als virtueel lei­der. De jacht kwam op volle gang, het tweetal werd bijgehaald door de reeds genoemde kopgroep, waarin voorts nog Benja­mins onopvallend meegleed en later aan de streep zelfs het Oranje zou opeisen. Eveneens was de in deze Tour zo door tegenslag geplaagde Peter van der Kruijs met deze eersten meegekomen, alsmede de Belg Jean-Pierre Monsere, die de druk der Flandria-renners nogmaals onderstreepte door zeer knap de etappe te winnen op de door regen totaal doorsijpelde sinters van Sportpark Geleen.

De als “koninginnerit" aangemerkte bergetappe door Zuid­-Limburg was gereden, een nieuwe leider (Henk Benjamins) kwam de aandacht vragen, maar toch voor de derde achter­eenvolgende dag de meeste winst in de zak van de Belgen. Zij speelden het voortreffelijk, al was er met Benjamins een nieuwe kandidaat naar voren getreden, die misschien nog het minst geleden had.

De uitslag: 1. Monsere (B.) 150 km in 3.21.39 (met bon.), 2. Spetgens, 3. Leferink, 4. v. d. Kruijs, 5. Zoetemelk, 6. Wiles (Eng.), 7. Rosolen (It.), 8. Benjamins, 9. v. Venrooy, 10. Kooken, 11. op 5 sec. Tabak, 12. Hoekstra, 13. Giroli (It.), 14. Aldershof, 15. v. d. Burgh, 16. op 39 sec. v. Roosbroeck (B.), 17. Prinsen, 18. Janbroers, 19. Wouters, 20. v. Katwijk.

Dagploegenklassement: 1. Smiths-Acifit 10.06.31, 2. HeUnen Motors z.t., 3. Caballero z.t., 4. Belgie 10.07.00, 5. Vredestein 10.07.05.

Geleen-Oploo. Lange tijd leek het er in de 155 kilometer tus­sen Geleen en Oploo op dat de Olympia Tour een nieuwe ont­wikkeling tegemoet ging. Vooral omdat voor de zoveelste maal de directe kanshebbers de strijd schuwden en men tevergeefs op een aanval van bijvoorbeeld de kleine Wimke Prinsen of van Van Roosbroeck of zelfs van Hoekstra wachtte. Bovendien kon Den Hertog nog steeds zijn „draai" niet vinden, deed Mon­sere zo min mogelijk, waar­schijnlijk wachtend op de aller­laatste fase, waarin de Tour wellicht nog naar een verras­send hoogtepunt gevoerd zal worden.

Zij reageerden allerminst op de insubordinatie welke Peter Le­gierse toen reeds plaatste. Met de bijzonder strijdlustige Pust­jens en verder met v. d. Ruit, Schoofs, Hoogerheide, Ooster­hof, Hassink, Aling (steevast in de slag) en animator Voogt gleed hij zomaar uit het „pak" vandaan. Chef d'equipe Fore had hem volledige vrijheid van handelen gegeven, wellicht ver­moedend, dat met de niet zo gevreesde Legierse misschien de beste slag kon worden ge­slagen.

En Benjamins ? Hij reageerde lauw op de aanval, beperkte zich tot wat controle-werk van de meest gevaarlijke concur­renten. De voorsprong van de spits liep hoog op, van seconden werden het zelfs minuten en eigenlijk is het wonderlijk dat op deze dag vanuit Limburg naar het Oostbrabantse Oploo niet de definitieve ontknoping is gevallen. Want onderweg lag het voordeel reeds stevig in handen van Legierse, de trein waarin hij mee voortdenderde, miste evenwel de vernietigende stoot­kracht. In de achterhoede begon men te jagen, harder en har­der. Tenslotte werd de achterstand tot iets meer dan een mi­nuut gereduceerd. Popke Oosterhof kon middels een sterke eindsprint de dagprijs pakken, belangrijker was echter dat Legierse duidelijke winst had weten te boeken. Hij schoof op naar de 7e plaats, telde nog slechts 1,24 min. achterstand op Benjamins.

Weer had de Flandria-ploeg, zij het dan door een Nederlander, een duidelijke slag binnen. Er was een mede-kandidaat voor de eindzege naar voren gekomen. En in het algemeen ploegen­klassement werd de positie nog verstevigd door de als gedood­verfde favoriet Amstel Bier (met de sterke tijdrijdens Den Hertog, Zoetemelk en De Koning) in de later op deze dag ver­reden ploegentijdrit met zeven-tiende seconde te verslaan.

De uitslag: 1. Oosterhof 159 km in 3.34.57 (met bon.), 2. Aling 3.35.2 (met bon.), 3. v. d. Kruijs 3.35.7 (met bon.), 4. Legierse 3.35.12, 5. Has­sink, 6. Schoofs, 7. Hoogerheide, 8. Pustjens, 9. Voogt, 10. v. d. Ruit, 11. Jansen 3.35.37, 12. Monsere (B.) 3.35.44, 13. Bravenboer, 14. Jan­broers, 15. v. Roosbroeck (B.), 16. Nieuwkamp, 17. v. Katwijk, 18. Sluper, 19. Bakker, 20. Dekker.

Dagploegenklassement: 1. Smiths-Acifit 10.46.01, 2. Ketting Metaal 10.46.08, 3. Drenthe 10.46.08, 4. Belgiis 10.46.40, 5. Amstel Bier 10.46.40.

Ploegentijdrit: 1. Belgie 21 km in 25.57,3 (met bon. 24.57,3), 2. Amstel Bier 25.58,0 (met bon. 25.28,0), 3. Ketting Didam 26.17,6 (met bon. 26.02,6), 4. Smiths-Acifit 26.25,5, 5. Drenthe 26.26,3.

Oploo-Nijverdal. Met de ploegentijdrit van de vorige avond nog in de benen en een individuele rit der waarheid voor de boeg, lag het voor de hand, dat men het liefst enige rust wenste tijdens de etappe naar het Overijsselse Nijverdal. Bij een proefkoers zou het wedstrijdelement dan volledig „stil" gelegd worden, bij amateurs is dat evenwel allemaal anders.

Daar blijft men attaqueren, tijdritten of allerlei andere mogelijk te verteren “schuiven" ten spijt. Men rijdt allemaal voor het vaderland weg, weldoordachte taktiek ten eigen voordele komt er hoegenaamd niet bij te pas. Economisch te werk gaan is er evenmin bij en al geven de ploegleiders natuurlijk advies en wijze raad, meestal ligt het in de praktijk volledig anders.

Amateurs gaan in op iedere uitdaging, voelen bij iedere de­marrage - belangrijk of onbelangrijk - de kriebel in de benen.

Toch zijn ze soms ook slordig, speciaal wanneer kostbare se­conden op de schaal liggen. Wat te zeggen bij voorbeeld van leider Henk Benjamins, die nota bene zestien seconden te laat aan de start kwam voor de o zo belangrijke individuele tijdrit. Een excuus is daarvoor niet mogelijk, niet voor hem en niet voor zijn ploegleider. Vooral een aanvoerder van het algemeen klassement dient met alle zorg te worden omringd, in zijn concentratie volledig te worden gesteund en er op wor­den voorbereld dat hij „in 't startschot kan vallen". Rekent men de onnodige verliestijd van Benjamins terug, dan zou niet Piet Hoekstra de beste tijdrijder zijn geweest, maar Henk Ben­jamins. Achteraf bezien, na afloop van Olympia's Tour, zou­den de zestien seconden hem toch niet aan de eindzege hebben geholpen, maar dat was in Nijverdal niet te voorzien.

In de voorafgaande „rit in- lijn" kwam de vierde buitenlandse etappe-zege middels Giuseppe Rosolen tot stand. Na wat spel­deprikken van Prinsen, de kleine vechtjas bleef naar openingen zoeken, trok in Bemmel (45 km) een tweetal weg, luisterend naar de namen Nico Vermeulen en Cor Leunis. Verderop, in Arnhem, kwamen ook de Deen Nielsen, de Italiaan Rosolen en verder Jans Vlot, Harrie Schoofs en Benjamins' adjudant, de jonge Ron Bakker mede op de eerste rij. Uiteraard verwissel­de Leunis zijn aanvalstenue gelijk voor dat van de verdediging, want onder geen enkele voorwaarde voelde de Flandria-man voor een dwarsbomen van het eigen ploegbelang. Toch liepen de koplopers steeds verder weg, in Giessen 1.15 min., in Does­burg anderhalve minuut, in Ruurlo zelfs al 2.35 min. Een ge­sloten spoorwegovergang deed een halve minuut verlies op­tekenen, maar toch raasde men onverdroten voort. Bakker, ja vooral de jonge debutant - kortelings nog winnaar van de Ronde van de Noordoostpolder - wilde wel keihard rijden.

Daarmede zou de concurrentie van Benjamins een gevoelige klap krijgen of althans zodanig aan banden worden gelegd, wat vanuit die zijde geen vrees was te koesteren.

Toch kwam er achteraan beweging. Onder leiding van Mon­sere en Van Roosbroeck werd een omvangrijke jachtgroep tot stand gebracht en ook vooraan begon men „door" te zitten.

Bakker het eerst, de anderen - op Rosolen na - daarna. Op de Holterberg, welke halverwege overgaat in de Nijverdalse Berg, werd de aansluiting tot stand gebracht. Behalve met Rosolen, die plaatste de laatste sprong en greep na een ver­woede jump de zege.

De uitslag: 1. Rosolen (It.) 153 km in 3.19.23 (met bon.), 2. Prinsen 3.19.41 (met bon.), 3. Pustjens 3.19.46 (met bon.), 4. v. Katwijk 3.19.51, 5. Nielsen (Den.), 6. Nieuwkamp, 7. ex aequo een groep met o.a. Mon­sere, v. Roosbroeck, Leunis v. d. Kruijs.

Dagploegenklassement: 1. Italie 9.59.20, 2. Belgie 9.59.33, 3. Amstel Bier, 4. Vredestein, 5. Caballero allen z.t.

Individuele tjidrit Nijverdal: 1. Hoekstra 10 km in 11.56,9 (met bon.), 2. Zoetemelk 12.08,3 (met bon.), 3. v. d. Ruit 12.17,3 (met bon.), 4. Monserd (B.) 12.24,0, 5. Benjamins 12.24,6, 6. v. Roosbroeck 12.27,5, 7. Pustjens 12.32,5, 8. Leferink 12.33,5, 9. W. Vlot 12.33,7, 10. Den Hertog 12.36,4, 11. Rosolen (It.) 12.37,4, 12. Spetgens 12.37,5, 13. Hassink 12.38,9, 14. Kellenens 12.39,1, 15. Baroni (It.) 12.39,5, 16. Jansen 12.40,4, 17. v. d. Leeuw 12.40,5, 18. v. Venrooy 12.40,9, 19. Gakens 12.41,5, 20. De Koning 12.41,7.

Nijverdal-Amsterdam. In de zonnige Overijsselse nijvenheids­plaats broeide het. Men voelde dat er in deze laatste rit wat ging gebeuren. Niemand kon verwachten dat de Belgen en misschien ook nog de Amstelmannen zich bij de huidige stand van zaken zouden neerleggen. Bovendien wilt men dat de Caballero's niet bepaald op volle oorlogssterkte waren en dat op de voorafgaande dag reeds enkele malen een welwillende hand werd toegereikt door renners van de Ketting-Didam­ploeg. Bewust of onbewust, maar toch zo opvallend, dat wel degelijk een keiharde tegenzet kon worden verwacht.

Flandria en Smiths-Acifit sloten bijna openlijk het verbond. Noel Fore en Piet Liebregts zegden elkaar alle steun toe en zagen het in een verrassende, maar zeer lange uithaal, waarin seconden tot minuten konden worden uitgebreid. Ook Herman Krott's Amstelrijders voelden er wel wat voor, want de op papier zo bijzonder sterke ploeg was bijna geheel neit in het stuk voorgekomen. Met een Zoetemelk, een Den Hertog, een De Koning of een Voogt. De enige, die nog wat had laten zien, was Van Katwijk, maar de kleine man uit Oploo mist nog teveel „fond" om zich als een kanshebber voor de eindoverwin­ning op te werpen.

Henk Benjamins wist dat hem een uiterst moeilijke dag te wachten stand. Vol goede moed vertrok hij. Reeds op de Hol­terberg wipten Kelleners, Tabak en Pustjens weg. Meteen werd deze aanval gelocaliseerd door Van Roosbroeck, Schoep en Monsere, terwijl de twee anderen van het „verbond", Jansen en Bravenboer alsmede de meegekomen Van Venrooy en Spet­gens eveneens de pionnen voor de komende meesterzet op het ingewikkelde speelbord zetten. Monsere, Pustjens en Den Her­tog trokken gedrieen nog eens weg, waarschijnlijk om de aan­dacht op hetgeen zou gaan komen nog eens extra af te leiden en de bewaking volledig op zichzelf elaten richten. Pustjens speelde in dit alles een volledig ondergeschikte rol. De jacht van het peloton bracht de eerste bressen in Benjamins bas­tion. Diepeveen en Van Vught konden niet meer mee en ver­zeilden in groep drie. Vooraan ging het gebeuren. Legierse trok met Hoogerheide en Groen weg. Aling en Van der Leeuw kwamen aansluiten, Aldershof en v.d. Kruijs eveneens. Schoep, Groen en Tabak sehaduwden wat achter dit zevental, maar konden toch niet verhinderen dat een tweede groepje, bestaan­de uit Gakens, Wouters, Jans en Wicher Vlot, Buis, Vermeulen en Zoetemelk eveneens naar voren raasde.

De arme Benjamins was erin gelopen, beter gezegd: wegge­fietst. Vrijwel zonder hulp probeerde hij alleen al deze ,sluip­schutterij" lam te leggen. Hij zat op 45 sec. van de eerste kop­lopers, terwijl de groep Zoetemelk al negen streepjes winst kon gaan tellen.

En waar bleven die andere belanghebbenden zoals Hoekstra en vooral Prinsen nu? Zaten zij er echt door? In ieder geval werd het touw steeds strakker om Benjamins nek aangehaald.

Hij moest en zou verstikken in de intrige, welke zo'n sensatio­nelt ontknoping van deze uiterst bewogen Olympia Tour zou brengen. Bij Hall kwamen de twee patrouilles bij elkaar, na­dat Van der Leeuw in zijn overmoed eerst nog dacht het alleen te kunnen klaren. In Ede telde men drie minuten winst voor de kop, in Veenendaal zelfs nog een halve minuut meer. En dat op een achtervolgend groepje waarin v. d. Ruit, Wanders, Bravenboer (controle!) en Groen, alsmede Jansen (tweede controle!), Bakker (te laat om Benjamins te redden), Voogt,  ('t Amstel Bier belang) en Brouns evenmin nog een duidelijk gewicht op de schaal konden leggen. Het gehavende peloton kwam op liefst meer dan 5 minuten langs. In die meute waren de groepen weer samengesmolten, maar inmiddels begonnen de Italianen Giroli en Rocolen en verder Den Hertog, Hoek­stra, Bruinsma, Sluper, Oosterhof, Nieuwkamp, v. d. Ruit, Bravenboer en Leferink de taken ernstig te nemen. Ook Mon­sere was meegetrokken. Er viel evenwel niets meer te wijzigen, want al begon Den Hertog later alleen een furieuze achtervol­ging en liet Zoetemelk zich zelfs nog terug zakken om zijn ploegmakker op te halen en zodoende misschien de eindzege toch nog in het Amstelvat te gieten, vooraan sneed men kei­hard door.

Vooral door de Smiths-mannen, die hun uitgeleende ploeg­makker Peter Legierse maar al te graag in het oranje hiel­pen. En de Hagenaar zelf deed er net zo hard aan mee. Hij schuwde geen moment het werk, kreeg moraal bij het ver­nemen van die prachtige voorsprong.

Als pseudo-Flandrien werkte hij er zelfs aan mee dat Frits Hoogerheide in de slotfase, door op de Zeeburgerdijk in het uitgelopen Amsterdam-Oost nog weg kon komen. Wat kon hem dat allemaal schelen. Hij ging immers de allermooiste zege uit zijn gehele loopbaan innen? Een etappe en een slot van Olympia's Tour door Nederland zoals nooit tevoren. Om nimmer te vergeten, zonder meer een ware apotheose. . .

De uitslag: 1. Hoogerheide 197 km in 4.17.40 (met bon.), 2. Aling 4.17.51 (met bon.), 3. v. d. Leeuw 4.17.56 (met bon.), 4. Aldershof 4.18.03, 5. Gakens (B.), 6. Groen, 7. J. Vlot, 8. Wouters, 9. Buis, 10. v. d. Kruijs, 11. Vermeulen, 12. W. Vlot, 13. Legierse, 14. Den Hertog 4.22.26, 15. 2oetemelk, 16. Van Roosbroeck (B.) 4.23.27, 17. Janbroers 4.23.32, 18. Braven­boer, 19. Cornelisse, 20. Leunis.

Dagploegenklasse­ment: 1. Drenthe 12.54.07, 2. Smiths­Acifit 12.59.30, 3. Bel­gie 12.59.33, 4. Bata­vus 12.59.38, 5. Ovis 13.05.05.

EINDKLASSE­MENTEN

Individueel: 1. P. Legierse 26.10.24, 2. P. v. d. Kruijs op 1.28, 3. J. Aling op 2.16, 4. H. Benjamins op3.34, 5. G. v. Roosbroeck (B.) op 3.31, 6. B. Groen op 3.57, 7. F. den Hertog op 3.59, 8. P. Hoekstm op 3.59, 9. J.-P. Monsere op 4.15, 10. W. Prin­sen op 4.33, 11. M. v. Venrooy op 5.02, 12. P. v. Katwijk op 5.53, 13. R. Cornelisse op 5.58, 14. W. Braven­boer op 6.36, 15. P. Oosterhof op 7.08, 16. L. Westrus op 7.46, 17. T. Tabak op 9,18, 18. M. de Koning op 10.40, 19. H. Schoofs op 10.48, 20. B. Jan­broers op 11.09,21. A. Voogt op 11.24, 22. G. Rosolen (It.) op 11.48, 23. T. Gakens (B.) op 12.31, 24. F. v. d. Ruit op 13.09, 25. J. Vran­cken op 13.41, 26. G. Bruinsma op 14.04, 27. N. Vermeulen op 15.09, 28. F. Hooger­heide op 15.28, 29. J. Zoetemelk op 16.15, 30. H. Jansen op 17.22, 31. R. Schoep (B.) op 18.02, 32. H. v. Zandbeek op 18.15, 33. J. Watson (Eng.) Gustaaf van Roosbroeck

Ploegen: 1. Belgie 78.21.28, 2. Batavus 78.30.11, 3. Vredestein 78.30.53, 4. Drenthe 78.31.28, 5. Amstel Bier 78.32.25, 6. Smiths-Acifit 78.35.28, 7. Ketting Metaal 78.43.58, 8. Caballero 78.44.55, 9. Olympia 78.53.47, 10. Peugeot-Michelin-BP 78.55.31, 11. Heijnen Motors 78.59.52, 12. Italii; 79.09.34, 13. Ovis 79.37.14, 14. Skol International 79.42.28, 15. Engeland 79.58.37, 16. Denemarken 81.17.41.

Puntenklassement (Sport en Sportwereld): 1. G. v. Roosbroeck (B.) 103 pnt., 2. P. v. d. Kruijs 87 pnt., 3. J. Aling 83 pnt., 4. J.-P. Monsere (B.) 79 pnt., 5. W. Prinsen 77 pnt.

Sprintklassement (Trico Noble): 1. J. Aling 8 5 pnt., 3. H. Schoofs 4 pnt.

 

OMLOOP DER KEMPEN (11 mei.).1969

          Rappe Jan Aling 'bekeek' het en won Omloop der Kempen

                    Magistrale race van FEDOR DEN HERTOG

Harde werkers worden dikwijjls maar heel slecht beloond. Niet alleen in het maatschappelijk leven, ook en vooral in de sport is het bekende spreekwoord van de paarden die de niet-ver­diende haver consumeren, van toepassing. Een recent voor­beeld daarvan is de derde plaats van Fedor den Hertog in de 21e uitgave van de schitterende Omloop der Kempen. Hij door­kruiste het Zuidbrabantse land, de natuurschoonrijke streek rondom Veldhoven, gelijk een Adder. Steevast in de slag, al­tijd attent.

Zo hebben we Neerlands meestbegaafde amateur nog nimmer aan het work gezien. Hij reed met de maarschalksstaf in de koerszak. Gaf deze zoals gewoonlijk weer uniek georganiseer­de wegkoers een duidelijk stempel.

Toch won hij niet. Slechts een derde plaats werd zijn deel. Met lede ogen zag hij hoe een Harry Jansen en de in de slotkilo­meters nogal werkschuwe Jan Aling hem in de ultieme meters voorbij flitsten. En tenslotte ook nog hoe Jansen, die wel de­gelijk zijn partijtje in de laatste en beslissende sprong had meegeblazen, door Aling werd overbluft. Een niet meer goed te maken fout van Jansen. Hij ging nog schakelen, had teveel geloof gehecht aan Alings woorden: „lk kan niet meer." De ontgoocheling tekende zich af. Vooral bij Harry Jansen, hij kwam niet eens meer zijn bloementuil voor de tweede plaats afhalen.

Zo gaat het in de sport. Onderweg worden wel kreten ge­slaakt, maar o wee wanneer de streep in zicht komt. Dan is alles weer volledig open, dan worden ook gemaakte afspraken de bodem ingejaagd. Een overwinning is alles, het finishdoek werkt als een magneet. Waarmee we beslist de kwaliteiten van Jan Allng niet willen kleineren; Ook deze heeft in de 181 kilo­meterslange wedstrijd knap werk laten zien. Maar het is jammer, dat de forsgebouwde Drentenaar zich onnodig deze gramschap op het lijf heeft gehaald. Natuurlijk liggen de prij­zen op de meet en moet men een koers bekijken. En ook kan het inderdaad voorkomen dat de “vlam" is opgebrand, maar dan heerst in de wielersport de ongeschreven wet dat men automatisch de eer aan de gangmakers laat.

Missehien is het te sterk uitgedrukt om te stellen dat Aling's zege een Pyrrus-overwinning was, maar deze uitspraak word door zijn optreden toch wel heel sterk benaderd. Enige weken geleden won hij de Ronde van Friesland. Op een wijze die veroverend aandeed. Jammer, heel jammer dat dit met zijn „dubbelslag", waarop geheel wielrennend Nederland met smart zat te wachten, niet zo is.

DOMINEREND

Het drukkend warme weer van voorbije zondag belette toch niet, dat er in de Omloop der Kempen gelummeld werd. Beslist niet, de snee zat er gelijk in. Er waren in de aanvang wat val­partijen, waarvan o.a. Stein, Verbeek, Buermans en Vennix de dupe worden en ook konden diverse lossers worden genoteerd. Dat is echter het cliche van nagenoeg iedere aanvang in een grote koers. Het hoort er nu eenmaal bij. Ook de lekke banden­parade, waarvan de kwieke Zwanenburger Buis de dupe werd. Rotterdammer Hordijk kreeg een doorslaande pignon en Em­bregts moest eveneens van de fiets om zijn versnellingsappa­raat in orde te brengen.

Vooraan waren John Cornelissen en wat later Henk Stander al eens op pad gegaan. Een nieuwe demarrage van Cornelissen bracht meteen Den Hertog tot insplratie, maar evenals de uit­haal van Michel v. d. Heijden (blijft met zijn kwaliteiten toch wat lang in de schaduw) was het allemaal nog te vroeg. De groep was te compact, het tempo te hoog. Even voor Netersel (61 km) knalden Peter Legierse, Piet v. Katwijk en Jan Aling weg. Dat was eigenlijk de inleiding tot het definitieve gevecht, want al werd eerst alles wear samengetrokken, nauwelijks 15 km verderop wipte Van Vught plotseling weg en direct daarop kreeg hij de uiterst geconcentreerde Den Hertog aan het wiel. Wederom reageerde Aling, nu met de dartele nieuw­komer Louis Rutten, van wie men in de nabije toekomst zeker meer zal gaan horen.

Dit viertal (bij wie aanvankelijk ook de later lossende Piet Buuts) bleef lange tijd voor de groep hangen. Een meute waar­uit steeds meer renners werden afgehaakt en waaruit v. d. Walle verdween met een tube zonder lucht. De jacht op het viertal deed een totale versplintering ontstaan. Er werden daarbij nogal wat belangrijke namen in de achterhoede ge­reden. Bij voorbeeld Hoekstra, de gebroeders Vlot, Balk, Evertse, Leferink en hoe is het mogelijk: ook de kwikzilver­achtige Westrus.

NOGMAALS

De vier koplopers werden vervoegd. Onder impuls van de Smiths-Acifit brigade Harry Jansen, Wim Bravenboer en Pe­ter Legierse trokken Tino Tabak, Leo Brouns, Ben Janbroers, Aad Duyker, Piet v. Katwijk, Hans Egberts en de in het Bel­gische Vosselaar woonachtige Jos v. Beers mee naar voren. De aansluiting werd bij Knegsel (96 km) volbracht en toen viel de deur gelijk in het slot. Niemand vanuit de achterhoede kwam er meer bij. Sterker nog: men werd daar op steeds grotere afstand gereden. Vooral wanneer Den Hertog eens even ging sleuren, dan trok de sterke waaier gelijk recht in een spoor. De Ronde van Belgie-winnaar was geladen, het gehele voorjaar waren zijn uitslagen in de grote wedstrijden ver beneden zijn kunnen gebleven. Reeds voor de Belgie Rond­rit zette hij zijn zinnen op de Omloop der Kempen. Vooral om­dat deze klassieke koers in de loop der jaren zo'n zwaar ge­wicht op de schaal van erkenning heeft kunnen leggen.

En daarbij deed ook Harry Jansen veel werk. Hij wilde perse een tweede overwinning, temeer daar hij over zijn rijden in Belgie niet geheel content kon zijn. Weliswaar heeft ook Jansen, evenals Spetgens, v. d. Leeuw, Hoekstra en Aling veel tot het grandioze succes van Den Hertog bijgedragen, maar de Westzaner had niet een ritje kunnen winnen. En zelf vond hij dat beneden zijn stand. Daarom vertrok hij, nog verbetener omdat een ongelukkige val hem in de daags voordien verreden Ronde om de Haarlemmermeer kansloos uitschakelde, met de allerbeste voornemens in de Kemper-Ronde.

De strijd ging zich vooraan toespitsen. Aling en Van Katwijk haalden uit, Egberts pareerde de sprong en Den Hertog locali­seerde de uitdaging. In Valkenswaard (165 km) trok de laat­ste zelf weg. Met direct Van Katwijk, Harry Jansen, Tabak, Aling en de haastig toekomende v. Beers aan het wiel. De grote slag dreef zinderend in de lucht, het moest er van ko­men! In Meerveldhoven, met nog een laatste lus van 20 km voor de boeg, gebeurde het. Een alles uiteenspattende demar­rage van Den Hertog bracht hem een vijftigtal meters voorop.

Jansen en Aling konden er nog maar net bijkomen. De snel­trein vertrok en kwam volledig op gang en alsmaar Fedor den Hertog die bleef doordreunen. Een enkele maal kwam Jansen op kop. Aling niet, die zat „door". Althans op zijn manier. Ann de streep zijn z'n beide makkers het aan de weet gekomen. Zelfs de door Den Hertog voor Jansen aangetrokken spurt kon er geen verandering in aanbrengen. It's all in the game!                 BRON:Jan Balder

Amateurs: 1. J. Aling, Bunnerveen, 181 km in 3.57.49; 2. H. Jansen, Westzaan; 3. F. den Hertog, Amsterdam; 4. op 1.49 B. Janbroers, Amsterdam; 5. W. Bravenboer, Rotterdam; 6. J. v. Beers, Vosselaar(B.); 7. P. v. Katwijk, Oploo; 8. A. Duyker, Beverwijk; 9. H. v. Vught, Boxtel; 10. T. Tabak, Amstelveen; 11. H. Egberts, Zutphen; 12. P. Le­gierse, Den Haag; 13. L. Brouns, Heerlen; 14. op 1.54 L. Rutten, Dom­melen; 15. op 6.41 W. Vlot, Wanneperveen; 16. W. Evertse, Zierikzee; 17. P. Hoekstra, Dokkum; 18. F. Hoogerheide, Ossendrecht; 19. G. Leferink, Haaksbergen; 20. op 7.12 min. J. Vlot, Wanneperveen; 21. H. Benjamins. Hollandscheveld; 22. K. Delnoy, Nijswiller; 23. K. Balk, Badhoevedorp; 24. A. Konings, Sprundel; 25. L. Westrus, Amsterdam; 26. W. Jacobs, Best; 27. H. Lucassen, Geleen; 28. H. Dohmen, Meers; 29. H. v. d. Laar, Son; 30. Th. v. d. Loo, Weert; 31. J. v. Riet, Val­kenswaard; 32. op 7.58 min. M. Pustjens, Roosteren; 33. op 9 min. Chr. Pepels, Stein; 34. H. de Kok, Tilburg; 35. F. v. d. Vleuten, Mierlo-Hout; 36. P. v. Beurden, Diessen.

 

OMLOOP VAN DE BARONIE (30 maart).1969

            Winnaar JAN SPETGENS speelde dominerende hoofdrol

We hebben in Nederland voor onze amateurs vele grote wegwedstrijden. Zogenaamde van stad tot stad-koersen en klassiekers. Een daarvan echter maakt altoos een grote indruk op ons, namelijk de Omloop van de Baronie. Daarin komt het onvervalste wegrennen, het zwoegen en ploeteren zo onweerstaanbaar naar voren, dat wij deze klassieker stee­vast als de Nederlandse “Parijs-Roubaix" willen betitelen.

Voorbije zondag zijn we opnieuw getuige geweest van deze prachtige Omloop en wederom hebben we ervaren hoe bikkelhard de renner moet zijn, die daarin tot een prestatie van formaat wil komen.

Er is daar in het Westbrabantse geen enkele mogelijkheid om zich tussen de wielen te laten meezuigen. Er moet kei­hard geknokt worden; kasseien, klinkerwegen, assepaad­jes, kale en vlakke polderwegen eisen het allerhoogste van de coureur.

In de Somerense winnaar Jan Spetgens (21 jaar en tegel­zetter van beroep) menen we dergeliijke uitzonderlijke gaven te hebben ontdekt. Al zal ook hij zich in de komende koer­sen natuurlijk moeten “bevestigen", zal hij middels grote uitslagen dienen te bewijzen dat zijn in de meest barre weersomstandigheden behaalde zege van de Baronie, geen uitschieter is.

De frisheid waarmee de blonde „Spet" over de eindstreep bolde, verried evenwel dat hij totaal niets geleden had. Wellicht is hij dan ook meer te verwachten ...

Ook deze Jubileumomloop heeft weer een karrevracht ellen­de over de renners uitgestort. Waarschijnlijk juist daarom gaat er van deze door de Bredase wielervereniging Sportief weer heel knap georganiseerde wedstrijd zo'n geheel aparte bekoring uit. Niet dat men met plezier alle narigheid zoals valpartijen, lekke banden en andere pech memoreert. Neen zelfs verre van dat, maar al deze in te calculeren oorzaken stellen eisen aan de routiers welke de al dan niet verborgen kwaliteiten zo bijzonder doen uitkomen. Men is volledig op zichzelf aangewezen, nimmer zal er een verrassende, naar de finish gedragen winnaar daarin te verwachten zijn. Vanaf het begin dient men er bij te zitten, te zorgen in de eerste „waaiers" te blijven,en liefst zo min mogelijk „op het kantje" te komen. Wat anders behoeft geen enkele illusie te worden gekoesterd.

VERLOREN EN VERSLAGEN

In de eerste dertig kilometer vielen in deze Baronie Omloop zoveel slagen, dat de bezemwagen uitpuilde. Er kon niemand meer bij. Pechhebbers bij de vleet, zoals bij voorbeeld een Evert Diepeveen die voorbij Terheijden plat reed en later een sterke Jo Vrancken die met hetzelfde euvel te kampen kreeg. Of een Cor Baars, Peter Nobel en Nico van Hest die bij de eerste smak betrokken geraakten en spoedig daarop gezelschap kregen van Peter van den Donk, Bertus Stolle, Jan Buis, Ad Konings, Theo Mansfelders, John Cornelissen, Wim Neeskens, de zo ongelukkig gevallen Jan Aling (ernsti­ge enkelblessure) en verder van onze in Belgie verblijf hou­dende landgenoot Jos van Beers, Aad Duyker, Siem Berk­hout, Harrie Dohmen en Ben Janbroers. Ook zij keilden in Wagenberg over het spekgladde wegdek. Jan Hordijk, Tino Tabak en nag wat anderen waren er eveneens bij betrokken maar deze twee probeerden met een verwoede achtervol­gingspoging het verlies weer ongedaan te maken. Slechts de onverzettelijke Hordijk zou uiteindelijk nog een behoorlijke klassering (zestiende) weten te bewerkstelligen.

Inmiddels was Peter van Stralen al eens op avontuur getrokken, spoedig gevolgd door Tony Barten, Cees Koeken, Wimke Prinsen, Jos Kemps en de helaas kort daarna lek­rijdende Peter van der Kruijs. Voor hem was het fini, even­als voor Ger Harings en Ted Blom. Zij stonden daar langs de kale Moerdijk verloren en verslagen voor de werkelijke slag was begonnen.

De kopgroep kreeg welkome versterking in Cees Stultjens, Harrie Schoofs, Juul Bruessing (een grote belofte), Piet van Katwijk en Wim Bravenboer, in Piet van Dongen, Frans van de Ruit, de moedige maar beslist talentrijke Ceesje van Straten, Joop Zoetemelk en Jan Spetgens. De kloof werd evenwel niet breed genoeg uitgehakt, want even voor Klun­dert streek nog een flinke moot op hen neer en toen telde men omstreeks 3'5 koplopers.

De vernieling in de achterhoede was compleet. Totaal ver­splinterd trok het deelnemersveld door het Westbrabantse landbouwgebied. Vooraan kwam een nieuwe splitsing tot stand. De alsmaar neerplenzende regen, aangevuld door een koude wind, werkte dat eveneens zeer in de hand en zo trokken Zoetemelk, Van Katwijk, Schoofs, Van de Ruit, Bertou, Van Straten, B,ravenboer, Bruessing, Prinsen en de man die ,gekomen was om te winnen" namelijk Theo van der Leeuw, een brede streep licht. Helaas reed ook Van der Leeuw lek; dat gebeurde vlak voor Oud Gastel. Vijftien seconden winst kwam er uit, maar toen reageerde de groep en was het weer „carte blanche".

ONHOUDBAAR

De Rijnsburger Cees Schijff stak vervolgens eens de neus aan het venster, ploeterde moeizaam voort door de beruchte Hel van Moerstraten, maar kon toch ook net de kracht op­brengen om eens alles op alles te zetten. Hij werd weer in­gelopen, maar inmiddels had Peter van Stralen een nieuw bandje moeten leggen, Leo Embregts een prachtige terug­komst naar de kop te zien gegeven omdat ook hij lek reed en kreeg Arnold Voogd te kampen met een onwillige derail­leur. De jonge Hennie van Zandbeek bracht de volgers eveneens in vervoering. Hij hoorde een band leegsissen, kreeg vliegensvlug een ander wiel en reed in een machtig tempo terug naar de eerste rij, waar Harrie Schoofs en Cees Frijters opnieuw de lont aan het kruit hadden gestoken.

Zij bleven wat voorop, kregen Schijff bij zich, maar toen begon zich het drama voor Schoofs af te tekenen. Eerst reed hij lek en toen hij na een dreunende achtervolging weer bij het jagersgroepje was gekomen, duurde het niet lang of nog­maals moest hij repareren. Frijters ging nog wat alleen door, kreeg toen evenwel plots gezelschap van de altijd atta­querende Thijs de Koning en Hans Egberts. Alleen De Koning kon lange tijd stand houden. In een hels tempo bleef hij voorthameren, snelde door Zundert heen maar moest tenslotte bezwijken voor de helse jacht die vlak achter hem ontstond. Jan Spetgens was er de aanstichter van. Hij demarreerde onophoudelijk. Links, rechts flitste hij over de weg en toen de werkelijk subliem rijdende Frans van de Ruit met de attente Cees van Straten ook nog bij hem kwa­men, was de zifting volledig.

Van Zandbeek, Embregts, Bertou, Egberts en De Koning vormden de eerste patrouille, Koeken, Bruessing, Van Kat­wijk, Bravenboer en Van Poecke de tweede terwijl Zoete­melk en Prinsen bijna de boot misten.

De finale werd ingeluid, een hels gevecht ontstond. De zaak werd volledig omvergekegeld, maar vijf dapperen te weten Jan Spetgens, Joop Zoetemelk, Cees Koeken, Frans van de Ruit en de jammergenoeg nog lekrijdende Wim Prinsen deden de deur in het slot vallen. Van Straten kon in dit geweld niet meer mee, hij loste. Hans Egberts getooid met een fraaie ringbaard, deed nog een moedige poging om aan­sluiting te vinden. Juul Bruessing sleurde en trok om de vijf vermetelen tot de orde te roepen. Alles te vergeefs, want daar in de buurt van Chaam, Gilze en Alphen waar kassei­wegen opnieuw alles vergden, kwam het tot een ware apotheose. Jan Spetgens vloog over de “koppen", zocht zo min mogelijk het naastliggende assepaadje, want daar zak­ten de wielen zo diep in weg. Ineens was het gebeurd. Hij reed zomaar weg, een, twee, vijf meter. Zoetemelk kon niet meer, Koeken zat er “door", Van de Ruit volledig op de knieen.

En Jan Spetgens boorde maar door, 't werd een halve, toen een hele minuut. Aan de streep waar velen het inslechte weer trotseerden, duurde het tenslotte bijna twee volle minuten eer Cees Koeken met een machtige eindsprint de tweede plaats kon grijpen. Ook hij had de opmars van Spet­gens niet kunnen pareren, de man uit Someren was in deze klassieke Omloop van de Baronie werkelijk een klasse apart.

Amateurs: 1. J. Spetgens, Someren, 163 km in 4.25.23; 2. C. Koeken, Acht­maal, 4.27.18; 3. J. Zoetemelk, Rijpwetering; 4. F. van de Ruit, Amsterdam; 5. W. Bravenboer, Rotterdam, 4.27.37; 6. H. Egberts, Zutphen; 7. T. van Poecke, Koe­wacht; 8. H. van Zandbeek, Vught; 9. C. van Straten, Schiedam; 10. P. van Kat­wijk, Oploo; 11. J. Bruessing, Bovenkerk; 12. M. de Koning, Scherpenzeel, 4.27.46; 13. W. Prinsen, Hank, 4.28.17; 14. T. van der Loo, Weert, 4.32.16; 15. L. Embregts, Stampersgat, 4.32.46; 16. J. Hordijk, Rotterdam; 17. P. Legierse, Den Haag; 18. M. Bertou, Den Haag, 4.33.12; 19. C. Frijters, Zegge; 20. C. Schijff, Rijnsburg; 21. H. Schoofs, Bladel; 22. H. Nak, Rotterdam, 4.35.53; 23. C. Swin­kels, Goirle, 4.35.57; 24. C. van de Pol, Puiflijk, 4.37.05; 25. A. van Opdorp, Hoo­gerheide; 26. R. Cornelisse, Amsterdam, 4.37.43; 27. H. van Bavel, Boxmeer; 28. A. Gorter, Amsterdam; 29. L. van der Wely, Vught; 30. F. Buermans, Wouw­ache Plantage; 31. J. van der Pol, Montfort, 4.41.33; 32. W. van Campen, Hulst; 33. S. Noordzij, Rotterdam; 34. A. van Overveld, Zone; 35. D. Aardoom, Putters­hook, 4.41.16; 36. P. Oosterhof, Eelde; 37. W. Vlot, Wanneperveen; 38. H. Stan­der, Oude Tonge, 4.42.32.

 

OMLOOP VAN DE BRAAKMAN (3 mei).1969

Nieuwelingen: 1. Henk van Dongen, 2. Jan Raas, 3. Toine van de Bunder

 

OMLOOP VAN NIEKERK (23 augustus).1969

Nieuweling Piet Kleine greep zijn kans in Eerste Omloop van Niekerk

Knappe organisatie van NWV Groningen

Meer dan eens is geschreven dat de wielersport in noordooste­lijk Nederland op bijzondere wijze floreert. Er “leeft" daar wat voor het wielrennen, in slechts enkele jaren tijds is daar de achterstand opgehaald en ten opzichte van diverse andere streken zou men zelfs kunnen gewagen dat er een zekere voorsprong is genomen. Legio is het aantal koersen dat daar jaarlijks wordt verreden. Groot en klein werk, om de kerk en regenput of over de lange afstand.

De Noordelijke Wieler Vereniging „Groningen" heeft voorbije zaterdag een nieuwe mijlpaal geslagen. Organiseerde in Nie­kerk op zeer knappe wijze de eerste Omloop voor Nieuwe­lingen. Een wedstrijd welke over 87 km ging en waaruit ten­slotte Piet Kleine uit Hollandscheveld als een goed winnaar te voorschijn trad.

Niet dat de winnaar, die onder andere ook al de Flevo-Tour op zijn erelijst wist te schrijven en in diverse andere koersen zijn neus aan het venster stak, nu zo geweldig domineerde.

Kleine, jeugd-schaatskampioen van Nederland, reed met recht een bekeken race, was present bij de uiterst vroege ontsnap­ping, deed op tijd zijn werk, maar kwam yoor het overige eerst uit zijn schulp toen het werkelijk nodig was. Zonder meer een geslaagd optreden, wat getuigde van koersinzicht.

UITDAGING

De knaap die de show stal was evenwel de 16-jarige (23-2-'53) Jan Bakker uit Stedum. Vorig jaar als adspirant schreef hij maar liefst 38 wedstrijden op zijn naam en nu in zijn eerste seizoen als nieuwelingen weet de kwikzilverachtige Bakker weer met de regelmaat van een klok zijn bloementuiltjes mee naar huis te nemen. Hij is nog wat onbezonnen, rijdt nog teveel voor het lieve vaderland weg, doch wordt men juist daardoor niet (sterk? Prachtig zittend op zijn fiets, het schrandere kopje fier omhoog, roulerend op een laag verzet, trok hij er alleen een paar maal keihard tussenuit. Daagde de andere koplopers, te weten Piet Kleine, Anne Wiegersma, Tonny Smit, Wim Albersen en de 4 km voor de streep nog lek rijdende nationale kampioen Henk Poppe op brutale wijze uit. Aanvankelijk hadden ook Jan Buikema en Hans de Zeeuw er bij gezeten, maar een verkeerde stuurmanoeuvre deed De Zeeuw in een sloot belanden en Buikema moest door deze „slipper" lossen. Later haakte men vooraan ook nog Wiebe Doornbos (had langs de route nogal wat supporters staan) af en zo bleef er van de in de eerste kilometers reeds ontstane negenmans-kop­groep uiteindelijk een spits over van zes.

Jan Bakker probeerde het in de laatste kilometers alleen, bracht enige verwarring omdat Kleine en Poppe, maar ook Wiegersma, Smit en Allbersen elkaar teveel aankeken. Onge­twijfeld was Poppe de grote favoriet, terwijl men Kleine's kwaliteiten in de nauwelijks anderhalf jaar dat hij fietst reeds zodanig heeft leren kennen, dat men ook hem tot een regel­recht kanshebber diende te rekenen. Toen Poppe's voorband leegsiste (jammer dat er in dergelijke grote nieuwelingen­wedstrijden geen materiaalwagen is voorzien, moet eigenlijk een bepaling worden), vlamde Kleine naar de dartele Bakker en daarmede was de koers gelopen. Want in de laatste ,me­ters maakte de man uit Hollandscheveld duidelijk hoe rap hij kan aankomen.

Nieuwelingen: 1. Piet Kleine, Hollandscheveld, 87 km in 2.09.13; 2. Jan Bakker, Stedum; 3. op 40 sec. Anne Wiegersma, Drachten; 4. Tonny Smit, Halfweg; 5. Wim Albersen, Wierden; 6. op 1.27 min. Henk Pop­pe, Nijverdal; 7. op 2.03 min. Tjalling Udding, Smilde; 8. Hans de Zeeuw, Groningen; 9. Harm Dolstra, Steenwijkerwold; 10. Koos Hoo­gedoorn, Zwanenburg; 11. Henk Rossen, Alverna; 12. Zeger Engbersen, Borne; 13. Rini Fopma, Amsterdam; 14. Bouke Dijkstra, Drachtster Compagnie; 15. Marinus Slagter, Meppel.

 

OMLOOP VAN ZEEUWSCH-VLAANDEREN (13 september t/m 14 september).1969

Tweedaagse Omloop Zeeuwsch-Vlaanderen koers van de hoop ....

Hoevele malen in zijn nu al flink wat jaren durende wieler­loopbaan heeft de jolige Amsterdammer Fred van Lachterop al het vaak ondankbare knechtenwerk vervuld? Het is bij benadering niet te zeggen, maar ploegleider Herman Krott beschouwt de bijna 29-jarige Van Lachterop toch altijd nog als een van zijn belangrijkste steunpilaren In de Amstelbier-for­matie. Nimmer zal hij verzaken, nimmer heeft de pezige „amateurveteraan" zich in wat voor wedstrijd dan ook van van slechte zijde laten zien. Heel dikwijls greep hij naast de vetste prijzen, eenvoudigweg omdat hij als vader van een huisgezin met twee jonge kinderen zich niet de weelde kan veroorloven halve dagen te gaan werken of zoals zovele favorieten doen, de amateurstatus zodanig uitbuiten dat zij er een bestaan in vinden. Van Lachterop fietst louter en alleen voor zijn plezier, pikt in (diverse criteria menig aardig prijpsje en zo nu en dan zelfs een overwinning mee. Hij weet dat de jaren om een “ve­dette" te worden, voorbij zijn, is tot ondervinding gekomen dat het er bij hem ook niet helemaal in zit.

En toch ... Fred van Lachterop kan bij tijd en wijle een aller­best stukje koersen. Vooral wanneer zijn gezicht scherp ge­tekend staat en zijn figuur het gestroomlijnde van een sport-man in vorm vertoont. In de afgelopen weekeinde gehouden Tweedaagse Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen kende hij mis­schien op de eerste dag wat geluk (echter betrekkelijk), op de tweede en beslissende dag heeft hij het psychologisch hoogte­punt van de wedstrijd zodanig aangevoeld, dat in het uitgelopen Oostburg - waar streekfavoriet Han Westerweele won - zijn naam toch met sierlijke letters op de erelijst kon worden bijgeschreven.

Van Fred van Lachterop zijn - we gaven het reeds aan – niet de bijzonder veel grote wapenfeiten bekend. Enige jaren ge­leden won hij in Duitsland echter eens een zware bergwed­strijd in Fraulautern en hebben we het goed dan toonde hij zich dit jaar ook de beste in een internationale wegkoers in Hannover. Zijn grootste bekendheid geniet Fred in de wieler­pelotons echter door zijn kwinkslagen. In een ploeg is hij po­pulair gezegd: de “moordjongen", de knaap voor wie niets teveel is. Na afloop van de eerste dag, de etappe Oostburg­-Oostburg welke hij met wat geluk won (maar -wie moet dat in het leven niet hebben om wat te bereiken) stelde hij aan “baas" Krott maar voor om een ander tot kopman aan te stel­len. De leidenstrui paste hem niet zo erg goed ... .

Als Van Lachterop, die in de loop der jaren heel wat werk heeft gedaan voor een Cor Schuuring, een Fedor den Hertog en Joop Zoetemelk, kortom voor alle “keien" uit de Amstel­bier-ploegen, zulks zegt is het  oppassen geblazen. Dan blaakt hij van vorm, dan heeft hij het. Door zijn werkzaamheden (hele dagen) is hij later “op punt" gekomen dan menig ander en in het voorjaar konden we van hem nog eens de verzuchting horen, -dat  ze die klassiekers, die vreselijk lange einden op de fiets, eigenlijk moesten verbieden. Speciaal voor hem..."

Dat was dan in de periode, toen hij een van de koningen in het onmetelijke „niemandsland" was. Nu, met deze klankvolle zege, is hij eigenlijk “domestique" af. Het zal hem ergens ver­plichten volgend jaar een andere taktiek te gaan toepassen. Hij zal de “flesopener" moeten afgeven ...

Is het een wonder dat vriend en vijand hem deze overwinning van harte gunden ?

EERSTE DAG

De Zeeuwsch-Vlaamse Omloop werd traditioneel geopend met de ren door Oost-Vlaanderen, van en naar Terneuzen. Honderd en zestig kilometer on­der een brandende septemberzon en een warme, zo nu en dan straffe wind. Ofschoon wielerseizoen 1969 zo goed als tot het verleden behoort, was er van minder strijdlust, van een intens verlangen naar rust, nauwelijks iets te merken. Er word als vanouds weer met volle overgave gekoerst. Door het prachtig geschakeerde land van Zeeuwsch-Vlaanderen. Over enge pol­derweggetjes, dijkjes, langs het drukbevaren Terneuzens Ka­naal. In het begin was er nogal wat “ellende" van lekke ban­den en van knapen die het hoge tempo niet konden volgen, te noteren. Dat was dan achteraan de meute. Vooraan zat Ger Harings op een bepaald moment - in Westdorpe (18 km) - wat alleen vooruit te „boron". Meer dan een flinke zifting ach­teraan bracht het allemaal niet teweeg. Onder die afhakers zaten wat namen, onder andere Ko Tolhoek de ex-professional, verder Alex Claeys, Frank Ouwerkerk en Jan Couwelaars.

Gewoon de normale procedure dus, geen opzienbarend feiten­materiaal. Net zomin als de sprong die Karel Fiktorie en Ron Bakker plaatsten nadat Robert Schuyten, de Belg, al eerder tot de orde was geroepen. Wim Bravenboer, Berry van Dorth en Co Moritz deden ook wat aan „public relations", maar in de groep was de reactie nog steeds te fel. Arie Koster en Arnold Voogt zochten de volgende „troubles", terwijl in Graauw (55 km) ook Wil Breukel en Wim Jansen wat matschudding te­weeg brachten. Er zat met al deze plaagstoten toch wat in de lucht, de groep ging in vier moten breken. Voor de lekrijdende Juul Bruessing (wat heeft de inhoudrijke Bovenkerker toch onnoemelijk veel pech in zijn eerste jaar als amateur) beteken­de dit de genadeklap. Want in tegenstelling tot alle voorgaande pechhebbers kon hij nooit meer aanhaken. .

Het lint trok weer samen, maar plots kwam een uitval van maar liefst twintig renners, Bij wie nagenoeg alle favorieten zich hadden weten te scharen. De grote kanshebber Jos van Beers was er bij, evenals Louis Westrus, Aad Duyker, Jan Aldershof en Ger Harings, de Belg Ribert Ferket, de Engels­man Thomas Grant en verder het Amstelbier-viertal Arnold Voogt, Fred van Lachterop, Nanno Bakker en Piet van Kat­wijk, alsmede door de voortreffelijk rijdende Smits-Acifit­;mannen Peter van der Kruijs, Piet Legierse, Wim Bravenboer en Jantje Oosterbeek.

Deze spits was te groot om de loopplank definitief in te trek­ken en zo kwam even voor Axel (75 km) toch weer een samen­smelting. Een soort hergroepering waaruit - het bekende stramien - echter meteen een nieuwe en naar later bleek de absolute splitsing zou ontstaan. Weer zat de veel te demon­stratief rijdende Van Beers er bij. Nu met zijn ploegmakker Theo van Poucke en verder opnieuw met Westrus, Voogt, Ha­rings, Jansen, v. Lachterop (reed opperbest deze eerste dag), Bob Kroonen en wederom het ook al gememoreerde kwartet van Smiths-Acifit. De goede trein was vertrokken, steeds ver­der liep dit twaahtal (bij wie Van Poucke na een lekke band op het bar slechte kasseiweggetje tussen Philippine en Sas van Gent alleen grandioos terugkwam) bij de rest vandaan. Alle pogingen ten spijt van bij voorbeeld Leo Embregts, Piet van Katwijk, John Cornelissen, Martin Hezemans, Karel Delnoy, Waldy van Campen, Alb Klayssen, Karel Fiktorie, Peter van Donk en nog wat anderen. Vooraan was men weg en bleef men weg. Voorgoed uit de greep van het steeds meer versplinteren­de peloton. Later werd er nog een jachtgroepje met Gerard Wesselius, Han Westerweele, Cees van den Berg, Nanno Bak­ker (geremd door een pijnlijke voet), Hans Perfors en Herman Gorter geformeerd. Allemaal vergeefs echter, want alsmaar bleef het twaalftal voortdaveren. Vanuit Sas van Gent draaide men het Terneuzen-Gent kanaal langs. De aftasting, de grote slag ging beginnen. Legierse en Voogt openden, Westrus en Van Beers trokken de anderen met een felle tussensprint weer bij. Toen ineens de dreun van ... Bravenboer en Van Lachter­op, die zuiver “uit controle" met de Rotterdammer meetrok.

Eerst voortreffelijk samenwerkend, later de beukende Braven­boer kilometerslang op kop. De bikkelharde vechter zou zijn dik verdiende dagprijs niet innen. Bij binnenkomst van het roerige Terneuzen, waar een kennis de wielervreugde nog meer verheugde, reed hij even verkeerd. Volgde in zijn drieste galop een volgwagen die afstak. Voor Fred van Lachterop, ge­boren 23 november 1940 en dus zo'n beetje -de “veteraan" bij de amateurs, betekende het een vrij gemakkelijke, ietwat ge­flatteerde zege. Maar ... misschien had hij de ogen toch beter in het hoofd.

TWEEDE DAG

Gerekend naar de kwaliteit zat het er in de ploe­gentijdrit tussen Terneuzen en Oostburg dik in, dat de grote strijd zich in hoofdzaak tussen Am­stellbier en Smiths-Acifit zou -gaan afspelen. Het is er volledig uitgekomen, zo zelfs dat na 26 kilometer “naakte waarheid" precies dezelfde tijd kon worden geregistreerd. Was het bij de bierjongens" vooral Voogt die als een bezetene reed, bij de concurrentie gaven Bravenboer en Van den Donk de voor­naamste toon aan. Jan Oosterbeek had al heel vlug moeten lossen, waar dan weer tegenover stond dat Voogt, Neeskens, Van Katwijk, Van Lachterop (bewees heel best mee te kun­nen in dit onnoemelijk zware werk) en Bakker zich in de weg­bebakening vergisten en daardoor vrij zeker een handvol se­conden verspeelden.

Met de nogal kwistig toebedeelde bonificaties van 60, 50, 40 tot en met 10 seconden voor de eerste zes aankomenden - naar ons gevoel duidelijk teveel van het goede - kwam de „rit in lijn" tussen Oostburg en Oostburg (140 km) niet geheel tot ontplooiing. De koers werd teveel „bevroren", werd met een ijzig hoog tempo zodanig ingekapseld, dat het ware grote gevecht tussen de gegadigden om de eindzege in 't geheel niet tot zijn recht kwam. Lange tijd liet men daarom de ongevaar­lijke Berry van Dorth (te weinig inhoud om werkelijk in deze opzet te slagen) vooruit darren". Hij ontvluchtte gelijk na hoet vertrek, reed een dikke 30 kilometer solo (flinke premie­oogst overigens) en kreeg toen gezelschap van Dick Aardoom en Peter Godde. Intussen warm al heel wat lekke banden ge­vallen, onder andere van Duyker, die op deze tweede dag wer­kelijk,een bijzondere vorm vertoonde. Hij ging naar het drietal vooraan -op zoek, was eveneens present bij de “rimpel" die Voogt en Jacobs plooiden. Westrus en Bravenboer probeerden er eveneens bij te komen. Weg te glippen uit de greep van de naaste concurrenten om daarmede misschien de totaalwinst te gaan opstrijken? Het was nog te vroeg, ofschoon de lekke band die mede-verdediger van Van Lachterop, de boomlange Piet Neeskens, op dat moment op liep, niet zo erg voordelig uitkwam. Krott depanneerde zijn renner niet, begreep dat dit te gevaarlijk kon zijn. Nanno Bakker, Piet van Katwijk en speciaal Arnold Voogt zorgden er voor dat de gaskraan wa­genwijd openging. De ontsnapping van Wim Bravenboer en Louis Westrus, lekker op gang gebracht door Duyker, was voorbij.

Er kwam plotseling een nieuwe gegadigde op het voorplan. Caballero had met Ger Harings, op de eerste dag als vierde ge­eindigd met 1.17 min. achterstand, eveneens een kans. Daar­om werden achtereenvolgens John Cornelissen en Ron Bakker, maar ook Karel Delnoy op pad gestuurd. Het lukte niet, even­min als de uithaal van alweer Bakker en Jan Aldershof, die Voogt als bewaker mee kregen en moeten lelijk op de vingers worden gekeken door Duyker en Van Poucke. De laat­ste om de kansen van zijn kopman Jos van Beers niet te laten dwarsbomen.

Vooraan buffelde Ger Harings er echter alleen op los. Pakte 30, 40 seconden en dreunde zelfs naar meer dan een minuut.

Op dat ogenblik had -de jonge Limburger - dit jaar door een ongeluk nogal geremd in zijn verdere ontwikkeling als ama­teur - de leiderstrui om de schouders. Maar zijn geforceerde gang verstokte, Harings was te onrustig, te weinig overtuigd van eigen kunnen. Voor Trico Noble ging de jonge Ab Klays­sen er achteraan en deze reed zich in die keiharde achtervol­ging zodanig te pletter, dat hij toen de werkelijke finale werd ingeluid, totaal naar de achterhoede werd gedrukt. In Zuid­zande, nauwelijks zes kilometer voor de aankomst, was de uit­stap van de twee verleden tijd. En toen lieten de Amstelren­ners met gul gebaar Legierse, Duyker, Perfors, Westerweele, Cornelissen en zowaar ook nog Van Beers en Voogt (een eigen man ter controle) vertrekken. De koers was immers gelopen.

In deze afstand zou men er wel voor zorgen dat de achter­stand niet meer al te groot werd.

Een precieus berekende zege. De tweedaagse Omloop van Zeeuwsch-V1aanderen, die hier en daar misschien een enkel te verwaarlozen schoonheidsfoutje kende - men denke aan de overtrokken bonificaties - was ten einde. Met een eindwin­naar die niet direct tot de allergrootste kleppers gerekend mag worden, maar met een grote inzet en verbetenheid heeft ge­toond, boven zijn eigen “plafond" te kunnen uitgroeien. Fred van Lachterop weet misschien eerst nu wat hij allemaal kan!

Terneuzen-Terneuzen, 163 km: 1. F. v. Lachterop 3.52.07, 2. W. Bra­venboer 3.52.22, 3. B. Kroonen 3.52.56, 4. G. Harings 3.53.14, 5. P. Le­gierse 3.53.24, 6. J. v. Beers 3.53.42, 7. L. Westrus 3.54.13, 8. A. Voogt 3.:54.13, 9. Th. v. Poucke 3.54.13, 10. W. Jansen 3.54.13, 11. P. v. d. Kruijs 3.54.13, 12. J. Oosterbeek 3.54.13, 13. J. Aldershof 3.56.02, 14. P. v. Katwijk 3.56.02, 15. G. Wesselius 3.56.02, 16. W. v. Campen 3.56.02,17. H. Gorter 3.56.02, 18. J. Westerweele 3.56.18, 19. A. Klayssen 3.56.26, 20. R. Ferket 3.56.30.

Dagploegenklassement: 1. Smith-Acifit 11.41.09, 2. Amstel Bier 11.43.22, 3. Trico Noble 11.44.07, 4. Caballero 11.46.16, 5. v. d. Meij Vleeswaren 11.46.17.

Ploegentijdrit Terneuzen-Oostburg 26 km: 1. Smiths-Acifit en Amstel Bier beide 31.49, 3. Caballero 32.55, 4. Braat Bouwstoffen 32.56, 5. Trico Noble 33.15, 6. v. d. Meij Vleeswaren 33.33, 7. Schrijver-Boidin 34.14, 8. Bar Oase 34.15, 9. Esmi 34.23, 10. Reisburesu Rouw 35.01, 11. Skoll In­ternational 35.30, 12. Toyota 35.51, 13. Verdeghem-Legrand 38.15.

Oostburg-Oostburg 140 km: 1. J. Westerweele 3.13.58, 2. J. v. Beers 3.14.08, 3. P. Legierse 3.14.18, 4. A. Duyker 3.14.28, 5. H. Perfors 3.14.38, 6. J. Cornelissen 3.14.48, 7. A. Voogt 3.14.58, 8. Th. v. Poucke 3.15.10, 9. W. Bravenboer. 10. P. v. Katwijk, 11. J. Harings, 12. L. Westrus, 13. A. Slings, 14. M. Bertou, 15. K. v. d. Knaap, 16. C. v. d. Berg, 17. N. Bakker, 18. C. Moritz, 19. D. Aardoom, 20. J. v. Driel.

Dagploegenklassement: 1. Bar Oase 9.45.18, 2. Amstel Bier, 3. Caballe­ro, 4. Smiths-Acifit, 5. Skoll International alle z.t.

EINDKLASSEMENTEN

Individueel: 1. F. v. Lachterop 7.07.17, 2. W. Bravenboer 7.07.32, 3. P. Legierse 7.07.42, 4. J. v. Beers 7.07.50, 5. B. Kroonen 7.08.06, 6. G. Ha­rings 7.08.24, 7. A. Voogt 7.09.11, 8. T. v. Poecke 7.09.23, 9. L. Westrus 7.09.23, 10. P. v. d. Kruijs 7.09.23, 12. J. Westerweele 7.10.16, 12. H. Perfors 7.11.08, 14. P. v. Katwijk 7.11.12, 15. A. Duyker 7.11.17, 16. M. Bertou 7.11.40, 17. N. Bakker 7.11.40, 18. T. Damen 7.11.40, 19. C. v. d. Berg 7.11.40, 20. C. Moritz 7.11.40, 21. K. Delnoy 7.11.40, 22. W. Breukel 7.11.40, 23. J. Cornelissen 7.12.07, 24. A. v. Opdorp 7.12.16, 25. K. v. d. Knaap 7.12.29, D. Aardoom 7.12.29, 27. J. v. Driel 7.12.29, 28. H. Jacobs 7.12.29, 29. J. v. Kessel 7.12.29, 30. J. Kaptein 7.12.29, 31. J. Cooremans 7.12.48, 32. A. Klayssen 7.14.21, 33. J. Oosterbeek 7.14.50, 34. J. Alders­hof 7.16.39, 35. L. Embregts 7.17.07, 36. R. Bakker 7.17.22, 37. P. Godde 7.17.43, 38. B. v. Dorth 7.23.31, 39. W v. Campen 7.30.06, 40. A. Slings 7.32.58, 41. A. Kuzee 7.38.25, 42. W. Kerkhof 7.39.45, 43. F. Ouwerkerk 7.39.45, 44. A. Stehouwer 7.41.02, 45. T. Schilperoord 7.45.11, 46. J. Moelker 7.47.56, 47. W. Pons 7.47.56, 48. J. Carroll (Eng.) 7.53.35, 49. H. Bakker 7.55.54.

Algemeen ploegenklassement: 1. Smiths-Acifit 21.58.16, 2. Amstel Bier 22.00.29, 3. Caballero 22.04.29, 4. Trico Noble 22.05.25, 5. Bar Oase 22.06.46, 6. Braat 22.07.23, 7. Skoll 22.11.07, 8. Verdeghem Legrand 22.14.04, 9. Toyota 22.16.54, 10. Esmi 22.34.51, 11. Schrijver Boidin 23.02.03.

Puntenklassement: 1. J. v. Beers 8 pnt., 2. P. Legierse 8 pnt., 3. W. Bravenboer 11 pnt., 4. A. Voogt 15 pnt., 5. G. Harings 15 pnt.

 

OOIRSBEEK (4 mei).1969

Amateurs: 1. Harrie Beurskens, 2. Ben Janbroers, 3. Frits Sluper.

Nieuwelingen: 1. Koos Klinkers, 2. C. Keijers,  3. Jacques Spronckmans.

 

OOSTBURG (22 juni).1969

Amateurs: 1. Vonck, 2. v. Poucke, 3. De Vrieze, 4. Kisner, 5. Franse, 6. Koot, 7. Westerweele, 8. Waes, 9. v. Leeuwen, 10. Moelker.

 

OOSTBURG (14 september).1969

Nieuwelingen: 1. A. v. d. Spiegel, 2. A. v. d. Bunder, 3. P. Remijn, 4. H. Gijzel, 5. W. de Waal, 6. F. Hanson, 7. H. Lammers, 8. J. de Vos.

 

OOSTELBEERS (7 april)

Amateurs: 1. J. Spetgens 100 km in 2.35.28, 2. M. de Koning, 3. K. v. d. Knaap, 4. J. Cornelissen, 5. J. Beurskens. 6. T. Welling, 7. H. v. Lught, 8. J. Moeskops, 9. T. Gruyters, 10. H. v. d. Berg.

Nieuwelingen: 1. G. Kneteman 60 km in 1.25.28, 2. B. Jurriaans, 3. W. Helvoirt, 4. J. v. Herk, 5. P. Kuijs.

Adspiranten: 1. P. v. Bergen 25 km in 45.10, 2. Veldhuizen, 3. v. Uden.

 

OOSTERHESSELEN (11 mei).1969

Amateurs: 1. Bos, 2. Middelveld, 3. Schur, 4. Bathoorn, 5. Frank, 6. De Wit, 7. Boertien, 7. Brander, 8. Buurmeijer, 10. Pluimers.

Adspiranten: 1. Gerrit Wennemers, 2.

 

OOSTERHOUT (31 augustus).1969

Amateurs: 1. F. den Hertog, 2. H. Holund, 3. B. Janbroers. 4. J. Zoe­temelk, 5. J. Zoons, 6. W. Prinsen, 7. R. Schuiten, 8. P. Oosterhof, 9. A. Klaeijsen, 10. J. Boeten.

Nieuwelingen: 1. R. Aversteeg, 2. J. Zuidweg, 3. C. v. d. Bragt, 4. B. Jansen, 5. H. v. Tok, 6. J. v. Riel, 7. A. v. Gurp, 8. P. Nobel.

Adspiranten: 1. A. Dekkers, 2. R. Joenoes, 3. J. Damen.

 

OOSTERWOLDE (30 mei).1969

Amateurs: 1. Hulzebosch, 2. Vlot, 3. Dickhof, 4. Scheffer, 5. v. d. Knaap, 6. Koster, 7. Nieuwkamp, 8. Buurmeijer, 9. Kruims, 10. Boek­holt.

 

OOSTVOORNE - KAMPLAAN (26 juli).1969

Veteranen: 1. H. v. d. Kloot, 2. G. Diepstraten, 3. C. Rabe, 4. N. de Vos, 5. W. Zuiker, 6. H. Huf, 7. M. Schoutema, 8. A. Reijnder.

Amateurs: 1. S. Berkhout, 2. N. Bakker, 3. L. Westrus, 4. S. v. d. Burgh, 5. J. Bruessing, 6. W. Steenis, 7. W. Breukel, 8. P. Kettenis, 9. B. Jurriaans, 10. S. Douma.

Nieuwelingen: 1. A. v. d. Spiegel, 2. B. Hordijk, 3. R. Aversteeg, 4. A. v. d. Hoek, 5. H. v. Groezen, 6. J. Zuijdweg, 7. J. Klomp.

 

OPHEMERT (19 april).1969

Nieuwelingen: 1. D. Nooren 50 km in 1.15.23, 2. W. Helvoirt, 3. H. Poppe, 4. J. Klomp.

 

OPLOO (27 april).1969

Amateurs: 1. Oosterhof 100 km in 2.24.46, 2. P. v. d. Kruijs, 3. A. Mans­velders, 4. B. Groen, 5. T. Blom, 6. B. Solaro, 7. E. Diepeveen, 8. P. Nijssel, 9. R. Bakker, 10. Van Kilsdonk.

Nieuwelingen: 1. G. Kneteman 50 km in 1.13.22, 2. F. v. Katwijk, 3. N. Brouwers, 4. J. v. Berkel, 5. N. Mik.

Adspiranten: 1. Veldhuis 25 km in 36.21, 2. Delooze, 3. Post.

 

OPLOO (26 oktober).1969

                            MAT GERRITS HIELD ZEGE IN EIGEN HUIS

Zondag 26 oktober werd wielerseizoen 1969 besloten met een wedstrijd over 120 kilometer voor beroepsrenners. Oploo kreeg dit “herfstkampioenschap" toegewezen, Charles Ruys zorgde voor eon aantal - 34 coureurs - jongens die er nog wel eens een keertje hard tegenaan wilden. Een steeds wisselend beeld, vijf man tenslotte aan de leiding, waarbij na een hartverove­rende jacht nog twee man: Daan Holst en Marian Polansky, aansloten. De inwoners van Oploo gokten op de zege van plaatsgenoot Jan van Katwijk, een jongen die het de afgelopen maanden meer dan uitstekend gedaan heeft. Na afloop van de wedstrijd vertelde Willem II-Gazelle Jan dat hij echt wel op de zege gerekend had, op zijn plaatsgenoot Mat Gerrits had hij minder gerekend.

Kleine Gerrits heeft het afgelopen seizoen nogal wat narigheid gekend. Hij draaide niet zoals hij gewoon was, maar zie ... voor eigen volk kreeg hij vleugels en werd winnaar. Naast bloemen voor Gerrits waren er ook bloemen voor Ruys omdat hij dit jaar zoveel wedstrijden op het programma bracht en na­tuurlijk ook voor de eerste drie van het Caballero-klassement:

Harry Steevens, Jan Harings en Jan van Katwijk. Frans van den Eden zette deze personen in de bloemen, binnenkort gaat hij tien mille verdelen onder de knapen.

Vier man moesten de strijd staken: Jaap Oudkerk die met amandelproblemen sukkelt, Jan Serpenti en Leen Poortvliet omdat,de banden zonder lucht raakten, Gerart Vianen omdat hij tegen de wereld ging.    BRON: AD J. VINGERHOETS

Beroepsrenners:1. M. Gerrits 120 km in 3.00.23, 2. J. v. Katwijk, 3. H. Steevens, 4. M. Polansky (P.), 5. J. Huysmans (B.), 6. L. Duyndam, 7. D. Holst, 8. J. Harings op 12 sec., 9. L. Willekens (B.), 10. (win­naar spurt peloton) A. Debal (B.), 11. G. Koel, 12. J. Delocht (,B.), 13. H. Jansen, 14. C. Schuuring, 15. H. Harings, 16. G. Deraedt (B.), 17. P. Kisner, 18. A. v. Midden, 19. R. de Bie (B.), 20. B. Zoet, 21. J. Schepers, 22. H. Koopmans, 23. R. Pjjnen, 24. M. v.,Ginneken, 25. J. Brouwer, 26. N. Hill (Eng.), 27. A. Jongkind, 28. J. v. d. Vleuten, 29. L. v. Dongen, 30. W. Deelen.

 

OPMEER (3 augustus).1969

Amateurs: 1. P. v. Stralen, 2. M. Bakker, 3. M. Pronk, 4. N. Vermeu­len, 5. J. Schuitemaker, 6. D. Groen, 7. E. v. d. Loo, 8. A. Koster, 9. A. Stet, 10. S. Douma.

Nieuwelingen: 1. A. Schipper, 2. R. Smit, 3. J. v. Rossum, 4. F. v. d. Enden, 5. R. v. Trigt, 6. P. Dorst, 7. M. Lambo, 8. H. Lambo. Adspiranten: 1. P. Laan, 2. F. Veldhuizen, 3. R. Zieleman.

Adspiranten: 1. Piet Laan, 2. Fred Veldhuizen, 3. Ron Zieleman.

 

OSS (22 juni).1969

Amateurs: 1. Jansen, 2. Hassink, 3. Uden, 4. Bakker, 5. Jansen, 6. Nieuwkamp, 7. v. Katwijk, 8. v. d. Kruijs, 9. Oudshoorn, 10. v. Venrooij.

Nieuwelingen: 1. Broers, 2. Borghs. 3. Kruijs, 4. Libregts, 5. Nistel­rode, 6. Hartigh, 7. Dohmen, 8. Sparnaaij.

Adspiranten: 1. Cor de Looze, 2. P. Soetekouw, 3. M. Kalleman.

 

OSSENDRECHT (24 juni).1969

Amateurs: 1. Steenis, 2. Zoons, 3. Edwards, 4. Barten, 5. Aldershof, 6. Wouters, 7. Bogers, 8. Middelveld, 9. v. Dongen, 10. Maas.

Nieuwelingen: 1. Bal, 2. Venix, 3. Boer, 4. Hartigh, 5. Buitendijk, 6. Drost, 7. Akkermans, 8. Bragt.

 

OSSENDRECHT (24 augustus).1969

SNELLE SPRINT VAN WIM SCHEPERS IN OSSENDRECHT

Na heel lange tijd van een overwinning verstoken te zijn ge­weest, heeft de Limburger Wim Schepers in Ossendrecht dam eindelijk weer eens het zoet van een triomf mogen smaken. Met een formidabele rush vluchtte hij in de laatste meters naar het gedemarreerde tweetal Giovanni Jimenez en Frans Brands om hen gelijk voorbij te razen.

Ondanks de afwezigheid van wereldkampioen Harm Ottenbros - contractueel gebonden aan het Be1gische criterium te Sint-Lee­naerts - kregen de vele toeschou­wers toch een aantrekkelijke wed­strijd voorgeschoteld. Riny Wagt­mans was de eerste, die de knup­pel in het hoenderhok gooide, maar Rene Pijnen kwam met de Belg Frans Brands al heel spoedig een einde maken aan deze onge­wenste uitstap. Pijnen, afkomstig uit het nabij gelegen Woensdrecht, wilde echter meer en daarom kon men in de daaropvolgende serie ontvluchtingen steeds zijn persoon opmerken. Tot dan toe waren de Belgische deelnemers opmerkelijk rustig geweest, maar toen Jan van Katwijk zich ineens op de voor­grond plaatste, was het Raymond Steegmans met even later Ronald Dewitte en Cees van Dorst die mede aan de leiding kwamen.

In het peloton gingen vooral Peter Post en Brands tot grotere spoed manen, de hergroepering werd dam ook een feit. Met nog 20 ronden te gaan kwam het spel evenwel volledig op de wagen. Post, Wagt­mans, Brands, Holst en de pas pro­fessional geworden Harry Jansen flitsten weg. Direct kwam er on­der leiding van Schepers een te­genaanval op gang. Met Colum­biaan Jimenez, de Belgen Rosiers en Delocht alsmede met de reeds eerder genoemde Van Katwijk en Van Dorst. De twee “patrouilles" kwamen samen, de beslis­sing was een feit. Uit deze groep gingen de specifieke sprin­ters elkaar nauwlettend observeren en daarvan maakten Ji­menez en Brands gebruik. Samen veroverden zij een aardige voorsprong, zo zelfs dat de bloemen voor een van hen be­stemd leken. Ineens kwam echter de onverwachte, maar bril­jante stormloop van Wim Schepers. Zijn aanval was niet meer te pareren.

Beroepsrenners: 1. W. Schepers 120 km in 2.50, 2. Jimenez(Col), 3. Brands(Bel), (B.), 4. H. Jansen, 5. Rosiers (B.), 6. J. v. Katwijk, 7. J. v. d. Horst,8. L. de Groot, 9. R. Wagtmans, 10. B. Zoet, 11. D. Holst, 12. P. Post, 13. Delocht (B.), 14. Steegmans (B.), 15. op 40 sec. Dewitte(bel), 16. G. Vianen, 17. Bolke (Did.), 18. op 1.50 min. J.  Harings, 19. P. Kisner, 20. Deraedt (B.).

Amateurs: 1. L. Bogers, 2. W. v. Stevens. 3. B. Kroonen, 4. J. v. Hoek, 5. J. Buis, 6, C. Willems, 7. M. Bertou, 8. C. Frijters. 9. J. Zoons, 10. J. Oosterbeek.

 

OSSENDRECHT (29 september).1969

Amateurs: 1. Wim van Steenis

 

OUD BEIJERLAND (12 juli).1969

EERSTE PROFZEGE VAN JAN VAN KATWIJK

De eerstejaars beroepsrenner Jan van Katwijk was in het laatst van juni en de eerste weken van juli bijzonder actief en ook succesvol. Een overwinning kon hij echter niet binnen halen. Zaterdag 12 juli in Oud-Beijerland, waar Charles Ruys 48 coureurs aan het vertrek bracht, is de man uit Oploo met het blauw van Willem II-Gazelle aan, echter voor het eerst als winnaar de meet gepasseerd. Verdiend overigens, want Van Katwijk was in het begin - hij dichtte het gat dat Jos van der Vleuten en Peter Heijnig geslagen hadden - en op het einde van de wedstrijd, toen hij zijn medevluchters zijn rug liet be­wonderen, actief. De wedstrijd was overigens het aankijken waard. Om de haverklap uitlopers en steeds waren er renners die deze uitlopers in de veilige beschutting van het peloton terugbrachten. Het parcours, een kilometer lang, was lekker lastig, het publiek sprak daarom over een „juweel" van een koers. De organisatoren bleven niet met een strop zitten, alle coureurs die de wedstrijd uitreden, hadden een prijs op zak toen ze huiswaarts keerden. Jos van der Vleuten was voor het eerst sinds drie maanden weer op eigen bodem actief. Onze debutant Kisner begint zich lekker thuis te voelen in het prof­milieu en reed een heel knappe wedstrijd.

Beroepsrenners: 1. J. v. Katwijk 105 km in 2.30.21, 2. op 25 sec. J. Serpenti, 3. J. Harings, 4. Th. Verschueren (B.), 5. B. Zoet, 6. L. Duyndam, 7. D. Holst, 8. J. Schepers, 9. H. Nijdam, 10. op 35 sec. G. Koel, 11. C. Schuuring, 12. H. Steevens, 13. L. de Groot, 14. P. de Wit, 15. J. Oud­kerk, 16. G. Bongers, 17. op 50 sec. P. Kisner, 18. M. Paul, 19. J. v. d. Vleuten, 20. P. Heijnig, 21. J. _ Brouwer, 22. N. Hill (Erg.), 23. H. Ha­rings, 24. M. Breure. 25. R. Wouters, 26. N. Seeuws (B.), 27. J. v. d. Horst, 28. W. Deelen, 29. W. Schepers, 30. D. Newton (Erg.), vervol­gens gelijk: H. Koopmans, A. Jongkind, R. de Jong, H. Hoogzaad, W. Swaneveld en G. Deene.  BRON:AD. J. VINGERHOETS

 

OUD GASTEL (13 april).1969

Amateurs: 1. T. v. Hasselt 100 km in 2.32.50, 2. W. Bravenboer, 3. W. Evertse, 4. S. v. Burg, 5. M. Jongkind, 6. P. Legierse, 7. J. v. d. Haar, 8. A. v. Overveld, 9. K. de Vrieze, 10. L. Embregts.

Nieuwelingen: 1. H. Sparnaay 60 km in 1.36.20, 2. C. Bal, 3. J. Raas, 4. P. Rem(jn, 5. D. Brussens.

 

OUDE MIRDUM (30 juli).1969

Amateurs: 1. W. Holstege, 2. G. Heeringa, 3. H. Holstege, 4. G. Bruins­ma, 5. S. Kroodsma, 6. A. Koster, 7. D. Middelveld, 8. J. Dekker, 9. F. Schur, 10. J. Peetoom.

 

OUDE TONGE (16 augustus).1969

Amateurs: 1. H. v. Leeuwen, 2. P. Legierse, 3. P. v. d. Kruijs, 4. G.. Velthuizen, 5. W. v. Steenis, 6. L. Westrus, 7. T. Barten, 8. S. v. Dongen, 9. H. Stander, 10. W. Breukel.

Nieuwelingen: 1. P. Kuijs, 2. A. Jansen, 3. R. Aversteeg, 4. H. v. Dongen, 5. T. v. d. Leist, 6. C. v. Bostelen, 7. H. Lammers, 8. G. Sint Nicolaas.

 

OUDELANDE (24 mei).1969

Nieuwelingen: 1. W. de Waal, 2. L. Leijten, 3. G. v. Noorloos, 4. L. de Hartigh, 5. C. Pruijk, 6. P. Remijn, 7. A. de Bunder, 8. C. v. Bostelen.

Adspiranten: 1. J. v. Dijk, 2. C. Stoutjesdijk, 3. J. Selders, 4. v. Campo.

 

OUDENBOSCH (30 september).1969

Amateurs: 1. W. Liebrechts, 2. T. Barten, 3. P. Legierse, 4. H. Stan­der, 5. W. Steenis, 6. C. v. Dongen, 7. M. Jongenelen, 8. J. Schelling, 9. A. v. Overveld, 10. F. Zomer.

Nieuwelingen: 1. A. Deussing, 2. H. v. Dongen, 3. C. v. Bostelen, 4. A. v. d. Hoek, 5. F. Remijn, 6. G. St. Nicolaas, 7. J. Voesenek.

Adspiranten: 1. J. v. Dijk, 2. A. v. Treijen, 3. J. Damen.

 

OUDENLANDE (26 mei).1969

Nieuwelingen: 1. Wim de Waal, 2. L. Leijten, 3. G. van Laarhoven.

 

OUDERKERK a.d. AMSTEL (8 juni).1969

Amateurs: 1. J. Aldershof, 2. K. v. d. Knaap, 3. H. Jacobs, 4. W. Jan­sen, 5. J. Buis, 6. C. Schijff, 7. D. Bouquet, 8. K. Balk, 9. G. Zantingh, 10. K. Jansen.

Nieuwelingen: 1. T. v. d. Velde, 2. P. Groot, 3. G. Kneteman, 4. A. Nederlof, 5. D. Helmerhorst, 6. H. Sparnaay, 7. J. d'Hane, 8. K. Hoo­gendoorn.

Adspiranten: 1. A. Heerschop, 2. P. Laan, 3. B. Huveneers.

 

OUD-VOSSEMEER (26 juli).1969

Amateurs: 1. E. Diepeveen, 2. J. Zoetemelk,4 3. R. Liebrechts, 4. P. v. d. Donk, 5. P. Maas, 6. L. Embregts, 7. G. Zoontjens, 8. C. Geertsema, 9. W. Liebrechts, 10. Th. v. d. Wiel.

Adspiranten: 1. G. Stoutjesdijk, 2. L. v. Campo, 3. F. Veldhuizen.

 

OVERLOON (25 mei).1969

Amateurs: 1. H. v. Leeuwen, 2. P. v. Katwijk, 3. A. Gruyters, 4. F. v. d. Vleuten, 5. Ph. Edwards, 6. D. Chauner, 7. N. v. Hest, 8. C. Vriens, 9. H. v. d. Laar, 10. J. Adriaans.

Nieuwelingen: 1. H. Poppe, 2. E. de Jong, 3. F. v. Katwijk, 4. W. de Leeuw, 5. T. v. Hintum, 6. H. Geurts, 7. H. Geldens, 8. H. v. Leent.

Adspiranten: 1. A. Streyen, 2. J. Wicherd, 3. J. Kuppers.