JAARGANG 1968 WEDSTRIJDEN O T/M O |
OCHTEN.(1968.07.20) Amateurs
100 km: 1. B. Janbroers 2.24.55, 2. J. Buis, Nieuwelingen: 1. Henk Poppe; 2. Jos Schipper; 3. R. van de Vorle; OEFFELT
(18 augustus).1968 Amateurs: Nieuwelingen: 1. R. Zuliani, 2. H. Koot, OIRSBEEK
(29 september).1968 Amateurs:
1. J. Pol, 2. Benjamins, 3. Kelleneers,
4. Keijbeck, 5. Pustjens, 6. Siega, 7. Schetters, 8. Vrancken, 9. Adriaans,
10. Buckx. Nieuwelingen:
1. Dohmen, 2. Ceulen, 3. Boersma, 4.
Sijen, 5. Meijs, 6. Dassen, 7. Koot, 8. Scheffers, 9. Degens, 10. Aarts. OIRSCHOT
(7 juli).1968 Amateurs
80 km: 1. J. Hordijk 2.56.12, Nieuwelingen
40 km: Adspiranten
20 km: 1. P. Maas 32.48, 2. V. Jansen, 3. T.
Kuster. OISTERWIJK.(1968.06.09) Amateurs
100 km: 1. B. Solaro 2.20.31, 2. J. Smulders, 3.
H. v. Bavel, 4. T. Schilperoort, Nieuwelingen
50 km: 1. P. Remijn, 2. H. Botterhuis, 3. J.
Schelling. Adspiranten
20 km: OLDEBROEK
(1968.06.15) Amateurs: 1. J. Peetoom (Vijfhuizen) Aspiranten: OLDEBROEK
(17 augustus).1968 Amateurs
80 km: 1. W. Holstege 1.59.13, 2. H. Holstege,
3. D. v. Wijhe, 4. H. J. Norel, 5. J. v. Beek, 6. H. Scholten, OLDEBROEK.(7
april).1968 Amateurs: Nieuwelingen: Adspiranten: 1. H. Kamerhuis 30.20, 2. W. de Ruiter, OLDEMARKT
(17 augustus).1968 Nieuwelingen
60 km: OLDEMARKT.(1968.00.00) Nieuwelingen:
OLDENZAAL
(7 september).1968 Amateurs: 1. H. Kuiper, 2. Scheffer, 3. Scheuten, 4. Huisjes, 5.
Kuskamper, 6. Jaarsma, 7. Meijer, 8. Lookamp, 9. Derkink, 10. Egberts. OLST.(1968.06.09) Amateurs
100 km: OLYMPIA’S
TOUR.68.01e RIT (23 mei).1968 Zonder
meer kan hhet “geimproviseerde" wielergebeuren op Hemelvaartsdag en dat
aan de eigenlijke Olympia's Tour door Nederland voorafging, als een geslaagd
experiment worden aangemerkt. Niet alleen dat de persoonlijke tijdrit over
vijf kilometer enigszins een beeld gaf van hoe de verhoudingen eigenlijk wel
lagen, ook in het “contre la montre par equipes" kon men duidelijk de
intentie waarnemen waarmede men aan dit meerdaagse fietsfestijn was begonnen
en welke van zulk 'n uitermate groot belang is voor het slagen van Olympia's
Tour. Deze regelrechte botsing tussen de „grootheden" en waarbij de,
wat nonchalante Fedor den Hertog op een vreemde wijze werd bestraft, -sloeg
in. Gaf een eerste afscheiding te kennen, welke weliswaar in seconden en
tienden van seconden werd uitgedrukt, maar die toch de richting aangaf waar
de individuele favorieten en de meest homogene ploeg moesten worden
gezocht. Daarbij deed de al of niet groot zijnde prestatie in het minuscule
tijdritje niet doorslaggevend aan, ’t was meer een aanduiding van wie wel en
wie niet goed reed. Daar kwam nog bij dat de geklopten zich in de volgende
dagen, tijdens de “ritten in lijn" zodanig gingen presenteren, dat
Olympia's Tour in sportief opzicht bijzonder geslaagd mag worden genoemd. Als zij
nog even doorgroeien bezitten we spoedig een nieuw breed front van goede
amateurs; men denke slechts aan een Jaak Frijters, Joop Zoetemelk, Jan
Krekels, Leen de Groot en een Fedor den Hertog. Maar ook Leen Poortvliet,
Tino Tabak, Herman Hoogzaad en de sterke Daan Holst klopten weer aan de deur.
Daarbij kan men Wim Prinsen, Cor Baars, Cees Rentmeester en de grote afwezige
van deze Tour, de Brabander Rene Pijnen, evenmin vergeten. Zij vormen een
nieuwe basis, een toplaag waaruit mogelijk de grote kampioenen van morgen of
desnoods overmorgen zullen opstaan. Amateurs:
01e etappe A:Amsterdamse Bos, individuele tijdrit, 5 km: 1. H. Jansen 6.27.65 (bon.), 2. J. Zoetemelk 6.33.21 (bon.), Amateurs:
01e etappe B: Ploegentijdrit, 10 km: 1. Smiths-Acifit 12.48.23 (bon.), 2. Vredestein 12.54.25
(bon.), 3. Caballero 13.03.94 (bon.), 4. Denemarken 13.09.96, 5. Amstel Bier
13.12.52, 6. Peugeot-Michelin 13.13.90, 7. Batavus 13.14.17, 8. ASC Olympia
13.14.70, 9. Sport '68 13.15.08, 10. Ovis 13.20.32, 11. Noordelijk Team
13.22.69, 12. E. O. Kroon 13.23.00, 13. Tsjechoslowakije 13.28.87, 14. Polen
18.31.32, 15. Flandria 13.34.33, 16. Ned. Militair Team 13.38.91. OLYMPIA’S
TOUR.68.02e RIT (24 mei).1968 Na het gebruikelijke
ceremonieel dat met de voorstelling der ploegen op het Amsterdamse
Rembrandtsplein gepaard ging, en het symbolische startschot dat commissaris
van politie Landman loste, kon de 17e Olympia's Tour door Nederland dan toch
heus op weg gaan voor de eerste echte “rit in lijn". Een etappe die door
het hart van Nederland naar het Brabantse Waalwijk voerde. Tot over
de brug van Vianen, waar de groep in een lang lint in een razend tempo
doorsjaste, gebeurde er buiten de gebruikelijke lekke banden en andere vormen
van pech maar zeer weinig. Daarna kwam evenwel de rit volledig op gang;
zonder oranje-truidrager Harrie Jansen echter, hij kreeg een lekke band te
verwerken en moest alleen terugkomen. De sterke wind op de smalle Lekdijk
blies nogal in het gezicht en deed de groep zelfs in twee stukken uiteenvallen.
Vooraan liet de lange Leen Poortvliet zien, dat hij deze Olympia's Tour met
een speciale bedoeling reed. Zoals men
weet kwam de Zuidhollander vorig jaar nogal ernstig ten val in de rit Den
Haag-Vlissingen, maar dit jaar rijdt de Dirkslander met bijzonder veel
overtuiging. Daarom trok hij de meute uiteen, hij begeerde meer dan alleen
maar de gedeelde glorie van zijn groep Smiths-Acifit tijdens de ploegentijdrit.
Met de Deen Leif Mortensen trok hij op avontuur, dra gezelschap krijgend
van Cor Leunis, Peter Legierse en een andere Deen, namelijk Jorgen Emil
Hansen. Spoedig daarna reed Hansen lek, waar diens krachten waren toch al
zodanig sangetast, dat men zijn wegvallen niet eens miste. Trouwens, deze
vlucht slaagde toch alleen maar op het onvoorstelbare doordrijven van de
Zuidhollandse „locomotief". Achteraan was Jansen, die met Baars, Luchies
en een groepje lossers, onder wie de Pool Boguslav Fornalczyk, Mathieu
Pustjens, Van de Voort, Pepels en de Deen Hove, weer netjes in de rijen van
de grote groep teruggekeerd en kon men met elkaar gaan uitmaken wie de jacht
op het vermetele viertal vooraan zou openen. Dat werden Leen de Groot, Peter
van Stralen en Wim Bravenboer, maar verder dan op dertig seconden van het
alsmaar voortijlende viertal konden zij toch niet komen. Inmiddels had de
Pool Jancovic in de buurt van Giessen-Oudkerk de rest moeten loslaten. Zo
vergleed deze etappe en geleek het erop, dat de strijd voor deze dag
gestreden was, want alle goede bedoelingen van het trio Leen de Groot ten
spot, bleef men vooraan alsmaar doorstormen. Eerst voorbij Eethen, toen
achter de kop alles weer bijeen was gesmolten, kwam, er vanuit het peloton
een reactie, welke een briljant slot te zien gaf. Jaak Frijters, de heldere
Nederlander uit Baarle-Hertog, spoot weg, direct nagezeten door de Fries Pier
Dijkstra. En zowaar, met een prachtige poursuite kwam Frijters meer en meer
naderbij, tot hij in de eerste straten van het drukke Waalwijk aansluiting
vond. In de eindsprint moest hij echter met miniem verschil de eer aan Cor
Leunis laten, kon Poortvliet de sierlijke oranje-trui over zijn sterke
schouders laten glijden. Amateurs:
02 etappe: Alg.
klassement na 2e etappe: Dagploegenklassement: 1. E. O. Kroon 9.49.27, 2. Batavus 9.49.34, 3. Smiths-Acifit
9.49.34. OLYMPIA’S
TOUR.68.03e RIT (25 mei).1968 't Was
evenals voorgaande jaren te verwachten, dat er in de etappe naar Heerlen weer
ontieglijk hard gereden zou worden. Vooral de Limburgse „kleppers" gaan
dan huiswaarts en daarom hield men het op een Harings of een Krekels. Daar
kwam evenwel niets van in de bus, want juist de renners van het “bronsgroen
eikehout" zouden op grandioze wijze de slag missen. Een slag welke in
alle hevigheid ging losbarsten. Na wat
strovuur van onder andere Van Katwijk, Deelen, Snijder, Gerrits, Balk en
Tabak, die er perse „in" wilde vliegen, kwam reeds na toen het
zestal een halve minuut winst boekte, kwamen ook Matthijs de Koning, Peter v.
d. Kruys, Daan Holst, Harrie Schoofs en Marcel Pennings mede aan de spits.
Moesten de twee laatsten deze expresse laten gaan, een ander trio, te weten
Nanno Bakker, Hans Verbeek en Peter Legierse overbrugde de kloof eveneens.
Nog was de vlucht niet compleet, want Jan van Katwijk, Cor Baars en Mat
Gerrits begrepen dat 't hoogtepunt van deze zware etappe over ruim Inmiddels
begon het achteraan aan alle kanten te “kraken". Leider Leen Poortvliet,
die maar al te goed wist dat hij het uiterst moeilijk zou krijgen, sleurde en
trok, wilde met alle geweld zijn achterstand goedmaken. Zo ontstond eerstens
een jachtformatie van twintig man met daarachter zoveel
“splinterformaties" dat het niet anders kon of alles - behoudens de
kopgroep - zou weer aaneensluiten. Daarmede was al het werk dat Nieuwkamp, de
Deen Mortensen, Leunis, Van de Voort en Krekels, Prinsen, Poortvliet,
Zoetemelk, Snijder, Van Stralen, Cornelisse en Jansen, alsmede al die anderen
voor elkaar brachten, gedoemd als “onproduktief" te worden
gekwalificeerd. Ook Ger Harings, die zich in de slotfase ondanks zijn lekke
band nog zo prachtig weerde, verder Janbroers, Tino Tabak, Vlot en Pennings
deden hun uiterste best, terwijl Fedor den Hertog zich met een machtige
sprong zowaar ook nog bij die omvangrijk(er) wordende groep presenteerde. Nog
wilde men zich bij de beslissing - voorop vijftien renners met een voorsprong
van ruim een minuut - niet neerleggen. Jergen Emil Hansen, Nico Vermeulen,
Peter van de Voort (wat een sublieme stijl!) en Harry Jansen togen op jacht,
dra gevolgd door Zoetemelk, Deelen, Snijder, Van Stralen en Krekels,
Serpenti, Poortvliet en Riem. Na Vooraan
begon de strijd zich zo langzamerhand toe te spitsen. De kleine, driftige,
zeer veel belovende De Koning, zonder meer een der sterkste doordrijvers,
bleef het tempo opzwepen en ook Theo van der Leeuw gaf geen krimp wanneer het
zware werk aan kop moest worden gedaan. Trouwens, allemaal - op Rentmeester
en Gerrits na, die natuurlijk geen meter mochten „rijden" om hun
ploegmakker Leen Poortvliet geen schade te berokkenen - deden zij hun
uiterste best. Met nog een dikke tien kilometer te gaan, knalde Hoogerheide -
in 1966 briljant overwinnaar van de tweedaagse Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen
- weg. Prompt kwamen ook De Groot, Rentmeester, Legierse, Van Katwijk,
Gerrits en ... verrassing Bakker bij en dat bracht het einde van een rit,
waarin het aan grootse wielerstrijd zeker niet heeft ontbroken. In een vlammende
eindsprint legde De Groot de anderen zijn wil op. Hij inde niet alleen de
vetste dagprijs, doch ook de leiderstrui. De grote verliezers van deze dag?
Krekels, Harings. Zoetemelk, Den Hertog, Frijters, Tabak, Hoogzaad en nog
enkele anderen. Hun achterstand telde men in minuten ... Amateurs:
03 etappe: Alg.
klassement na de 3e etappe: Dagploegenklassement: 1. Caballero 13.01.47, 2. Batavus 13.01.47, 3. Smiths-Acifit
13.03.42. OLYMPIA’S
TOUR.68.04e RIT (26 mei).1968 Regen,
regen en nogeens regen. Wat een miserabel mistroostig weer en wat werd
verwacht, namelijk een geweldige koers, is er niet eens uitgekomen! Met de
rit over de zware Limburgse heuvels opperde men toch de mening, dat er een
geweldig offensief tussen verschillende kanshebbers zou losbarsten. Het kwam
er niet van, want ondanks de vele pogingen, schoof in Geleen zo'n grote groep
over de finishlijn, dat er totaal geen belangrjjke verschuivingen in de
algemene rangschikking plaatsvonden. En aan
die streep toonde de jonge Mat Gerrits uit Oploo, sterk aangemoedigd door de
“volvette" premie van zijn sponsor Hurt Vyth, dat hij de slag tussen de
in nevelen gehulde heuvels allerbest had doorstnan. Hij was meegegaan
„tussen de wielen", gokte op een massale aankomst en zowaar: Gerrits had
het goed bekeken. Na een
bijzonder sfeervolle ontvangst door het Heerlens gemeentebestuur en heel wat
drukte aan de start, vertrok het gezelschap voor de rit, welke misschien als
een “koninginnerit" zou kunnen worden aangemerkt. Wimke Prinsen, het
kleine vechtersbaasje uit het Brabantse Hank, ging het eerst weg. Zijn
sprong mislukte, evenals de jump die Harrie Jansen plaatste. Toen Wahlwiller
word bereikt en men een sterke stijging op moest, brak de groep in tweeen.
Vooraan reed Leen de Groot zich alle duivels uit het kastje om de zaak zoveel
mogelijk bijeen te houden. Achteraan
moest Leen Poortvliet 'n zelfde toer uithalen om de schade na een lekke band
weer ongedaan te maken, terwijl Jaak Frijters, die minder goed tussen de
wielen kan rijden en ronduit bang is om zich in een “waaier" te wurmen,
ook weer aansluiting wist te vinden. Nog wat
verderop waagden Chris Pepels en alweer Prinsen een poging, maar ook dat was
tot mislukken gedoemd. Het viel niet mee, PRINSEN
BLEEF DOORHAMEREN Inmiddels
had de knokpartij al heel wat teweeg gebracht, want Marcel Pennings en Klaas
Balk moesten of door onmacht of door pech afhaken en Cees Stam, die deze Tour
in hoofdzaak rijdt om zich te gaan bekwamen voor zijn optreden achter grote
motoren, kon eveneens een ander wieltje laten steken. Ook Henk Nieuwkamp, die
nog zulke prettige herinneringen heeft aan Limburg, toen hij in 1967 de
provinciale rondrit won, moest van de fiets. De
Ossendrechtse Frits Hoogerheide, zonder meer een der favorieten voor de
eindzege, flitste bij Gronsveld weg, in gezelschap van Chris Pepels. Nog even
daarna kwamen ook Prinsen en Van Vught een kijkje nemen, direct gevolgd door
Janbroers. Deze vlucht had inhoud genoeg, maar toen Peter van de Voort zich
vooraan meldde en Cees Rentmeester achteraan een georganiseerde jacht ging
opzetten, was na Nog wilde
de striijdlustige Prinsen van geen wijken weten, want toen Itteren
was gepasseerd, ging de “dwerg" weer weg. Meteen reageerden De Koning,
Van Vught en Nanno Bakker en toen maakte De Groot in zijn eentje deze vlucht
wat gevaarlijker. Maar Limburgse Jan Krekels, tot dan toe eigenlijk wat
teveel in de schaduw van zijn werkelijke kunnen, wilde ook wel mee. Weer ging
Prinsen door, en dat kostte Bakker en De Koning de aansluiting. Bergop gaat
het voor Prinsen nu eenmaal wat gemakkelijker dan voor de meesten van zijn
sportmakkers. Leen de Groot, die het gevaar van deze aanval duidelijk inzag,
ging zodra het vlakker werd achter de durvers aan, maar kwam in moeilijkheden
toen ook Rentmeester, Van Katwjjk, Gerrits zich als sterk trio presenteerden.
Utrechtse Leen, moest zelfs lossen en kon ook niet meer aanhaken toen een
nieuwe trein, bestaande uit Van Vught, Baars, Lucassen, Tabak, Hoogerheide,
Deelen, Leferink en zowaar weer De Koning (een naam om te onthouden)
denderend naar de spits spoorde. Dat was teveel van het goede en daarom moest
De Groot wel overgaan tot een tegenaanval; in Meerssen - op twintig kilometer
van de aankomst - werd de zaak weer herenigd. En toen gingen de mannen van
Piet Liebregts, die met Rentmeester een serieuze aanval op de Oranje-trui
hadden ondernomen, doch welke mislukte, het zo regelen, dat zij in het
bijzjjn van hun baas tenminste met de grootste prijs van de dag naar hun hotel
konden keren. Het is hun met etappe-winnaar Gerrits en de vierde plaats van
Rentmeester uitstekend gelukt! Amateurs:
04e etappe: Alg.
klassement na de 4e etappe: Dagploegenklassement: 1. Vredestein 8.17.27, 2. Smiths-Acifit z.t., 3. ASC Olympia z.t. OLYMPIA’S
TOUR.68.04e RIT (27 mei).1968 Met
spanning wachtten de inwoners van hat Oost-Brabantse plaatsje Oploo de komst
van de vijfde etappe in Olympia's Tour af. Immers op deze dag zouden de
plaatselijke favorieten, de kleine gedrongen Matje Gerrits of de sterke Jan
van Katwijk wel een poging doen om De Groot uit het oranje te rijden dan wel
met brio de etappe in de wacht te slepen? Niets van dat alles! Er werd een
geheel andere ontknoping naar voren gebracht, een die in het algemeen
klassement een lichte verschuiving aan de top veroorzaakte, een die voor de
rappe Henk Nieuwkamp de grootste dagwinst bracht. In de
buurt van Helenaveen, na zo'n Nu echter
begonnen Tino Tabak, Rink Cornelisse en Wessel Bosschieter, alle drie van de
Olympia-ploeg, verder Cees Koeken en Wim Prinsen, Wim Bra- venboer
en Pier Dijkstra alsmede de Deen Sven Rosenmeijer aan een aanval, die hen
dertig kilometer lang voorop zou houden. Toch
miste deze demarrage teveel overtuigingskracht, evenals de kort daarop
geplaatste uithaal van Fedor den Hertog. De Ermeloer, die nog lang niet de
oude is, maar toch al het mogelijke doet om weer volledig aan de top te
komen, vlamde naar voren. Theo v.
d. Leeuw, de kwieke Limburger, Henk Benjamins en Ben Janbroers gingen met
Den Hertog mee, maar zij konden hem niet voldoende aflossen. Er zat te weinig
“snee" in hun rijden; 't duurde allemaal te lang,'t ging teveel met
horten en stoten. En dan zijn 45 seconden voorsprong heel vlug verspeeld. Tussen
Venray en Rips ging het spel weer op de wagen. Opnieuw knalden
negen dapperen de ruimte in, namelijk Aad Duyker, Cees Rentmeester, Wim
Deelen, Daan Holst, Wim Bravenboer, Jo Vrancken, Tino Tabak an de twee
grootste rivalen van elkaar Peter Legierse en . . . Leen de Groot himself.
Ja, De Groot snapte de geniepige aanval van Legierse maar al te goed: de
knaap uit Den Bommel was in de voorgaande dagen op zulk een verrassende wijze
vooraan in het klassement gekomen, dat Utrechtse Leen de twaalf seconden
winst op hem maar zeer benauwend vond. Daarom mocht hij geen enkel risico
lopen en flitste naar deze expresse. Voor de anderen was de aardigheid er
toen af. De
aansluiting werd een feit, maar op hetzelfde moment verstoorden Tino Tabak
(alweer), Cees Koeken, Harrie Jansen en Gnus Zantingh, Siepke van de Burgh,
Peter van Stralen, Daan Holst en de Deen Sven Rosenmeijer opnieuw de rust.
Daze acht kwamen tot 35 seconden winst in de Ins, welke na de eerste
doorkomst in Oploo nog genomen moest worden. Over Sint Anthonis, Ledeacker,
Landhorst, Elsendorp en Rips lagen nog Amateurs:
05e etappe: 1. H. Nieuwkamp 3.41.59 (bon.), 2. B.
Groen 3.42.09 (bon.), 3. J. Serpenti 3.42.14 (bon.), 4. P. v. Stralen
3.42.19, Alg.
klassement na de 5e etappe: Dagploegenklassement: 1. Vredestein 11.05.57, 2. Batavus z.t., 3. Caballero z.t. OLYMPIA’S
TOUR.68.05e RIT (28 mei).1968 Tussen
Oploo en Nijverdal lagen 176 kilometers voor de wielen; een afstand welke
zonder meer kansen bood om nog eens flink “herrie" te schoppen. Jan van
Katwijk en Henk Hoekstra, Jans Vlot en de Pool Kazimir Wilczek, Henk van
Vught (eerste luitenant van oranjetrui-drager Leen de Groot) en Leen
Poortvliet, Mathieu Pustjens, Gerrit Leferink en alweer Leen Poortvliet: of
alleen of met z'n tweeen probeerden deze renners aan de snelle, wurgende
greep van het peloton te ontsnappen, maar het was er niet bij. Later, zo rond
de 33e kilometer, toen Mathieu Pustjens en de kwieke Matthijs de Koning
(geboren op 18 maart 1949, van beroep automonteur) uit Scherpenzeel het nog
eens probeerden, kwam Leen de Groot hen persoonlijk tot de orde roepen. Daarmede
gaf De Groot te kennen zijn positie bijzonder lief te hebben, hij zou ze met
hand en tand verdedigen. Dat ondervond ook Tino Tabak, die eindelijk wat
beter ging rijden, maar op de laatste dag naar Amsterdam zo'n ernstige val
zou maken. . Het zat
de kleine Thijs de Koning, die voortgekomen is uit de Tour de Junior in
Achterveld, niet lekker. Hij ging met Hoekstra, Van der Kruys en Koeken
opnieuw aan de haal. Het viertal reikte naar een halve minuut winst, maar
bleef toen hangen. Daardoor konden Roel Snijder, die de zaken eens in
ogenschouw moest gaan nemen, Frits Hoogerheide en Henk Luchies eveneens
aansluiten, maar toen Benjamins en Zoetemelk alsmede de twee Denen Mortensen
en Hove ook al naar de spits dongen, kwam een hevige tegenaanval op gang, welke
alles weer ongedaan maakte. Zo bleef
deze rit een wisselend karakter behouden, want nauwelijks was de rust
weergekeerd of Arnold Voogt ging er met Peter van der Kruys - later
bijgestaan door de Pool Gazda, Tabak, Legierse en de twee
“vergrendelaars" Cor Baas en Henk van Vught - vandoor. Hoe onschuldig
deze ontsnapping ook leek, er kwam een omvangrijke groep tot stand, waarin
alle favorieten een plaatsje vonden. In deze
groep kwam Leen Poortvliet overigens nogal raar te vallen. Hij reed in de
kant, kwam in een heg terecht en daardoor kreeg zijn fiets zo'n zwieper, dat
deze al zwaaiend door de lucht precies voor de wielen van Fedor den Hertog
terecht kwam. De Ermeloer viel, maar wist tussen de volgwagens weer terug te
komen. Inmiddels
waren Baars, Bosschieter en Koeken, later Poortvliet, Velthuizen, Groen en
Koot aan een opmars naar de eerste rijen begonnen. In zijn
eentje deed Peter van de Voort deze krachten slopende stunt na en zo kreeg
men vooraan een gezelschap van omstreeks veertig renners. Daar begon het
echter ook te “vlammen" met als gevolg dat Hans Verbeek, Theo van der
Leeuw, Wim Deelen en de strijdlustige Peter van der Kruys opnieuw “los"
kwamen en een halve minuut winst konden boeken. Dat was het sein voor Wim
Prinsen, die zich nog zo graag in de voorste regionen van het algemeen
klassement wilde plaatsen, om met Rink Cornelisse naar voren te stuiven. Na
een inspannende achtervolging geraakte het tweetal vooraan. Dat gebeurde
vlak voor Lochem, maar nauwelijks zes kilometer verderop, in het Gelderse
Laren, maakte Leen de Groot dat alles weer vrolijk bij elkaar zat. Het einde
van de rit kwam in zicht en ofschoon nog vele demarrages werden geplaatst,
kwam eerst de vlucht van Pier Dijkstra, Cor Baars, Tino Tabak, Arnold Voogt
(eerste op de Holterberg) en animator Henk Riem tot een definitieve
afscheiding. Vooral toen ook Jan Krekels en Henk Nieuwkamp mede vooraan
kwamen. Bij de eerste doorkomst van etappeplaats Nijverdal bedroeg de
voorsprong al een minuut en ofschoon achter hen nog een tegenaanval met
Harrie Jansen, Chris Pepels, Evert Dickhof, Jef Smulders. Ger Harings, Klaas
Balk en Bennie Groen op gang kwam (werd gesmoord), bleven deze zeventien
dapperen toch vooruit. In de sprint klopte Krekels de als favoriet
aangemerkte Nieuwkamp. Amateurs: 1. J. Krekels, Alg.
klassement na de 6e etappe: Dagploegenklassement:
1. Amstel Bier 12.08.30, 2. ASC Olympia 12.08.30, ~. Noordelijk Team
12.09.15. OLYMPIA’S
TOUR.68.06e RIT (29 mei).1968 In het
Overijsselse Nijverdal, waar men de wielersport een bijzonder goed hart
toedraagt, was nagenoeg iedereen op de been om de rennersstoet een laatste
„adieu" toe te roepen in zijn tocht naar eindplaats Amsterdam. Zou het -
evenals rorig jaar - in deze laatste „schuif" nog tot een hevige botsing
comen? Zoo men het Leen de Groot nog even extra moeilijk maken voor hij zijn
triomfale intocht in de Amsterdamse Van Swindenstraat kon maken? Even leek
het erop toen Matje Gerrits met de Deen Jergen Emil Hanen naar voren ging.
Waarschijnlijk had ploegleider Piet Liebregts zijn pupil op het hart gedrukt,
dat er deze dag nog wat aan te doen zou zijn, wanneer men maar zou
attaqueren. Het tempo, fel op gang getrokken door Cees Rentmeester (ook al
een Smiths-Acifit-rijder) lag evenwel te hoog en daarom sorteerde deze vroege
aanval geen enkel effect. De gesloten spoorbomen voorbij Laren (na Net voor
het nauwe spoorwegovergangetje in Ede waren Cees Koeken en Jef Smulders ontnapt
en juist toen zij de overgang waren gepaseerd, moest de rest wachten voor de
snel naderende trein ... Daardoor kon de voorsprong van Koeken –
Smulders liet zich al vrij vlug teugzakken
- oplopen tot bijna een minuut. Achteraan vond een valpartij plaats, welke
voor enkele renners tot gevolg had dat zij een sterke jacht moesten
ontketenen om weer bij te komen. In de pits van het jagende peloton trachtte
Rink Cornelisse mede vooraan to geraken, doch de groep - sterk aangevuurd
door Leen de Groot - reageerde onmiddellijk. De Utrechter zou het zelfs nog
frappanter gaan doen. Hij ging zelf rijden, met als gevolg dat er zich een
langgerekt peloton door Leersum, Doorn, Maarn, Woudenberg, Zeist, Huis ter
Heide en De Bilt slingerde. Daardoor werd Koeken, die ondertussen gezelschap
had gekregen van Tino Tabak en Peter van den Donk, na een vlucht van ruim
veertig kilometer weer netjes ingerekend. Voor Tabak kwam er op de smalle
weg door Maartensdijk en Hollandsche Rading overigens nog een zeer triest
vervolg. Het lag voor de hand dat het hier weleens kon gebeuren, de spits
waaierde nogal over de weg. Daarom wilde hij zich er eveneens in
“werpen", knalde tegen een boom en moest met een vrij ernstige bloeduitstor- ting in
de arm naar een ziekenhuis worden vervoerd. 't Viel achteraf gelukkig
allemaal wel mee. De
Ossendrechter Leo Bogers, die beslist meer kan dan hij in Olympia's Tour
heeft laten zien, flitste vlak voor Hilversum weg. Hij kreeg meteen Henk van
Vught en Wim Deelen mee. Ook Wim Prinsen, later Ben Janbroers en Guus
Zantingh en tenslotte Aad Duyker sprongen op de plank welke met reuzevaart
werd ingetrokken. Gerrit Leferink, Cor Baars, Leen Poortvliet en Joop
Zoetemelk formeerden een tweede vluchtgroepje; voor Harrie Jansen een
aanleiding om ook eens zijn kunnen te demonstreren. Het begon te spannen,
want plotseling ging ook Nanno Bakker - goed gesteund door ploegmakker
Jacques Frijters - over tot een felle aanval. De Groot, tot dan toe de situatie
volkomen meester, kreeg het even benauwd. Furieus vocht hij zich tot bij Bakker,
want diens 39 seconden achterstand waren nu eenmaal zo eng, dat geen enkele
vergissing mocht worden gemaakt. Verder dan het groepje met Harrie Jansen en
Joop Zoetemelk kwam men evenwel niet, want vooraan bleef de vlucht steeds
meer gestalte krijgen. De voorsprong schommelde, dan weer veertig of vijftig
seconden, maar toen Ben Janbroers met een formidabele eindsprint zich het
eerst aan de allerlaatste eindstreep in de Van Swindenstraat meldde, was de
kloof toch uitgegroeid tot 1 minuut en zeven seconden. 't Was
gebeurd, de zevendaagse rondrit door Nederland behoorde tot het verleden en
een sterke, grote winnaar kon worden gehuldigd. Een winnaar die precies wist
waar hij zijn slag moest slaan en nadien zo'n doeltreffende
verdedigingstaktiek toepaste, dat hem en niemand anders de meeste eer
toekwam. En dat De Groot in zijn ploegmakkers Snijder, Van Vught (vooral
deze), Baars, Bols en Harings zeer goede recruten bezat, werd onderstreept
door het feit dat ook de eindrangschikking der ploegen in de portefeuille
der Caballero's terecht kwam. Amateurs: 1. B. Janbroers, Dagploegenklassement: 1. Vredestein 12.43.43, 2. Batavus 12.44.29, 3. ASC Olympia
12.44.29. ALGEMEEN
EINDKLASSEMENT Amateurs:1. L. de Groot 22.29.32, 2. N. Bakker 22.30.11, EINDSTAND
PUNTENKLASSEMENT (Sport en Sportwereld) 1. J.
Krekels 74 pnt., 2. H. Jansen 72 pnt., EINDSTAND
ALGEMEEN PLOEGENRLASSEMENT (Skol) 1.
Caballero 67.21.53, 2. Batavus 67.22.28, 3. Amstel Bier 67.26.04, 4.
Smiths-Acifit 67.26.31, 5. E. O. Kroon 67.27.50, 6. Vredestein 67.29.18, 7.
Peugeot-Michelin 67.32.00, 8. Dvis 67.33.48, 9. Sport '68 67.35.21, 10. ASC
Olympia 67.36.46, 11. Denemarken 67.39.07, 12. Noordelijk Team 68.04.56, 13.
Flandria 68.05.47, 14. Ned. Militair Team 68.07.05, 15. Polen 68.21.59. OMLOOP
VAN DE BARONIE.(1968.03.24) “Koninginne-klassieker" OMLOOP VAN DE BARONIE straalde
weer majestueus Incidentrijke eindspurt
bracht COR BAARS zege Wat
Parijs-Roubaix is voor de internationale wielertop, dat is de Omloop van de
Baronie voor onze vaderlandse amateurroutiers. In Brabants meest afgelegen
zuid-westhoek, waar lange, open polderwegen geplaveid zijn met lastige
kasseien en de voorjaarswind over de gladgeploegde akkers aan komt stormen,
is het moeilijk, uiterst moeilijk om een goede uitslag te rijden. Daar
blijven slechts de allersterksten overeind, daar leert men uit welke
houtsoort de pur sang wielrenner is gesneden. Natuurlijk
speelt de factor geluk daarbij een minstens even grote rol, maar men moet aan
atletische gaven toch bijzonder veel bezitten om ergens een ,gooi" te
durven doen naar ofwel de eerste, ofwel een der volgende ereplaatsen. Wel,
uiteindelijke winnaar Cor Baars, de zelfverzekerde 23jarige Haarlemse
constructie-bankwerker, bezit deze eigenschappen. Maar zijn lastigste
rivaal, de kleine “Wimke" Prinsen uit Hank, evenzeer. Samen waren zij
met meer dan vijftig kilometer voor de wielen op de loop, gegaan, samen
moesten zij het op de moeilijke sintels van het Bredase Sportpark uitvechten.
Prinsen leidde en geleek te gaan winnen, toen echter kwam Cor Baars naast hem
en week iets van de rechte lijn af. In een reflex greep Prinsen naar zijn
strijdmakker, duwde hem af en werd zeer terecht gedeklasseerd. Het was
op deze zondagmorgen van de 24e maart 1968 werkelijk een stralende dag. Uit
de wind zelfs warm; geen wonder dat er niets dan blijde gezichten waren te
aanschouwen. Immers vandaag zou de klassieke Omloop van de Baronie, dat
prachtige stuk organisatie van de onvervalste wielervrienden Simons, Van den
Wijngaard, Van Tilburg en Petrucco worden verreden. Zonder enige twijfel was
er daarom een flonkerend stuk koerswerk te verwachten ... FEL
GEVECHT ... Dat is er
geheel uit gekomen, want voordat Moerdijk (na Vooraan
bliksemde het inmiddels hard; een sterke kopgroep met Cees Kooken, Wim
Prinsen (de animator), Fred van Lachterop, Henk Nieuwkamp, Jan Serpenti, Jan
Tabak (de Nederlandse Nieuw-Zeelander), Ben Janbroers, Leen de Groot, Jan
Krekels, Rene Pijnen en Daan Holst, verder met Cees Rentmeester, Bart Solaro,
Leen Poortvliet, Tiny van Hasselt en Herman Hoogzaad. Deze laatste kwam
echter helaas ten val en moest met lede ogen aanzien hoe deze “trein" in
een steeds razender tempo naar voren denderde. Toch was
de voorsprong, die rond de vijfhonderd meter schommelde, niet voldoende,
want in de tweede jachtformatie bewogen Jan van Kessel, Cor Baars, Peter van
de Voort, Charles de Smet (wat een klasse!), Cees Frijters en Wicher Vlot,
Cees van Dorst, Hans Verbeek, Leon Schrauwen, Arie Versluis, Leen Poortvliet,
Marcel Pennings, Rink Cornelisse en de nog steeds niet in oude doen zijnde
Hans Eckelboom hemel en aarde om minstens op de treeplank van het eerste
treinstel te komen. Na ongeveer zestig kilometer, in Oud-Gastel, gebeurde
dat en toen kon er gelijk over de rest van het in vijf a zes groepen
uiteengeslagen peloton een kruisje worden geslagen. Zij waren allemaal
“gezien", kwamen te laat voor de helse strijd, die zich in de “Hel van
Moerstraten" zou gaan afspelen. Wicher
Vlot uit Wanneperveen, vorig seizoen zo glansrijk nieuwelingen winnaar in de
Acht van Chaam, moest het eerst van de fiets voor een lekke band, een
driehonderdtal meters verder voelde Rentmeester zijn velg stoten, nog een
kilometer daarna ging Jan Krekels door zijn tube. Verbeek (als eerste), Van
Hasselt en Eckelboom werden, evenals wat later Van Kessel en Frijters,
afgehaakt. Een lot, dat ook de moedige Arie Versluis uit Lexmond overkwam.
Inmiddels had Rentmeester van zijn ploegleider een ander wiel gekregen en in
een prachtige jump zijn plaats vooraan heroverd, maar hij werd na afloop voor
dit vergrijp (de helft van de koers was nog niet om) gediskwalificeerd. In de
achterhoede probeerden Adrie Naaktgeboren, Peter van Doorn, Riny Huybregts,
Wessel Bosschieter, Nanno Bakker, Chris Kipping, Jan van der Haar, Willy Moonen,
Guus Leliaert en Adrie Wouters de opgelopen achterstand nog enigszins
ongedaan te maken, terwijl op anderhalve minuut van de koplopers Frijters,
Eckelboom, Van Kessel en Krekels met de opgepikte Versluis ook weer een
ploegje vormden. PRACHTIGE
FINALE Het lag
voor de hand dat de omvangrijke kopgroep, waarin de intrige, het spel om
elkaar uit te schakelen, steeds duidelijker vormen aannam; nog uit elkaar zou
worden gerukt. Baars, Van Dorst, De Groot en de formidabel rijdende Peter van
de Voort (last van een ontstoken Achillespees) jumpten al eens vooruit,
prompt reageerden Fred van Lachterop en Leen Poortvliet, alsmede Wim Prinsen,
welke laatste evenwel net niet kon aanpikken. Baars en Van de Voort gingen
daarop nog een keer weg en daarmede werd het verband verbroken. Ze werden
weer teruggehaald en deze jacht werd voor Rink Cornelisse, die aldoor op het
kantje reed, teveel. Leen Poortvliet, geremd door een lekke band, wist de
aansluiting in een magnifieke ren weer te volbrengen. Nog raasde de demarragevlam
door de eerste gelederen, want toen Nieuwkamp en Rentmeester door een
slippartij onderuit gingen, kon alleen de laatste nog maar net aanhaken. Toni
Tabak, zoon van een Nederlandse emigrant in Nieuw-Zeeland maar tegenwoordig
in Amsterdam woonachtig, knalde weg. De man, die vorige week in de Belgische
wegwedstrijd Gent-Ieperen furore maakte, durfde het gevecht met alle
gerenommeerde sterken wel aan. Direct echter wipten Cor Baars en Wim Prinsen
achter hem aan. De moeilijke kasseiwegen tussen Rijsbergen en Ulvenhout (na
zo'n Daar kon
de groep, waaruit Van de Voort, Koeken en Tabak nog werden gelost, geen
enkele verandering meer in aanbrengen. Prinsen
kwam door de (te) nauwe doorgang het eerst de sintelbaan op, stuurde over de
mulle assebaan zo uitgekookt mogelijk. Ruim door de bocht, daarmede beogend
Baars in de volle wind te zetten. Deze wrong zich evenwel toch nog naast
Prinsen. De reflex voor voorstelbaar, maar “truitje trekken" mag nu eenmaal
niet. En al kwam Prinsen dan duidelijk afgescheiden voor Baars over de
eindstreep, de zege ging naar de Haarlemmer. Vorig
jaar won Baars een zestal criterium-wedstrijden (onder andere ook in Belgie
en Duitsland), maar kwam vooral in het nieuws door zijn eindzege in de
Internationale Wieler Avond Zesdaagse.BRON JAN BALDER Amateurs: OMLOOP
VAN DE HAARLEMMERMEER.(18 mei).1968 16e Ronde
om de Haarlemmermeer vergleed in roemloze vlucht Utrechter
LEEN DE GROOT tot winnaar verklaard De
meningen omtrent de volle winst in het felle sprintgevecht tussen Leen de
Groot en Rink Cornelisse waren nogal verdeeld. De ene partij gaf Cornelisse
voor, de andere De Groot. 't Was dan ook erg moeilijk te zien, maar de frele
Amsterdammer, die zich werkeljjk zo fantastisch had geweerd, was pertinent
zeker. „Ik heb
gewonnen en niet Leen de Groot!" Edoch, de
kamprechterlijke beslissing bleef bij het eerder genomen besluit: Leen de
Groot (Utrecht) eerste, Rink Cornelisse (Amsterdam) tweede. De waterlanders
vloeiden, een protest volgde. Alles tevergeefs. En wat
Leen de Groot, de sportieve knaap uit 't Sticht er allemaal over zei? “Heus,
ik heb niet gekeken; alleen maar uit volle macht gespurt. Belust om toch nog
te winnen, nadat ze mij in de laatste kilometers nog terughaalden. Gelijk
aasgieren waren ze op me neergestreken en vooral toen Ted Blom, mien
heimelijke “dekking", zo ongelukkig kwam te vallen, wist ik dat er
vooral op Leen de Groot zou worden gelet. Daarom ging ik bij de laatste bocht
naar de finish gelijk keihard aan, hopende de anderen gedecideerd te kloppen.
Het was echter nog een flink eindje, ik heb niet meer gekeken . . ." En
opnieuw herhaalt de op 16 april juist 22 jaar geworden Leen de Groot: alleen
maar zo hard mogelijk gespurt! Dat was het slot van de zestiende Ronde om de
Haarlemmermeer, waarvoor het 5 Mei-comite van de Halfwegse Sportclub De
Bataaf zich al organiserend zo geweldig heeft ingezet, maar die qua koers
toch zo verschrikkelijk weinig te betekenen had. Niet dat het parcours in en
om de altijd winderige Haarlemmermeerpolder te licht was of geen
mogelijkheden bood voor sterke demarrages, lange jachten enzovoorts. Neen,
het mankeerde gewoon aan activiteit in het deelnemersveld, aan het grillige
koersverloop. Want
reeds na zo'n DOELBEWUST Leen de
Groot, die een halfbroer is van oud-wielrenner Wim Breeuwer, begon dit jaar
later dan gewoonlijk met de voorjaarstraining. Speciaal met het oog op de
komende grote gebeurtenissen zoals Tour de 1'Avenir en Olympische Spelen.
Waarin De Groot, als hij definitief gekozen wordt, zo goed mogelijk wil
presteren. De eerste winst behaalde hij in het criterium van Esch, vervolgens
wat goede plaatsingen in onder andere de Ronde van Belgie. En nu dan de -
helaas wat aanvechtbare, jammer genoeg te weinig overtuigende - zege in een
als klassieker te boek staande wegkoers. Vorig jaar toonde de stevig
gebouwde Utrechter zich de beste in de Ronde van Drente, de Internationale
Ronde van Midden-Zeeland en de Vierstromenlandronde. Daarnaast inde hij
dertien bloementuilen in criteria. Zonder meer een knappe oogst, waarbij een
jaar eerder ook nog een “proefuitgave" van de Ronde van
Midden-Nederland kan worden geteld. De
energieke Caballero-rijder, die minder goed omhoog gaat en zich daardoor
nogal belemmerd voelt, heeft het nu anders aangepakt. Hij is zich op deze
zwakke zijde gaan toeleggen, rijdt veel wedstrijden in het moeilijke gedeelte
van Belgie (Ardennengebied) en hoopt zich op deze wijze een vaste plaats te
veroveren in het team dat ons land zo ver van huis moet vertegenwoordigen. De tijd
zal leren of De Groot het waar kan maken. ZONDER
GESCHIEDENIS Ondanks
wat afschrijvingen - Cees Rentmeester moest verstek laten gaan vanwege zijn
inentingen - vertrokken toch omstreeks honderd renners voor het betwisten van
de Ronde om de Haarlemmermeer. Geen gemakkelijke opgave, te meer niet daar
er altijd wind staat en men met het draaien van de dijk of het via de
kaarsrechte wegen doorklieven van deze voorname Nederlandse
,graanschuur" steeds een ander ritme, een andere cadans, krijgt
voorgeschoteld. Vooral
met buiig weer is het verduveld lastig; de smalle polderwegen geven weinig
beschutting en wie zich niet meteen in de eerste “waaier" laat
meevoeren, is ,gezien". Deze
analyse ging ook nu weer op, want toen de renners vanuit Zwanenburg de
kaarsrechte IJweg opdraaiden en de bolderende westenwind als een dolk in de
langgerekte meute priemde, moesten de eersten reeds loslaten. Buiten een heel
stel minder bekenden, zagen we hoe ook Wicher Vlot en wat verder Ko de
Vrieze en Gaby Minneboo werden afgehaakt. Ook de stijlvolle Charles de Smet
uit Hoofdplaat, die enige jaren geleden zo'n succesrijke adspirant was,
vervolgens bij de nieuwelingen zijn partijtje meeblies en dit jaar bij de
amateurs een goede gooi in de richting wilde doen. De Smet raakte enige tijd
geleden betrokken bij een auto-ongeluk en is bezig aan een come back.
Hopelijk lukt het hem want het wordt tijd dat er weer eens wat fris Zeeuws
bloed door de Nederlandse wieleraderen gaat vloeien. Enfin, De
Smet en Wim de Groot, Frokke Kooy en Leo van Schalen, Jan Peetoom, Jo
Vrancken en Ben Steeman moesten eveneens de groep laten gaan en toen
Rijsenhout was gepasseerd, gaf ook Bennie Cardol er plots de brui aan. De
koers zonder geschiedenis, welke in de eerste uren echter als een ware afvalrace
te boek kwam, wapperde zo wat door, maar kwam er niet volledig uit. GEEN
FLAIR? Nadat ook
Meijn en Vermeulen alsmede Chris Kipping tussen de wielen uit waren geknokt,
Peter van den Eeckhout, Jan Bols en Jan Zomer, Ton van der Valk en Jan van
Katwijk door lekke banden waren geveld en de veelbelovende Limburger Theo
van der Leeuw met de Amersfoorter Frans Valkenburg moest ervaren dat “in de
wind koersen" iets geheel anders is dan een helling opgaan, kon men
opnieuw een hele ris achterblijvers noteren. Onder hen een Adrie van Hest,
Cees Frijters, Henny van Leeuwen, Theo Zeldenthuis en Leo van de Berg, Hans
Verbeek en de Feijenoorder Nak. Mistroostig keek Jan Aldershof, het pientere
Haarlemmertje, dat er toch zo verduveld graag had bijgezeten, naar zijn tube
zonder lucht. Inderdaad,
want op de Bennebroekerdijk (na ongeveer Dat waren
de vijftien dapperen, die het in de eerste, volgende tientallen kilometers
schijnbaar zo geweldig met elkaar eens waren, dat zij warempel steeds meer
winst konden vergaren. Want al moest Van de Ruit (winnaar in 1966) later nog
lossen en joegen landskampioen Ger Harings (te weinig initiatief), Marcel
Pennings, Wim Deelen, Piet Hoekstra, Albert van Midden en de zo goed naar
voren komende Matthijs de Koning uit Scherpenzeel, verder Mari van Venrooy,
Nanno Bakker, Arnold Voogt, Roel Snijder en Albert Hulzebosch (later gelost)
fel op deze spits, men gaf niemand meer kans de overstap te maken. Zij waren
allemaal gezien, ook de uit groep twee nog geloste Henk Nieuwkamp en Gerard
Wesselius (stapten af) alsmede de lekrijdende Tino Tabak. 't Was
gebeurd, 't schip was vertrokken zonder dat er zich een werkelijke kapitein
aan boord bevond. Iedereen ,schrobde" het dek, loodste het geheel
“buitengaats"; zo zelfs dat de voorsprong zich via vijftig seconden ging
omzetten in meer dan zeven minuten. Niemand van de veertien had de flair, de
intentie van de onverschrokken ridder die het zwaard kruist om een gloedvolle
zege te bewerkstelligen. EEN
VLEUGJE Naar ons
gevoel zat men doodsimpel te rekenen. Twee grote omlopen maakten samen Vooral
door toedoen van de eerste werd dit echter weer hersteld. De zwartharige
Buis, die helemaal geen familie is van de roemvolle „Buizen", gaf
daarbij blijk allerbest een gaatje te kunnen dicht rijden. Op het
nieuwe Bataaf-parcours, waar ook de aankomst was, zou hij dat trouwens
nogmaals doen. Daar bleef namelijk Poortvliet, die het van een
verschrikkelijk harde rush naar de meet moet hebben, maar aan het
“bommen". Hij kwam evenwel niet los. De Groot en Cornelisse, Balk en de
opmerkelijk rijdende Jos Dekker uit Enkhuizen, kortom al die anderen waren
teveel gebrand op de zege. 't Zou uiteindelijk een soort „dead heat"
worden, een verwoed, niet ten volle uitkomend sprintgevecht tussen Leen de
Groot en Rink Cornelisse. Misschien dat de eerste het achteraf toch nog het
meest verdiend heeft, tenslotte reed hij een poos alleen voorop ... BRON: JAN
BALDER Amateurs: 1. Leen de Groot, Utrecht, OMLOOP
VAN DE KEMPEN.(12 mei).1968 Nieuw
talent in de Limburger JAN KREKELS ? In 20ste Omloop
der Kempen kwam hij op het laatste koersuur stempel drukken Is Jan
Krekels dan toch een bijzondere? Het begint er inderdaad naar uit te zien,
dat de Limburger, die in enkele klassiekers een fraaie ereplaats bezette,
die de Ronde van Overijssel won en zondag jl. heel op het laatst ook de
Omloop der Kempen beheerste, een bijzondere is. In het laatste uur van de
twintigste Omloop der Kempen, die evenmin als zijn voorgangers bepaald gemakkelijk
was geweest, had hij tussen de vluchters de krachtige zit en de machtige
pedaalslag van de heerser getoond. In de laatste kilometer kwam zijn
meerderheid op verbluffende wijze tot uiting. Hij had niemand nodig om Tino
Tabak, die tijdig ontvlucht was, tot de orde te roepen. Hij nam zelf het
initiatief. En zij die in zijn zog meeliepen, mochten alleen maar van het
door hem gekozen moment profiteren. Dat waren een geroutineerde Matje Gerrits
en een ervaren Joop Zoetemelk. Tabak, zegebelust als geen ander, moest zich
met een vierde plaats tevreden stellen. De twintigste
Omloop is door Tempo uit Veldhoven op dezelfde voorbeeldige wijze
georganiseerd als de voorgaande uitgaven. De Veldhovenaren hebben deze -
tenslotte klassieker geworden - grote wegwedstrijd voor amateurs door het
vriendelijke Kempenland altijd vertroeteld. Het is ook de oorzaak geweest,
waarom deze aanvankelijk roulerende wedstrijd definitief aan Tempo toegewezen
werd. Dat was de inzet van voorzitter Zijlmans met zijn bestuur, met mannen
als Van Herk en Jan Groenen, met nog vele anderen. Vijf jaar geleden is Zijlmans,
we mogen wel zeggen met zijn dochter Leny, als leider afgetreden. Willems
kwam ervoor in de plaats. De voortvarendheid van Tempo heeft er niet onder
geleden. De wielerclub aan de rand van Eindhoven nam nog meer onder handen,
misschien wel te veel. Met het organiseren van de Omloop heeft de club haar
ervaring en haar faam gekregen. De aankomsten van Olympia's Tour in Veldhoven
behoorden in het verleden tot de gezelligste voor de gehele karavaan. De
twintigste Omloop heeft men niet zonder feestelijk tintje voorbij laten gaan.
Daags voor de wedstrijd werd in „De Beurs" een receptie gehouden en na
de wedstrijd volgde nog eens een retinie om de dis. GEZOCHTE
KOERS Het was
ook de moeite waard om er een beetje op te feesten. De twintigste leverde in
de zegereeks van de Omloop een winnaar op, die in het gulden geschiedboek
niet misstaat. De erelijst begint in 1948 met Arie Geluk en eindigt in 1968
met Jan Krekels. Tussen begin- en eindpunt vindt men namen van Dekkers, De
Groot, De Roo, Maliepaard, een double van Lute, Den Hartog, Steevens,
Duyndam en anderen. Het is een reeks waaruit valt af te leiden, dat de
Omloop een bekende, gezochte koers was. Hij duidt wel niet aan of men klimmen
kan, maar men moet wel kunnen fietsen om te kunnen winnen. De Omloop herbergt
altijd te veel talent om van een toevalswinnaar te kunnen spreken. En
bovendien is hij te zwaar. De wind is altijd een factor van betekenis. Men
kan hem mee hebben als men begint, men heeft hem tenslotte even lang tegen.
Wij hebben Snijders, Cuyten, Van den Brekel, Van Steenselen niet eens genoemd
als winnaars. Dat waren toch ook de eerste de besten niet. Jan
Krekels moet alleen al uit hoofde van zijn overwinning in de Omloop in het
oog worden gehouden. Hij bracht haar bovendien op overtuigende wijze tot
stand, nadat hij in voorgaande wedstrijden de aandacht al gevraagd had.
Krekels is jong, sterk en zelfverzekerd, hij is bovendien in forme. Een
onverwachte uitschieter in de Ovis-ploeg, die ook al Rene Pijnen herbergt. Na de
start van de Omloop maakte het compacte peloton, dat door een grote
reklamekaravaan werd voorafgegaan, een kort uitstapje naar Eindhoven om
daarna in de Kempen te verdwijnen. Meteen boden zich hier de eerste
uitvallers aan, jongelui die overmoedig hadden ingeschreven, doch het
strakke aanvangstempo tussen de wielen niet konden volgen. Er waren ook
pechvogels als Gramser en Van Schalen, twee regionalen, voor wie de Omloop
meer betekent dan een klassieker in het noorden van-het land. Met een veld
van 180 man had de jury Veldhoven verlaten, half weg zouden het er nog maar
tachtig zijn. En in het laatste koersuur was daar ook nog de helft van
verdwenen. Enkele valpartijen maakten wel brokken, maar gelukkig geen slachtoffers.
In Vessem lagen zelfs 25 man over elkaar. In Casteren waren het er minder. TINO
TABAK: AGRESSIEFSTE Met nu
eens wind mee en dan weer wind tegen, werd er een felle afvalwedstrijd
gedraaid, tot in het laatste koersuur de wedstrijd begon. Tabak was van
halfkoers tot in de eindsprint de agressiefste renner van het veld. Hjj had
het op een overwinning gemunt, vocht ervoor, doch de man die hem, zonder in
het oog te lopen, beheerste, eiste terecht de zege op. Wouters, De Wilde en
Schoofs hadden individuele ontsnappingen gewaagd, zonder dat zij daardoor verontrusting
hadden gezaaid. Toen Koeken, Bravenboer, Jansen en Hoogerheide echter
ontsnapten, waarna zij versterking kregen van Mansvelders en Tabak, werd er
alarm geblazen. De rust keerde terug, nadat zich weer een valpartij had
voorgedaan, die ook nu weer gelukkig afliep. De
beslissing was op handen toen Poortvliet, Wouters en Schoofs na een dikke
honderd kilometer onder Waalre ontsnapten en net zo lang reden tot alleen
Poortvliet nog overeind stond. En weer kwam Tabak naar voren om de heldenrol
van Poortvliet over te nemen. Matje Gerrits, Van den Donk en De Koning
gebruikten de agressieve Nieuw-Zeelander als springplank: de kopgroep van
vier man verpulverde het kreunende peloton van vijftig man tot verschillende
groepen. De voorsprong werd een halve minuut, bijna anderhalve minuut. Uit
de volggroep van twintig man maakten zich vijf renners los, die op zoek
gingen naar de vier vluchters. Het gat werd snel overbrugd. Het vijftal had
echter tijdens de jacht nog gezelschap gekregen van Jan Krekels, die tezamen
met hen de kopgroep van tien man zou gaan vormen. Er waren toen nog 20 kilometer
te rijden. Krekels zat voorin om het “gevaar" Tino Tabak en Matje
Gerrits te controleren. Zoetemelk, Prinsen, Koot, Van den Burgh en Holst
boden gelegenheid genoeg om zich tussen hen te verschuilen. Uit de
jachtgroep achter de koplopers, in totaal nog dertien man groot, maakten zich
in de eindfase van de koers nog Baars en Hoogerheide los, die wel inliepen,
maar te laat kwamen om nog een bedreiging te vormen. Op de laatste
kilometers wilden Prinsen, Zoetemelk en daarna Van den Donk en Gerrits aan de
greep van vijandelijk geworden makkers ontsnappen. Krekels kwam er zich
enkele malen mee bemoeien. Tenslotte ontsnapte Tabak, die enkele tientallen
meters voor het kopgroepje uit bleef draaien. In de laatste kilometer vlamde
plotseling Krekels naar voren met in zijn wiel Gerrits en Zoetemelk. Tabak
hield zich taai. Hij viel niet uit de waaier, maar kon zich op de vierde
plaats handhaven. BRON:
FRITS VAN GRIENSVEN Amateurs: 1. J. Krekels, Born, OMLOOP
VAN HET ZUIDEN (7 september).1968 Nieuwelingen
93 km: 1. H. Koot 2.07.03, 2. J. Swinne, OMLOOP
VAN ZEEUWS-VLAANDEREN.(1968.09.14 T/M 09.15) Hoog
tempo bepaalde vlak koersverloop in 5e
Omloop van Zeewsch-Vlaanderen Onbekende
Jan van Driel zette favorieten voor eindzege schaakmat In de
uiterste zuid-westhoek van ons land, meer bepaald in het zo Belgisch
aandoende Zeeuwsch-Vlaanderen, hebben wij in het weekeinde van zaterdag 14 en
zondag 15 september jongstleden een tweedaagse wielerkoers beleefd, welke
beslist als de meest waardevolle afsluiting van het zo rijk voorziene
wielerseizoen 1968 kan worden aangemerkt. Weliswaar
heeft het windstille weer, op de tweede dag in de ochtenduren onderbroken
door een „met bakken" neerplenzende regen en de wat al te afwachtende
houding van vele favoriete renners een uitermate vlak koersverloop laten
optekenen, maar aan het strakke geheel - de entourage, organisatie etcetera -
van deze Zeeuws-Vlaamse Omloop heeft dat allemaal niets kunnen af doen. Ook
niet aan de fijne, sportieve sfeer waaronder dit uit drie facetten bestaande
wielerfestijn voor amateurs - misschien wat al te veel deelnemers - werd
verreden. Was het
op de eerste dag de keiharde Limburgse finisher Jan Krekels, die zich net
voor zijn afreizen naar de XIXe Olympiade te Mexico City nog even wilde
presenteren - won afgetekend de sprint - en reikte op de tweede dag een
sterke Henk Benjamins in de “rit in lijn" zeer nipt naar de zege terwijl
de Amstel Bierrenners met brio de ploegentijdrit op zak staken, de eindzege
was voor de 24-jarige Jan van Driel uit Werkendam. Inderdaad een grote verrassing,
maar toch was hij in de slotrit de enige van ruim twintig gegadigden, die de
ketens van het gesloten peloton volledig verbrak en alleen naar een eerder
ontsnapt kwaliteitsvol kopgroepje wist te springen. Waarmede we maar willen
zeggen, dat Van Driel zijn zege zeker niet cadeau heeft gekregen. Neen, zeker
niet! Hij heeft gewoon de gelegenheid te baat genomen, heeft gebruik gemaakt
van de lakse houding die anderen in het “veld der roemloosheid"
gevangen hield. Jan van
Driel, geboren op 26 mei 1944 te Werkendam, rijdt al vanaf zijn veertiende
jaar. Was indertijd een knappe adspirant, won wat koersjes maar kwam als
nieuweling toch niet verder naar de oppervlakte. Voornamelijk een gevolg van
zijn wat al te gemakzuchtige inslag. Hij mist als het ware de ambitie om zich
werkelijk als een goed renner te ontpoppen. Wat dat betreft kan hij een
voorbeeld nemen aan zijn succesvolle zwager Gerrit van Hemert, die de laatste
tijd van de ene zege naar de andere stormt maar toch ook in het vaderlandse
grote werk eveneens te weinig durf toont. Van
Driel, gehuwd en vader van een zoontje, werkt vijf dagen in de week, reist
dagelijks naar Amsterdam-Noord heen en weer om daar als schilder in de
nieuwbouw de kost voor zijn gezin te verdienen. Trainen doet hij in de
schaarse vrije uren, meestal 's avonds om in de vele criterium-wedstrijden
nauwelijks een rol van betekenis te spelen. Voor deze
Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen had hij de dagen, vooraf- gaande aan de
wedstrijd, eens wat „extra" gedaan. Wat meer kilometers gemaakt, zich
eens goed geconcentreerd en zie: een onverwachte, maar zeker niet onverdiende
eindoverwinning werd de beloning. Zelf snapte hij het allemaal niet,
uitgerekend in de eerste de beste zware en grote wegkoers, welke hij ooit in
zijn nu al tien jaren durende wielerloopbaan reed, reikte hij voor de creme
de la creme van ons amateur-wegrennerskorps naar een zege. Niet dat Jan van
Driel werkelijk geschiedenis heeft geschreven, hij heeft op de tweede dag
bijzonder veel geluk gehad. Onder andere door het feit dat Joop Zoetemelk en
Henk Benjamins maar ook de sterke Belg Eddy Antheunis perse naar een
dagsucces dongen en dat zij daarmede de vlucht van het kopgroepje gestalte
gaven. En misschien ook dat zijn gevaarlijkste concurrent, de attente Peter
Legierse, jammerlijk lekreed ... Zonder geluk vaart echter niemand wel. En al
ging Van Driel in de slotkilometers soms bijna op de knieen, in tegenstelling
tot de inderdaad loslatende Hennie van Zandbeek, kwam hij toch weer aan de
wielen en ook deze moed draagt veel tot zijn verdiende triomf bij. VLAK
VERLOOP OP BEIDE DAGEN Vreemd
eigenlijk dat deze mooie tweedaagse wedstrijd, waarvoor de wielercomite's van
Terneuzen en Oostburg zo bijzonder veel werk verzetten, in haar vijfjarig
bestaan nimmer een werkelijk groot renner als winnaar heeft laten optekenen.
Want met alle respect voor de kwaliteiten van een Janus van Breugel (1964),
Dies Kosten (1965), Frits Hoogerheide (1966) en Rudie Liebrechts (1967) en nu
dan voor Jan van Driel, kan men toch niet bepaald zeggen dat deze renners,
die in Zeeuwsch-Vlaanderen beslist de boventoon moeten hebben gevoerd - de
structuur van het uiterst lastige, wisselende parcours vereist dat
onomwonden; smalle, vaak nagenoeg onbegaanbare kasseiwegen, dijken,
polderwegen enzovoorts - ook elders hun onaantastbaarheid hebben kunnen
aantonen. Zoals gezegd bezitten genoemde renners zekere kwaliteiten en heeft
een Kosten, die nu als beroepsrenner rijdt, een knappe erelijst bijeen weten
te fietsen en hebben ook een Rudie Liebrechts en een Frits Hoogerheide een
respectabel aantal koersen weten te winnen. Nimmer echter op het grote
„klassieke" vlak en daarom is het jammer dat ook dit jaar een
eindwinnaar op het podium is genomen, die nog zal moeten gaan bewijzen of hij
ook nog iets anders kan dan „om de kerk en de regenput" prijs te
rijden. Een schitterende koers als deze Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen heeft
dat zonder meer verdiend, de image ervan wordt er alleen maar belangrijker
en sprekerder door. Twee
dagen koersen door het polderland van oostelijk en werkelijk
Zeeuwsch-Vlaanderen hebben ook nu aangetoond, -dat het lager der naamlozen
zich graag aan de gedragingen van de “boventoppers" spiegelt. De
Mexico-gangers Jan Krekels, Joop Zoetemelk, Leen de Groot, Rene Pijnen, Fedor
den Hertog en Harrie Jansen legden de concurrentie weliswaar een bildkelhard
en hoog tempo op, maar ook omgekeerd liet men zich beslist niet intimideren.
We bezitten een heel stel goede amateurs, renners die staan te popelen om de
eventueel opengevallen plaatsen te gaan innemen. We denken in dit verband
eens aan een Cor Leunis, een Evert Diepenveen, een Henk Hulleman, Jan
Hordijk, Albert Hulzebosch, Wicher Vlot, Peter van Stralen en een Siepke van
Dongen, een Adrie Naaktgeboren, Gerrit van Hemert, Jan Zoons, Charles de
Smet, Mari Venrooy, Aad Duyker, Peter Legierse, Petrus Vonck, een Marcel
Pennings en een Leon Schrauwen: nemen die evenals eindwinnaar Jan van Driel
in Zeeland nogal in de kijker liepen. VAN GROTE
WAARDE De
„botsing" tussen hen en de - laten we noemen -„gearriveerden" werd
niet op het scherp van de snede uitgevochten. Men was nog teveel afwachtend,
liet het initiatief teveel aan anderen - met name aan de altijd strijdlustige
Joop Zoetemelk - over, maar van al dat afkijken" is wellicht veel
opgestoken. En toen op de eerste dag de cracks eens werkelijk gingen uithalen,
werd het verschil duidelijk waarneembaar. Een
onderscheid dat vooral door toedoen van de geweldig opererende Joop Zoetemelk
- nam te laat een helse sprong naar voren, maar werd pas terug gewezen op een
gruwelijk stuk kasseiweg - ten toon werd gespreid en dat een zeer knap
vervolg kreeg op de tweede dag toen hij eerstens met ploegmakker Wicher Vlot
zijn formatie Amstel Bier naar een duidelijke zege sleurde en in de middag
werd afgerond door alweer een sublieme solo, welke hij als eenling niet met
succes kon bekronen. Maar
Zoetemelk ging toch maar, wilde (zoals trouwens altijd) rijden. Dat het te
laat was om nog een greep naar de eindzege te doen, mocht niet hinderen. Voor
zichzelf sleep hij zijn vorm opnieuw. Juist
daarom is deze Omloop van Zeeuwsch-Vlaanderen zo vlak voor -de Olympische
Spelen van zeer grote waarde geweest. We zijn aan de weet gekomen hoe de
kaarten precies verdeeld zijn. Een van de mannen, die ons land nu gaan
vertegenwoordigen en van de mannen die met graagte de topposities willen gaan
innemen. 't Zou
ons toch niets verwonderen als we in 1969 de naam van Jan van Driel daarbij
moeten noteren. Tenslotte begon ook Wim van Est eens op zijn 24e jaar, won
toen de tweedaagse Ronde van Brabant en kwam door dat succes volledig in
,the winning mood". „Jan van
Driel, we wachten erop!" Terneuzen-Terneuzen
over Van 0 tot
40 km: op de gruwelijke Sasdijk tussen Axel en
Westdorpe (na Van 40
tot 85 km: Evert Diepenveen en Bob Kroonen namen
het over, maar al heel spoedig werden zij verdrongen door Henk Hulleman, Jan
Blok, Albert Hulzebosch, Wicher Vlot, Leen Poortvliet en ... de attente Jan
van Driel, die kennelijk reeds toen een optie op de eindzege nam. Hulleman
en Blok moesten eraf, de anderen namen vijftien seconden voorsprong. Even
daarna loste ook Van Driel, maar zijn plaats werd ingenomen door Leen de
Groot. De groep reageerde en toen was het weer „carte blanche". De demarrages
van Cor Leunis en Mat Gerrits hadden evenmin succes. Van 85
tot 140 km: Stoppeldijk en Boschkapelle zagen een
compleet peloton passeren. Daarna „jumpten" Peter van Stralen en Siepke
van Dongen in de ruimte. Door Axel en Zaamslag ( Van 140
tot 165 km: De bij het viertal Baars gekomen jagers
waren: Jan Serpenti, Cees Rentmeester, Wicher Vlot, de Belg Rene Ferket
(moest later lossen), Jan Aldershof (een Belg), Jan Krekels, Peter van
Stralen, Leon Schrauwen en Mat Gerrits, verder Rene Pijnen, Aad Duyker,
Harrie Jansen, Adrie Wouters, de Zwitser Albert Leeger, Peter Vonck, Leen de
Groot, Leen Poortvliet, de sterke Marcel Pennings die er met Krekels en de
furious rijdende Schrauwen als laatste bijkwam en... de man die daags daarop
opnieuw zijn kans rook en ook greep: Jan van Driel. Omdat
Ferket eraf moest op de Kasteelstraat tussen Sas van Gent en Westdorpe en er
van achteren niets meer „overkwam", kreeg dit omvangrijke gezelschap van
22 vluchters alle kans deze beslissing af te ronden. In de eindsprint klopte
Jan Krekels de hele meute. Amateurs: 1. J. Krekels, 3.30.21; Dagploegenklessement: 1. Smith-Acifit 10.34.03 uur, 20 punten; 2. Bar Oase 10.34.03
uur, 36 punten; 3. Vredestein 10.34.54 uur. Uitslag
ploegentijdrit Terneuzen-Oostburg: 1.
Amstel-Bier 31.12; 2. Jansen Kleinmeubelen 31.47; 3. Bosschaart 31.56; 4.
Trico-Noble 31.59; 5. Batavus 31.59; 6. Skold International 32.00; 7.
Smith-Acifit 32.02; 8. Caballero 32.19; 9. Vredestern 32.20; 10. V. d. Mey
Vleesbedrijven 32.25; 11 Bar Oase 32.27; 12. OostVlaanderen 32.28; 13.
Clarijs Banden 32.30; 14. Jabo-Lukkien 32.32; 15. Sport '68 32.33; 16.
Normstahl Kanteldeuren 32.33; 17. Ovis 32.44; 18. Schrijver-Boidin 32.52; 19.
Kledingbokser 33.11; 20. Hertekamp 33.15; 21. Anuy-Sport 33.36; 22.
Verdeghem•Legrand 34.15; 23. Gentse Velo Sport 34.41; 24. St-Giiiis-Vooruit
35.17; 25. Reburo Rouw Zwitserland 36.40. Oostburg-Oostburg
over Van 0 tot
46 km: Wim Evertse en Bab Kroonen vertrokken
vanuit 't vertrek, werden echter gelijk weer ingerekend. Bij Sluis ( Bij Eede
waagde Peter Kisner het erop, hij kreeg wat later gezelschap van Hennie van
Zandbeek en Cees Schijff, terwijl daarna ook Van Dorth, Evertse en Ferket
aansloten. De groep sloeg in vier brokken uiteen, de voorste „moot"
opende de jacht op deze zes koplopers, die bij Oostburg ( Van 46
tot 92 km: De twee voorste groepen liepen samen,
terwijl vervolgens eigenlijk een soort volledige hergroepering plaatsvond.
Bij IJzendijke ( De Belg
Eddy Antheunis en Wim Prinsen haakten eveneens aan, toch toen was een
geweldige reeactie van het peloton genoeg om ook -deze plooi weer glad te
strijken. Hoofdplaat
kwam in zicht en daar plaatste Joop Zoetemelk een geweldige demarrage, begon
aan een imposante solo. Waarschijnlijk om zijn misgreep van daags voordien, toen
hij vergeefs op de 2'2 koplopers joeg, ongedaan te maken. Na tien kilometer,
bij Breskens ( Van 92
tot 120 km: Ook de Beig Eddy Antheunis kwam op de eerste rij, terwijl even
daarna Hennie van Zandbeek, (alweer), Henk Benjamins en Peter Legierse
eveneens aansloten.Met een machtige sprong kwam toen Jan van Driel, dit
voorjaar bij het begin van het wielerseizoen gevallen en zeven weken met een
hersenschudding plat op bed en daarna pas in juni herbegonnen, alleen om zijn
grootste prijs op te eisen. De vlucht werd bestendigd, vooral door het sterke
rijden van Zoetemelk, Benjamins en Antheunis, alsmede door Hordijk. Van
Zandbeek bengelde lange tijd op de rand van instorten en moest ten langen
leste lossen. Ook Van Driel kon in de slotkilometers weinig of niets meer,
maar sloot intultief opnieuw en opnieuw aan. In de sprint won Benjamins zeer
nipt voor Antheunis en Zoetemelk. Van Driel werd vierde, Hordijk vijfde en
Van Zandbeek zesde. BRON: JAN
BALDER Beroepsrenners: 1. H. Benjamins 2.42.17; 2. E. Antheunis (Belg.) 2.42.27; 3.
J. Zoetemelk 2.42.37; 4. J. van Driel 2.42.47; 5. J. Hordijk 2.42.57; 6. H.
van Zandbeek 2.43.07; 7. W. Vlot 2.44.12; 8. Evert Diepenveen 2.44.12; 9. Het
complete peloton in de tijd van 2.44.16. Eindrangschikking: 1. J. van Driel, Skol Intenn., 6.14.08; 2. H. Benjamins,
Caballero, 6.14.39; Eindrangschikking
ploegenklassement: 1. Smiths-Acifit 19.18.53; 2. Caballero
19.19.12; 3. Amstel-Bier 19.19.19; 4. Trico-Noble 19.19.51; 5. Bar Oase
19.19.54; 6. Skol International 19.19.54; 7. Vredestein 19.20.02; 8. Jansen
Kleinmeubelen 19.20.32; 9. Batavus 19.20:52; 10. Sport '68 19.21.28; 11.
Clarijs-Banden 19.21.49; 12. Jabo-Lukkien 19.21.55; 13. Bosschaart 19.22.07;
14. Van der Mey 19.22.19; 15. Ovis 19.30.08. OMLOOP
WESTERSCHELDE (5 oktober).1968 Nieuwelingen:
OOSTBURG
(15 september).1968 Amateurs
90 km: 1. J. de Schipper 2.13.14, OOSTELBEERS.(15
april).1968 Amateurs: Nieuwelingen: 1. J. Bruessing; 2. T. v. Zanten; 3. B. Jurriaans; Adspiranten:
OOSTENDORP.(18
mei).1968 Nieuwelingen: Adspiranten: 1. D. Schuurman; 2. W. de Ruiter; 3. J. van Limburg. OOSTER
WOLDE.(1970.07.20) Amateurs
80 km: 1. H. Hoekstra 2.01.10, 2. Th. Meijer,
3. W. v. Dok, 4. R. Bos, 5. S. Douma, Nieuwelingen
60 km: Adspiranten
25 km: 1. J. Bakker 40.27, OOSTERHESSELEN
(12 mei).1968 Amateurs: Adspiranten: 1. H. Poppe, 2. W. Albersen, OOSTERHOUT.(1968.08.04) Amateurs
100 km: (B.), 5.
Bertou, 6. v. d. Burgh, 7. Vermairen, 8. Zoons, 9. Hoogerheide, 10. Barten. Adspiranten
30 km: Nieuwelingen
60 km: 1. P. Damen 1.35.50. OOSTERWOLDE
(25 april).1968 Amateurs: 1. Alberet Schroten, 2. Jan Zomer, 3. Rinze Bos, Adspiranten: 1. Bert Dijkstra, 2. E. Pieper, 3. Andries Bos, OOSTERWOLDE
(26 mei).1968 Amateurs
80 km: Adspiranten
15 km: 1. B. Dijkstra 32.12, 2. E. Pieper, OOSTVOORNE.KAMPLAAN.(1968.07.20) Amateurs
100 km: Nieuwelingen
60 km: 1. P. Neeskens 1.29.12, OPHEMERT.(20
april).1968 Nieuwelingen: 1. R. Bakker, 2. J. Deckers, 3. N. v. Hest, 4. J. Bruessing,
5. H. Stadt, 6. W. Bloed, 7. H. Bottenhuis. 8. J. Riddels, OPLOO (28
april).1968 Amateurs: 1. K. Balk, 2. P. Oostethof. 3. P. Kettenis, op 5 sec. 4.
Janbroers, Nieuwelingen: Adspiranten: 1. H. Hoppe, 2. P. Borghs, op 1.50 3. B. Jansen. OPMEER.(1968.08.04) Amateurs
90 km: 1. J. Dekker 2.24.30, 2. J. Peetoom, 3.
N. Bakker, 4. J. Buis, Nieuwelingen
50 km: 1. N. Alles 1.12.13, 2. P. Pennekamp, Adspiranten
20 km: OSS (23
juni).1968 Amateurs: 1. J. Cornelissen, Nieuwelingen: Adspiranten: 1. E. v. Bergen, 2. R. Avensteeg, Veteranen: 1. J. Walsmid, OSSENDRECHT
(18 juni).1968 Amateurs: Nieuwelingen: 1. J. Decker 2. P. Kessels, 3. R. Bakker, Adspiranten:
1. K. v. d. Bragt, OSSENDRECHT
(29 september).1968 Rik van
Looy naar zege in Ossendrecht Belgie's
grootste wielercrack aller tijden op de weg, de tijdens zijn actieve loopbaan
al legendarisch geworden Rik van Looy, heeft een week voor hij in
Parijs-Tours aanzette op waarlijk grootse wijze de Ronde van Ossendrecht
gewonnen. Met zijn landgenoten Herman van Springel en Franske Brands ging
hij al in de beginfase van deze grote Sluitingsprijs - georganiseerd door
Camiel Mattheussens - weg en klopte zijn beide rivalen in een lange,
afmattende spurt. Verschrikkelijk
slecht weer, regen, regen en nog eens regen belette niet dat vele duizenden
toch de koers in Ossendrecht gingen gadeslaan. Het was de Zeeuw Wim du Bois
die er meteen vandoor ging, maar meer dan een flink aantal vette premies
leverde zijn raid niet op. In de veertiende ronde werd de beslissing
geforceerd toen Rik van Looy, Herman van Springel, Franske Brands en Wim Schepers
en Graham Webb een geslaagde demarrage ondernamen. Het veld werd
“gedubbeld", maar daaruit waren Bart Zoet en de in Belgie wonende
Columbiaan Giovanni Jimenez reeds ontsnapt. Ook zij kwamen - mede door hulp
van de achterop geraakte Huub Zilverberg - op de eerste rij. Daarna trachtte
Brands er stiekum tussenuit to knijpen, maar Peter Post hield voor Van Looy
de weg “schoon" en toen Jan van Katwijk met de sterke Rik van Looy aan
het wiel alsmede met Tiemen Groen een get probeerde te slaan, kwam de rest
eveneens de zaken op orde stellen. Met het
drietal van Looy, Van Springel en Brands meegerekend kwamen tenslotte toch
tien renners los van de groep. In de eindsprint was Van Looy weer eens de ongekroonde
koning en moest Van Springel zich opnieuw tevreden stellen met een tweede plaats. Beroepsrenners: 1. Rik van Looy (Belg.) OUDE
TONGE.(1968.08.03) Amateurs
100 km: 1. Breur 2.28.10, 2. Rentmeester, 3.
Legierse, 4. Minneboo, 5. Hoogerheide, 6. Kroonen, 7. v. d. Wilk, 8. Kisner,
9. Verkelt (B.), 10. Naaktgeboren. Nieuwelingen
60 km: 1. Priem 1.26.21, 2. Wielhouwer, 3. v.
d. Hoek, 4. v. Groezen, 5. Schelling, 6. v. d. Meyden, 7. v. d. Leist, 8. De
Jong. OUDELANDE
(25 mei).1968 Nieuwelingen
65 km: Adspiranten
32 km: OUDENBOSCH
(15 september).1968 Amateurs: 1. R. Liebrechts, 2. W. v. Leeuwen, Nieuwelingen: 1. J. Bruessing, 2. K. Bakker, 3. K. Bal, 4. B. Jurriaans, 5.
P. Maas, OUDERKERK
AAN DEN AMSTEL (1968.06.16) Amateurs
80 km: Nieuwelingen
40 km: 1. J. Breusing (Bovenkerk), in 59: 2. R
Engel (Amsterdam); 3. K. Jansen (Nes a.d. Amstel); Adspiranten
20 km: OUD-GASTEL.(21
april).1968 Amateurs: Nieuwelingen: OUD-VOSSEMEER.(1968.08.03) Amateurs
100 km: Adspiranten
35 km: 1. J. Hellemans 53.22, 2: T. Huijzen, 3.
J. Akkermans, 4. E. Meijlemans, 5. J. Leijten. Nieuwelingen
50 km: 1. R. Remijn 1.20.05, 2. P. Remijn, OVERDINKEL
(15 september).1968 Adspiranten: Nieuwelingen: 1. P. Kleine, 2. W. Froma, 3. J. Hulshof, 4. H. Poppe, 6. J.
Schildkamp, |