JAARGANGEN 1920 t/m 1924

1920

LEIDEN-UTRECHT-LEIDEN.(1920.07.26)

Betrouwbaarheidsrit. Leiden—Utrecht--Leiden

Deze door de Leidsche Sport- en Toeristen-vereeniging uitgeschreven wegwedstrijd ' golel tevens als oefening voor de Olympische Spelen. De uitverkorenen reilen zeer goed. Bijzondere vermelding verdient de prestatie van den nieuweinig Willems, welke het geheele traject, ruim 90 KM., aflegde in 2 uur 56 min. De verdere uitslag luidt:

Amateurs: 1. A. Kloppenburg, 3 uur 6 min. 51 sec; 2. A. Krijgsman; 3. G. Hulst; 4. J. Vlegten; 5. A. v. d. Stel; 6. J. Blommesheijn, allen met gering onderling, verschil..

Veteranen: 1. W. Janse, 3 uur , min.» 50 sec.; 2. C. v. d. Wiel; 3. G. v. Rembergen.

Nieuwelingen: 1. J. Willems, 2 uur 56 min. 50 sec.; 2. N. Haasteren; 3. H. Draaier; 4. R. Steeman; 5. J. Visscher; 6. D. Poelgeest; 7, J. Oosterwijk.

 

1921

AMSTERDAM-ARNHEM-AMSTERDAM.(1921.10.23)

De A. S. V. Ulysses heeft gisteren een open betrouwbaarheidsrit Amsterdam-Arnhem vice-versa gehouden met eindpunt Hakkelaarsbrug; over een afstand van 168 K.M. Dat het een echte herfstrit was, bleek alras na het vertrek. De rit was geweldig zwaar. Storm, regen en hagelbuien wisselden elkander af en de renners hebben bij dezen rit bewezen, heusch niet voor de buitenlandsche wegrenners onder te doen. Ondanks den storm is er met een gemiddelde snelheid gereden van plm. 30 K.M. per uur. Een woord van waardeering is hier zeker op zijn plaats aan den winnaar der veteranen- afdeeling Sijbrands, die den afstand aflegde in den schitterenden tijd van 6

uur 51 min.

Om 8 uur werden eerst gestart 7 Veteranen; 10 minuten daarna 7 amateurs en om 8 uur 20 min. 60 nieuwelingen. In een snel tempo werd gereden en pas bij Arnhem werden de leiders der veteranen Buis en Sijbrands ingehaald. Na 't keerpunt aan den Scheluinschen weg te Arnhem werd er steeds gedemarreerd, vooral door Vleghaar, zoodat voor Ede Peters los moest laten, daar hij door het vele demarreeren te vermoeid werd. Voorbij Amers- foort verloren Vleghaar en Sijbrands 't contact met het hoofdpeloton. De nieuwelingen Zonneveld en Westera waren op de heenreis bij Amersfoort reeds vijf minuten uitgeloopen. Echter door het inslaan van een verkeerden weg hadden zij een flinken achterstand in te halen wat zij schitterend volbrachten. De technische uitslagen luiden:

Veteranen: 1. J. Sijdrandts. rijtijd 5 uur 57 min.- 2. F. Buis, rijtijd 6 uur 28 min.; 3. A. van Nieuwkoop; 4. W. C. A. Faber.

Amateurs: 1. A. Kloppenburg, 5 uur 62 min.; 2. H. Bremer, halfwiel. 3. J. Vleghaar, I lengte; 4. J. J. Peters.

Nieuwelingen: 1. J. C. v. Dijk, rijtijd 6 uur 44 min. 2. H. Westera, halfwiel; 3. F. Essenberg, rijtijd 5 uur 53. min.; 4. A. J. Zonneveld; 5. C. Roelofs (tevens winnaar van den keerpunt prijs); 6. F. Swouwerman. 7. M. van Voorst. 8. G. v.d. Berg; 9. H.J. Wagner; 10. H. Kist; 11. M.P.Vlietman; 12. O. Borger; 13. Drewis; 14. J. Ketelaar; 18. D. van Kampen.

 

HEERLEN.(1921.09.11

Wielervereeniging te Heerlen heelt gisteren een belangrijke weg- en terreinrennen gehouden, waaraan ruim 70 rijders deelnamen. Aan den wedstrijd tusschen Heerlen en Venlo voor beroepsrijders namen 13 personen

deel. Als eerste kwam aan de renner de Bauw, uit Brugge; tweede prijs van der Wiel, Rotterdam; derde prijs van der Stuift. Gent, 4e prijs Martinissen, Gulpen; 5e prijs Fransen, Ubachsberg.

Aan den rit voor amateurs en nieuwelingen over het traject Heerlen—Roermond namen 61 rijders deel. De uitslag was: lste prijs Wouters, Ossendrecht; 2e prijs Jacobs, Simpelveld; 3e prijs Grosjean, Simpelveld; 4e prijs Renmen, Roermond; 5e prijs Didden, Wijlre; 6e prijs Kisters, Heerlen; 7e prijs Vinken, Luterade; 8e prijs Kleinen, Voerendaal: 9e prijs Schijven, Heerlen; 100 prijs Schloser. Heerlen; 11e prijs van de Hal, Schaesberg.

 

HELMOND.(1921.10.23)

Zooals wij reeds mededeelden, werd gisteren te Helmond een groote wegwedstrijd verreden oven tweemaal het traject Helmond-Mierlo Geldrop - Eindhoven - Valkenswaard- Leende- Heeze Someren Helmond (totale afstand pl.m, 110 K. M.), open voor Beroepsrijders, Amateurs en Nieuwelingen. Ondanks het slechte weer waren toch vele ingeschreven renners opgekomen. De afrit van beroepsrijders, amateurs en nieuwelingen had gezamenlijk plaats. Onze stadgenoot, W. Paijmans, wist zich in dezen zwaren wedstrijd wederom bijzonder te onderscheiden. Hij passeerde als eerste amateur de eindstreep en plaatst zich in de algeheele clasfiticatie derde. Voorwaar een mooi succes, waar niet minder dan 14 beroepsrijders van de partij waren. Van het N. W. B. bestuur mocht hij dan ook bij 't uitreiken der prijzen een bijzonder woord van lot voor zijn kranige prestatie in ontvangst nemen. De totale uitslag van den rit was, als volgt : 1 H. Melis Helmond Prof. 2. G. Vlemmix Eindhoven Prof. 3. W. Paijmans Tilburg Amateur 4 H. Maas Woensel Prof, 5 Rinus vd. Wiel Rotterdam Profs. 6 J. Meesters 's-Bosch Profs. 7. P. Straat Amsterdam Profs. Onze stadgenooten P. v. Meerendonk en J. v. d. Schoot gaven halverwege den strijd op, wat vooral voor v. Meerendonk jammer was daar die bij de le controle 55 K.M. nog tweede was van de 47 Nieuwelingen.

 

1922

DEN HAAG-ARNHEM-DEN HAAG.(1922.09.18)

De uitslag van den wegwedstrijd van „Excelsior", Den Haag—Arnhem en terug, 254 K.M., luidt als volgt: 1. Vleghaar, tijd 9 uur, 10 min. 23 sec; 2. Joh. Maas, 1/4 wiellengte; 3. v. Dijk, , 9 uur 31 min. 27 sec.

 

1923

AMSTERDAM-DUIVENDRECHT.(1923.08.26)

Betrouwbaarheidsrit van Olympia.

Zondag werd door de A. S. C. “Olympia" een groot betrouwbaarheidsrit gehouden voor Rijbewijshouders, veteranen, nieuwelingen en beginnen-lingen, welke groepen met onderinling 15 min. verschil werden gestart om het 130 K.M. lange traject af te leggen,  hetwelk liep over Sloterdijk,

Haarlem, Hillegom, Sassenheim, Leiden, Utrecht en Duivendrecht.

Het eerst vertrokken de tien rijbewijshouders.

In Haarlem was de controle uitstekend verzorgd door de H.S.V “De Kampioen”, terwijl het  Utrechtsche “Olympia” voor controle daar ter plaatste zorgde.

Even voorbij Utrecht wist Koppe zich los te maken en won met 15 minuten voorsprong in den moeien tijd van 4 uur 9 min.; 2. W. Burghout: 3. E. A. Muller.

De 25 nieuwelingen begonnen den rit in zeer snel tempo; even voor Halfweg viel Muller, doch had bij Haarlem de hoofdgroep weer te pakken.

Door het snelle tempo komen er steeds meer achterblijvers, zoodat in Utrecht het hoofdpeloton nog maar bestaat uit vier renners. De uitslag van deze categorie was: 1. W. Gerritsen in  4 uur 31 min.; 2. A. v. d. Plas; 3, Brilman,

De 17 beginnenlingen reden om den Scholtenbeker, welke door Pendavingh werd gewonnen in 5 uur l min.; 2. H. Beugel; 3. H. Regeling.

Van de zeven veteranen werd J. C. Lamens Sr. winnaar in 4 uur 54 min.; 2. Overmars; 3. De Jong.

 

AMSTERDAM-UTRECHT-AMSTERDAM.(1923.08.26)

De A.S.C. “De Germaan” heeft zondag een record rit gehouden over het traject Amsterdam-Utrecht en terug, afstand 68 km.

De uitslag was als volgt: 1. H. Fredelkamp. in 2 uur, 4 min., 38 sec. ; 2. H. Westera en G. v. Pietersom beiden in 2 uur, 5 min., 24 sec.; 3. C. Stoete in 2 uur, 6 min., 28 sec.: 4. V. Vellinga in 2 uur, 11 min., 4 sec.; 5. T. Zeilemaker in 2 uur, 12 min., 8 sec; C. J. v. Veen in 2 uur, 13 min., 33 soc.; 7. J. Pisart in 2 uur, 13 min., 56 sec.; 8. P. v. Ooyen in 2 uur, 14 min., 23 séc; 9. A. Neyman in 2 uur, 16 min., 8 sec.; 10. D. Neuteboom in 2 uur, 20 min., 31 sec.

 

AMSTERDAM-UTRECHT-AMSTERDAM.(1923.09.02)

Recordrit Amsterdam—Utrecht v.v.

Zondagmorgen werd door de A. S. C. „Olympia”de vierde recordrit van dit seizoen gehouden over het traject Amsterdam—Utrecht en terug, afstand 68 K.M. Er hadden vijftien rijbewijshouders ingeschreven, die om den Kikkertbeker reden en, hoewel het zeer slecht weer was, zijn de gemaakte tijden heel mooi. De vijf veteranen reden om den „De Graafbeker".

Uitslag rijbewijshonders: 1. P. Kattestaart, in 1 uur 59 miv. 36 sec; .2. P. Keijzer, in 2 uur 3 min. 28 sec; 3. K. Hamstra in 2 nur 5 min. 8 soc; 4. 3. C.Lamons jr_ jn 2 uur 7 min. 3 sec.; 5. H. J. Muler, in 2 uur 3 min. 22 sec; 6. A. Rutgers, in 2 uur 9 min. 51 sec.

Uitslag veteranen: 1. J. C. Lamens Sr., in 2 uur 13 min. 31 sec.; 2. H. Rootring, in 2 uur 23 min. 29 sec.; 3. J. Plas, in 2 uur 35 min. 18 sec.

 

AMSTERDAM.VONDELPARK.(1923.09.22)

De wielerwedstrijd in het Vondelpark

Half twee. Het is nog leeg in het Vondelpark. Van liet Paviljoen af wandelen wij een eind op. Geen enkelen toeschouwer. Wat moet dat worden! Intusschen doet de lucht akelig. Even heeft het flink geregend, maar het is weer droog geworden, doch het firmament blijft angstig onheilspellend. Het Harmoniecorps van de Amsterdamsche politie in de tent speelt een vroolijken

Marsch, maar slechts weinigen die er naar luisteren. De “dierenvriend" is verdwenen, maar de musschen zijn gebleven. En de politiemannen hebben het liefdadigheidswerk overgenomen en voeren de gevederde vriendjes. Dan wordt de politie ingedeeld en de musschen moeten maar zien, hoe zij verder aan den kost komen.

Het blijkt inmiddels dat nog niet aan alle ingangen de kaartverkoopers zijn. Maar al waren zij er geweest, veel werk hadden zij nog niet gehad. Kwart voor twee. De zon komt — en het publiek. Het gaat nog wel kalmpjes aan, maar aan den ingang Stadhouderskade, wordt het toch drukker en drukker. Volle trams komen nu aan de Stadhouderskade en zij loopen leeg voor het groote hek, dat nu zoo feestelijk is gekleed met de dartel wapperende vlaggen. Twee uur. De lucht betrekt weer eens. Desondanks komt er gestaag wat meer publiek, maar heel hard loopt het niet. Hoeveel zijn er? Duizend, twee duizend. Het is moeilijk té schatten. Maar de 15.000 is nog lang en lang er niet bereikt! De zon blijft schuilvinkje spelen: Zoo zie je me. en zoo zie je me niet." Na tweeen komen de bezoekers van alle kanten opdagen. De stemming van leegheid is weg De meeste kantoren sluiten ook pas om één uur. Dan nog koffie drinken. En de wedstrijd begint pas half drie, zoodat ook voor twee uur slechts weinig publiek was te wachten. Nu stroomt het geleidelijk aan. Of het gehoopte aantal toeschouwers zal worden bereikt, kan natuurlijk eerst veel later vastgesteld. De muziek van de politie houdt er de vroolijkheid in. Alles wordt voor de aankomst in gereedheid gebracht. En voor de ontvangst van de autoriteiten. De burgemeester en de waarnemend hoofdcommissaris van politie, de heer Van Asneren, worden verwacht. In de vijvers snateren de eenden en begrijpen niets van dit ongewone gedoe. De musschen hebben den grooten weg verlaten en een veilige schuilplaats gezocht in de veel bosschages. De “rondo-bel" van het Stadion luidt proef...

In het Stadion

Tegen een uur of één begon het in het leege Stadion wat levendig te worden. Successievelijk arriveerden de renners uit de verschillende landen en de volgauto's. Een en ander werd hier nu noch in gereedheid gebracht en de onontbeerlijke wijzigingen in het programma werden bekend gemaakt. Eerst een tweetal; daarna meer.

En op het ogenblik dat wij dit schrijven, doet het zonnetje hardnekkige pogingen door de wolkenhaag te breken. Zal het lukken? Als het dan maar geen regen zal halen.. Het is nu droog en wij hopen maar dat het zo zal blijven ten bate van het Vondelpark. Daar komen ze langzamerhand uit het rennerskwartier. De motoren beginnen te  ronken. leder renner zoekt den wagen op achter welken hij moet rijden. Daar zijn de Hollanders in oranje, de Belgen in zwart. Duitschers in groen. enz. Ongeveer twee uur vertrekt de route naar het Vondelpark door velen op de fiets gevolgd. Nu is het zonnetje er. Het beschijnt het kleurige gedoe, op den weg. In een optocht van wel een K..M. lang gaat men langs den Amstelveenscheweg over Overtoom, Stadhouderskade, Jan Luykenstraat zoo naar het Vondelpark. Onderweg door honderden touschouwers tóegejuicht. Speciaal de Hollanders hebben overal een hartelijke ovatie in ontvangst te nemen. In het Vondelpark en bij het Paviljoen is de grootste drukte. Hier hebben zich eenige duizenden geschaard, om den intocht van de renners te aanschouwen.

't Is niet zóó geloopen als men het zich gedacht heeft. Niet wat betreft het sportieve succes van dit nieuwe gebeuren in, een park, waar anders vredig en rustig de wandelaars loopen en genieten van buitenlucht in middenstad. O, neen, wij hebben hier maar alleen het oog op het financieele van de zaak, waar het tenslotte toch maar om gaat.

Want het Vondelpark moet geholpen worden, het heeft geld noodig en op welke, wijze het er komt: dat is om het even. En nu kwam de heer Hogenkamp, een bekende figuur uit de wielerwereld, op de idee om op den inderdaad bij goed weer uitstekende hoofdweg van het Vondelpark een wegwedstrijd te organiseeren. Of neen: eigenlijk geen wegwedstrijd. Het was meer een wedstrijd op een reusachtigen aarden wielerbaan, omgeven door hoogboomde en waar ook in het middelveld boomen en struikgewas stonden. Dat was een goed idee. Maar o je.  Men had buiten den waard gerekend en in dit  geval was deze waard: Pliuvius, een oude bekende, die reeds veel op zijn geweten heeft, thans dat hij den wedstrijd in “de longen vau Amsterdam" in het water heeft laten vallen. Het had z' n mooi financieel succes voor het Vondelpark kunnen worden, wanneer Pluvius deze week een beetje minder van zich had doen spreken. En nu! Dagen tevoren regende het pijpesteeltjes. De wegen in het Vondelpark werden er niet beter op. Velen hadden natuurlijk reeds den avond tevoren besloten maar niet te gaan omdat het niks zou worden", „en toch wel zou gaan regenen". En toen nu de renners om ongeveer twee uur van bet Stadion naar het Vondelpark trokken, toen kwam de zon, zwakjes, door de wolken massa heen. De hoop werd levendig dat het een prachtmiddag zou worden, maar, nadat er, geloven we, een uurtje gereden was begon het te druppelen. En daarbij bleef het niet. Steeds donkerder werd de lucht. Onheilspellend donker. Tenslotte wierp de regengod de verlegenheid van zich en plaste, we zouden haast schrijven vroolijk, de dikke druppels in groote hoeveelheden en heel snel, op renners en belangstellenden, neer. Het duurde dan ook niet lang of de grintweg werd ~vet", en kwam een valpartijtje bij een der gevaarlijkste plekken en allengs verdwenen er renners van het tooneel. Maar ondanks dit alles is de wedstrijd een sportief succes geweest. Hij is verloopen op uitstekende, ordelijke wijze en er werd geen wanklankje vernomen. In ons avondblad van gisteravond hebben we nog het een en ander omtrent den wedstrijd kunnen mededeelen, maar terwille van de duidelijkheid herbalen we nog even de gebeurtenissen in de eerste ronden en de namen der renners in de volgende, waar er eenige foutjes in die namen zijn geslopen. Er werden gestart . Frankrijk: 1. Brunier, 2. Ville, 3 Laquehaye, 4. Cuvelier. Duitschland: 5. Geile, 6. Kohl. 7 Manthey, 8. Behrendt, 9. Michael, 10. Nörenborg, 11. Siewert. Engeland: 13. Selbach. Italië: 14. Torecolii. België: 15. Van Hevel. 16. P. v. d. Velde, 17. Lucien Buvsse, 18. Huvsse. 10. Dossche, 19. G. Debaets. 21 Mottiat, 22. Lambot, 23. Volbrecht. Nederland: 24. Straat, 25. Bekkering, 26; Höhle, 27. Wiersma. 28. Ikelaer, 29. Schlehaum. 30. Van Melis, 31. J. v. d. Wiel, 32, Maas (amateur), 33. Paymans, 34. Kleppenburg, 35. De Vreng. Zoodat dus uitgevallen zijn de Luxemburger: Frant z (nr. l2) .Marcel Buysse, Thvs, Debaets, Barthlemey en Koch.

Na het Schot van dên heer Van Eeghen, voorzitter van het Vondelpark, ging het er op los. Ging het voor hét vredige park ongewoon schouwspel beginnen.

Daar stoven de renners al voorwaarts, met een 25 K.M.-vaartje door den kochten. Rood, oranje, groen, zwart alles door elkaar. En wij persmenschen, in een auto er achter aan, zoodat we den wedstrijd goed konden volgen. Maar dat, bleek maar theorie. Niet dat de organisatie  daar schuld aan had. Integendeel, die heeft alles gedaan om het ons zo goed mogelijk naar den zin te maken. Neen de kamp tusschen al die hardfietsende mensen werd moeilijk gemaakt, door het feit, dat deze wedstrijd zoo moeilijk uit elkaar te houden was. Want de renners, die in een wegwedstrijd b.v Den Haag—Arnhem achter zijn, daar houdt, men geen rekening meer mede. Die zijn van het tooneel verdwenen. Maar hier was het anders. Al die renners sloten zich vroeger of later weer hij het een of andere peloton aan, zoodat het bijna ondoenlijk was om een duidelijk overzicht te krijgen. En dat euvel was in dé laatste helft van den kamp zeer groot. Het was een vragen van links en rechts en niemand wist het precies. Hier kon men ook niet de gewoonte van een baanwedstrijd volgen om eens eventjes bij den ronden tellers te vragen of

bij de jury te informeeren, omdat de eenvoudige reden, dat hier kilometers mee, gemoeid waren. En  wat heeft het eigenlijk voor doel om de lezers mede te deelen. dat A. in de Booveelste ronde aan het hoofd ging, gevolgd door E. of F. Dat C in die en die ronde een lekken band kreeg, weer een ander in een ronde later den kop had overgenomen en een poging deed om het peleton eens uit elkaar te trekken.

Anders was het, wanneer er zeer veel strijd in dezen kamp was geweest. Maar veel bijzonders gebeurde er. vooral in de eerste helft niet en wanneer een renner achterstand had te boeken, dan kwam dit voornamelijk, dat hij banden- of machinepech kreeg.

Er ging nog al eens een bandje aan. Dezelfde fietser soms drie in successie. En waar zoo'n  man totaal geen vergoeding van achterstand kreeg was het ondoenlijk om het hoofdpeleton in te halen, met het gevolg, dat er allengs strijders uit de arena verdwenen. Het is in zoon wedstrijd natuurlijk heel bezwaarlijk en practisch niet mogelijk vergoeding te geven, maar toch doet het o.i. wel eenigszins afbreuk aan de waarden van den uitslag. We zullen straks wel zien, dat dit juist is.

'Zo ging het ronde na ronde. Na het paviljoen het rechte eind op den Overtoom, de jury en rondentellers voorbijsnorrend. Dan het eind langs Willemspark en Van Eeghenstraat. waar de weg op een bepaalde plek heel slecht wijs. Zoo ging het rondenlang heel goed. Nu en dan trachtte er eens een weg te  loopen. Zoon kerel kromde de rug, ging half op de pedalen staan en in een ommezien was het peleton “uitgerekt". Net elastiek. Maar de slimmerds wisten wel wat zoo iets te betekenen had. Vele malen was dat geen serieuze poging. Dan trachtte die Belg of Duitscher of wie het was maar eens “slachtoffers” te maken. Dat wil zeggen de zwakkelingen achter te doen blijven.

Maar al die pogingen hadden noch geen succes en wanneer er een renner achterstand had te boeken, dan kwam dit voornamelijk door bandenpech.

Zoo zagen wij iv de “Grav" van den heer S. v. d. Mark; die op den gladden weg drommels op zn qui vivë moest zijn, vele malen een poging van de Belgen. Dat waren de gevaarlijke mannen. Die werden wel als de besten beschouwd en Van Hevel, die onlangs nog een belangrijken wedstrijd in Parijs om Longchamp won liet het ook terdege merken. Steeds aan den kop in het leidend peleton ..trok geweldig aan en in een bocht zag je dan de renners één voor één voorbij schieten. Niet in een plokje ten teeken, dat het niet hard ging.De belangstelling aan den kant werd gaandeweg iets beter. Hoofdzakelijk was dit te danken aan het feit, dat het weer zich nog even goed hield. Maar we gelooven stellig, hoewel een schatting hier heel moeilijk was. dat het aantal toeschouwers zeker een heel stuk onder de tienduizend is gebleven. En dat, terwijl er 30- a 40.000 werden verwacht.

Maar ter zake. Toen er tien ronden waren verreden, waren Höhle. Bekkering. Mijnthev en Lacqnehaye een ronde achter. De beste Hollanders hielden zich uitstekend tegen de “kanonnen". Maas, de amateur, deed niet voor zijn landgenooten profs en dito buitenlanders onder. Hij reed voortdurend met Van der Wiel. Ikelaar, Kloppenburg on Paymans aan het hoofd . Franschen en Duitschers. De laatsten deden in den beginne bijzonder hun best, demarreerden tallooze malen, maar konden het nie bol werken.

Nu en dan verscheen Schlebaum, de bekende Stayer, voor onzen wagen. Maar John had geen motor en zonder zoon ding was het toch zo gemakkelijk niet. De stayer kreeg bandenpech en we zagen hem later niet meer terug.. Maar zoo ging het met velen. En toen begon het spoedig te regenen, eerst zachtjes, daarop feller en feller, zoodat we in een korte spanne tijd der de kap, zonat als een poedel waren.

De renners gingen nu “werken". Tenminste zij die er geen last van ondervonden. In den tijd van een paar ronden zagen zij er onherkenbaar uit en nu waren zij ook moeilijk te volgen, omdat hun nummers niet meer te zien waren. Hun gezichten werden grauw van modder en zand en niet bijster aantrekkelijk.

Intusschen werd de weg slechter en slechter. En op het, punt met de diepe vliren in den grond, kwam het plots tot een valpartij, waarvan vijf renners de dupe werden. Paymans, - Toretelli. Laquehaye. Manthey. P. v. d. Velde vielen. Laquechaye kwam bij ons in den wagen. Hij had een armwonde, doch niet ernstig. Manthey scheen er een beetje erger aan toe te zijn, hoewel ook hier van geen ernstige verwonding sprake was. Dit geschiedde in de vijftiende ronde.

Toen bleken eenige renners nog mede te rijden, die vier of vijf ronden achter waren. Dat wil zeggen twaalf of vijftien K.M. Bekkering b.v. drie ronden. Torecolli vijf ronden, Wiersma twee ronden. En dat gaf de verwarring.

Ook voor het publiek was het natuurlijk moeilijk om te constatecren, wie precies aan het hoofd ging.

Langzaam, heel langzaam begon de wedstrijd zich af te teekenen. Belgen en Hollanders bleven in het hoofdpeloton, met één Franschman, De Engelsch- man was achterop geraakt en deed hardnekkig pogingen om in te halen, hetgeen niet gelukte.

En na de 20e ronde gebeurde eigenlijk, waar iedereen op gewacht had. Over het algemeen werd Van Hevel als de winnaar aangewezen. Nu demarreerde hij plotseling en nam goeden voorsprong. Langen, heel langen tijd reed hij alleen en zoo verkreeg hij een voordeel van driekwart rondo op Huyse Lucien Buysen, Kloppenburg. Maas, Va.n der Wiel, Ikelaar, Van Melis en Cuvelier, die ongeveer het hoofdpeloton uitmaakte. Later werden er nog groepjes gevormd uit deze renners met een onderling verschil van 50 M.. doch meestal duurde het niet lang of ze zaten weer bij elkaar. Tot het gebeurde, waar niemand op gerekend had. Van Hevel raakte de leiding kwijt en wel door het feit, dat zijn ketting brak. Zoo werd deze beste Belgische renner na 25 ronden oftewel ongeveer 85 km gereden te hebben buiten gevecht gesteld, met de overwinning voor oogen. Zie, dat is weer iets,  waardoor de sportieve uitslag van zoon rit weer minder mooi wordt en waarop wij hierboven het oog hadden. Maar niet zoodra was Van Hevel van het toneel verdwenen of Huyse nam een voorsprong met Lucien  Buysse en Douche.

Eenige Hollanders met een Franschman volgden deze Belgen en zoo kwam tenslotto het einde.

Huysse snelde het eerst over de eindstreep, onmiddellijk gevolgd door Lucien Buvsse en Doesche. Op een ronde volgden: Ikelaar en Maas en vervolgens nog een paar Hollanders en een Franpchman. De officieele uitslag luidt:

1. Omer Huysse (B).100 km in 2uren 53 min. 53 sec.; 2. Lucien Buysse (België): 3. Dossehe, (België)'. Op een ronde: 4. Ikelaar (Nederland): 5. Maas, (Nederland) ; 6. J. v. d. Wiel (Nederland) op meer dan een ronde: 7. Van Melis (Nederland): 8. Cuvelier (Frankrijk); 9. Kloppenburg (Nederland). De laatsten ruim een ronde.

 

ARNHEM-ARNHEM.(1923.08.26)

Reto-rit 1823.

Do Arnhemsche Wielerclub “Reto” hield Zondag een grooten nationalen betrouwbaarheidsrit voor wielrenners.  Het parcours, circa 110 K.M. lang, liep over Arnhem, Edo, Woudenberg, Amersfoort, Voorthuizen, Apeldoorn,

Woestehoeve, Arnhem.

Ingeschreven waren 9 amateurs, 54 nieuwelingen en 6 veteranen, die allen met uitzondering van 19 nieuwelingen om elf uur van het Arnhems Openluchtmuseum vertrokken. Het hoofdpeleton der amateurs, bestaande uit Tholenaars, Louwen, V.d. Berg en Jansen bleef tot Apeldoorn bijeen; op de heuvelenreeks tusschen Apeldoorn en Arnhem verkregen Tholenaars

en Louwen een voorspong, die door laatstgenoemde steeds werd vergroot.

Met circa 1 K.M. voorsprong op Tholenaars arirveerde Louwen (Nieuwer Amstel) het eerst aan het eindpunt.

Het hoofdpeleton der nieuwelingen bleef tot enkele kilometers van het eindpunt bijeen; toen maakte De Jong (Nieuwer Amstel) zich los en

in een scherpen eindspurt klopte hij den Retorijder Meuleman uit Arnhem. Zoowel bij de amateurs als hij de nieuwelingen zegevierden dus een renners uit Nieuwer Amstel.

Bij de veteranen behaalde Van Nieuwkoop de overwinning.

De volledige uitslag luidt:

Amateur: 1. C. Louwen, Nieuwer Amstel in  3 uur 55 min. 11 sec.; 2. W. Tholenaars, Nijmegen, 3. J.G. Jansen, Nijmegen;

Nieuwelingen: 1. C. de Jong, Nieuwer Amstel. 3 uur 50 min. 58 sec.; 2. G. H. Meulemans, Arnhem. 3. E. J, Keene, Utrecht,

Veteranen: 1. A. van Nieuwkoop, IJmuiden, 4 uur 9 min. 27 sec.: 2. C. M. J. Rombouts, Den Haag, 3. K. Mast, Nijmegen;

Extraprijs voor den snelsten Oostenlijke rijder: G.H. Meulemans, Arnhem;

 

APELDOORN-AMSTERDAM-APELDOORN.(1923.05.27)

De Apeldoornsche sportclub Gelria heeft gisteren haar eersten open wegwedstrijd gehouden, eon betrouwbaarheidsrit uit Apeldoorn—Amsterdam visa-versa. De deelnemers aan desen rit waren in twee categorieën verdeeld, amateurs en nieuwelingen, terwijl voor toeristen een tocht Apeldoorn—Amersfoort heen en terug gehouden word. Er was flinke deelneming, de amateurs van den Berg uit Amsterdam en F. Korstanje uit Arnhem , die zich wel hadden laten inschrijven, waren niet opgekomen. W. Tholenaars, uit Nijmegen, die wel bij den afrit aanwezig was, kwam niet uit om het buitengemeen slechte weer. 't Was bij den afrit hondenweer; de start zou plaats hebben om 10 uur, maar werd door de amateurs en nieuwelingen uitgesteld om den neerstroomende regen. De De toeristen werden echter wel om 10 uur gestart bij den echo-put  aan den Amerfoortschen weg. Daar zou ook de start zijn van de Amateurs en Nieuwelingen.maar  omdat de politie zich in de zaak mengde, werd te elfder ure het punt voor het starten verlegd naar Nieuw-Millingen, 16 K.M. van de kom van Apeldoorn af. Hier reden om 11.19 de amateurs en 15 min. later de nieuwelingen te gelijk af; voorbij Amersfoort hadden Koppen uit Amsterdam en zijn plaatsgenooten Adama, Vleghaar en Rikse zich van de overige amateurs losgemaakt en hij kwam om 1 uur 20 aan het keerpunt de Hakkelaarsbrug. Een halve minuut later kwam G. Stout uit Arnhem daar ook aan. Behoudens bandenpeoh en kleine stoornissen ging ook de terugweg vlot van stapel, door de overal uitmuntend getroffen maatregelen. Van de amateurs kreeg 1e prijs J. Vleghaar, Amsterdam, 2e J. Rikse, Amsterdam. 3e R. F. Adama, Amsterdam, 4e C. S. Koppen, Amsterdam, 5. J. Wentink, Apeldoorn, 6. G. Stout. 7. W. G. Meyerink. Arnhem.

Nieuwelingen: 1 J. van Boven, Amsterdam, 2. W. F. van Leeuwen, Amsterdam, 3. E. J. Koene, Utrecht, 4. Drewes. Amsterdam, 5. H. Smit, Amsterdam, 6. H. de Nooy, Deventer, 7. Th. Hartman, Amsterdam, 8. H. van der Wiel, Deventer, 9. G. van Boek, Apeldoorn, 10. J. Zwarte van Apeldoorn.

Van de toeristen was eerst aankomende J. ten Pas, Apeldoorn, buiten mededinging. Eerste prijs J. van 't Veld, Apeldoorn, 2. G. Hendrinks, -Nijmegen, 3. S. S. Wieg, Amsterdam, die als eerst komende toerist nog een extra-prijs kreeg. Extra-prijzen werden toegekend aan den oudstcn mededinger J. van Kuyk, Apeldoorn, 68, en aan den jongsten, J. van Cuyk, Apeldoorn, 14 jaar.

 

DEN HAAG-BRUSSEL.(1923.03.11)

Gistermorgen te vijf minuten voor acht heeft op de Groenmarkt te 's-Gravenhage het vertrek van de deelnemers aan den z.g. betrouwbaarheidsrit Den Haag—Brussel, welke door de residentierennersclub „Sparta" was uitgeschreven, plaats gehad. Even voor het vertrek sneeuwde het lustig, doch gelukkig smolt de sneeuw snel weg en toen het weer plotseling opklaarde, vingen de renners den 165 K.M. langen rit zeer opgewekt aan. Aan de. 58 inschrijvers verschenen er 18 aan de start, waaronder de beroepsrenners Leddy en Wouters en de bekende amateurs M. Peeters, Krijgsman, A. Kuys en Vreeswijk. Geloodst door eenige motorrijders en gevolgd door een zestal automobielen, waarin controleurs en menschen van de pers, vertrokken de renners, die in de binnenstad paarsgewijze reden, via Veenestraat en Wagenstraat naar den Rijswijkschen weg. waar zij z.g. vrij baan kregen om de 5route te Delft—Rotterdam—Dordrecht—Moerdijk—Breda —Ginneken—Strijboek— Oostmalle—Lier--Mechelen—Brussel.

Op weg naar Rotterdam — de verschrikkelijk slechte weg was nog zeer glad bovendien — kwamen tal van deelnemers te vallen gelukkig zonder zich te bezeeren. Direct na Rotterdam versnelde het tempo danig en onder leiding van Leddy had de eerste ernstige demarrage plaats, welke subiet slaagde. Want de beroepsrenner Leddy slaagde er in zich in gezelschap van den amateur Vreeswijk, den veteraan J. Janse en den nieuweling Junggoburth van de overigen los te maken. Ook Maurice Peeters meest loslaten, en hoe deze crack ook doorzette, toch slaagde hij er niet in voor den Moerdijk aansluiting te krijgen. Twee minuten na het genoemde hoofdpeloton arriveerden aan de pont M. Peeters, de nieuweling Eekhof en de veteraan Rutten. Aan de overzijde werd, met het tijdsverschil van aankomst, opnieuw gestart, en waar de hoofdgroep zeer wel begreep, dat het tweede peloton vaen deze gelegenheid zou trachten te profiteeren om de twee minuten achterstand in te loopen, zetten de leiders er naar Breda zulk een tempo in, dat de Liberty van den heer Adrian, welke ons in staat heeft gesteld dit verslag te leveren, het lekkere gezoem der grootere snelheid deed hooren. Ook na Breda, op het mooie weggedeelte naar de grens, bleef het 40 K.M. tempo er in, en toen de grens bereikt was bleek dat Peeters en consorten niets waren ingeloopen. Aan de grens geschiedden de formaliteiten dermate snel, dat geen der renners meer dan 14 minuut oponthoud had. Na het passeeren der grens, op weg naar Oostmalle en Lier, kon Junggoburth het door Leddey aangegeven tempo niet langer volgen en dat het hard ging bewees wel de controle welke aantoonde, dat het tweede peloton hier geen twee doch drie minuten achterstand boekte. Vijftien K.M. na de grens moest ook Vreeswijk de hoofdgroep verlaten. En toen Leddy tegen de heuvels in de nabijheid van Mechelen het tempo wat verminderde om den veteraan Janse terwiile te zijn, vermocht de rest, die inmiddels nog meer terrein had verloren, de beide leiders nog niet te naderen. Vergezeld van de uit Brussel tegemoet gekomen auto, waarin de heeren v. d Knoop en Hirschman waren gezeten en die als gids fungeerde, reden de leiders naar Brussel waar Leddy, die even voor de eindstreep Janse had afgeschud, zeer frisch de finish passeerde te 3 uur 36 min. (Holl. tijd). De aankomst. waar de heer de Caritat da Peruzzis de regeling had ter hand genomen, was als volgt: le Leddy, beroepsrenner, in 7 uur, 36 min., 15 sec.; 2e Janse, veteraan, 7 uur 36 min., 16 sec.; 3e. H. Rutten, veteraan, 7 uur, 50 min., 5 sec.; 4e. M. Peeters, amateur, 7 uur 51 min., 23 sec. (zeer frisch) ; 5e. Krijgsman, amateur, die een defecte ketting had gehad; 6e Eekhof, le nieuweling; 7e. H. Bakker, le beginneling; 8e. Heskes, nieuweling; 9e. Kuijf, nieuweling; 10e. Veldkamp, nieuweling; 11e. Slappendel veteraan; 12e. Lem, beginneling. Vreeswijk, die kort voor de finish, zooals door commissarissen geconstateerd was, een verkeerden weg had ingeslagen toen hij vóór Rutten (3e aankomende) reed en de finish van tegenovergestelde zijde passeerde, werd ook een derde prijs toegekend.

Bij de aankomst te Brussel (Cinquentenaire) was niet veel publiek aanwezig. Mogelijk waren de renners later verwacht..

 

DE HOLLANDIA-RIT DEN HAAG— ARNHEM.(1923.08.02)

De Belgen zegevieren over de geheele linie.

Het is een mooie dag geweest voor den Hollandiarit over 260 KM. De renners hadden geen beter weer kunnen treffen. ln den morgen was er juist voldoende wind om van een heerlijk verfrisschend koeltje te spreken. Alleen de laatkomers, die moeizaam den Leidschen weg moesten afsjouwen, hebben nogal last gehad van een sterken wind, die tegen den avond kwam opsteken. En laten we dan beginnen met de organisatie van de wegcommissie te loven. Daar mankeerde letterlijk niets aan. Overal langs den weg stonden de wachters met groene vlaggetjes óm den renners den weg te wijzen. En overal was de politie in actie om den menschen zooveel mogelijk vrij baan te geven. Vooral in Zeist was de politie keurig op haar post. Daar was de zaak wel het mooiste geregeld. Aan de algemeene organisatie ontbrak een ding. Theoretisch waren de auto's voor de pers geheel in orde. Maar in de praktijk is het daarop neergekomen, dat ik de profs eenmaal heb zien passeeren na het keerpunt bij Arnhem. De nieuwelingen zijn we vrijwel achterop gereden, de veteranen waren de eenigen die ik goed heb kunnen volgen. Het begon al bij den start. Ik had een keurig mooien wagen aangewezen gekregen, maar op een gegeven moment zag ik hem met andere heeren in de soepele kussens voorbij snorden. Laat ik onmiddellijk zeggen, dat de fout niet bij het bestuur van Hollandia zat. De heer Holtrop heeft alles gedaan wat in zijn vermogen was om de fout te herstellen. Met nog twee andere collega's, ook van Haagsche bladen, stonden we dus bij Boschhek, vrijwel moederziel alleen. Geen enkele auto was meer achtergebleven. Toen was het de heer Holtrop, die onmiddellijk zei, dan moeten we een huurwagen nemen. De garage D.A.R.I.S.M. werd opgebeld en tegen tien uur reed een wagen voor met een, dat bleek later, pracht-chauffeur. Denk u in: de profs, waren ons twee uur voor. Dat beteekende minstens 60 KM. Haal dat maar eens in. Maar het is een interessante jacht geworden. Allereerst reden we een pers auto achterop. Bandennech. Wij snorden voorbij en lachten, ondanks het onverkwikkelijke begin van den tocht. Dan zagen we Dijkstra van de veteranen, en na Utrecht Mast, Rombouts volgde gauw. Bij Zeist haalden we een clubje in van Slappendel, Nieuwkoop en De Jong. Voorbij Zeist reed Van Campen en een heel eind verder pas kregen we Sijbrands in de gaten. Onze auto snorde lustig verder. We hoopten allen voor Arnhem nog de profs, in te halen. Aber es, hat nicht sollen sein. Even voor Arnhem passeerden ons al op den terugweg Debaets en, De Jaegher, Belgen, en even later Honlet en Gesar Debaets. Daarbij zaten Rinus van der Wiel en de amateur Maas. Die had twintig minuten rust gehad in Arnhem. En ondanks dat zat hij toch nog vrijwel aan de spits. Bij het openluchtmuseum, even vóór Arnhems was het keerpunt. Daar was het een drukte van belang. De politie hield ruim baan. Tijdwaarnemers én controleurs waren druk in de weer. Want telkens kwamen er nu groepjes renners, vooral nieuwelingen, binnen. Voor de pers was het nogmaals pech bij het keerpunt. In onze eerste auto moesten weer officials en tijd- waarnemers mee, die tijdig op de Wielerbaan te Rijswijk aanwezig moesten zijn. Ik vond een plaatsje in den auto van mevrouw Laman, die haar zoon, die ook langs den weg was de nieuweling, volgde. Ook hier niets dan lof voor de welwillendheid en gastvrijheid van mijn gastvrouw. De tocht was keurig in haar auto. Er viel veel te genieten van het natuurschoon van Hollandse dreven, alleen, zooals vanzelf sprak, het was geen persauto, mevrouw! Laman bleef geregeld in de buurt van haar zoon. En zoo zijn we in een gezellig 30 KM. vaartje weer naar Den Haag gereden. Maar zoodoende heb ik niet veel anders gezien dan wat achterblijvers en wat laatkomers. Maar er was ook iets goeds te leeren. ledereen voelt het natuurlijk wel, dat het een heel eind is van hier naar Arnhem, en terug. Maar och, hoe gaat het. Als je in een gemakkelijk loopenden wagen zit dan weegt elké kilometer niet zoo zwaar. Dan ben je een eind weg voordat je er erg in hebt. Maar nu, nu we den jongen Laman geregeld in de gaten hielden, nu heb ik eerst recht gevoeld wat het beteekwnt niet alleen de sterke beenen te hebben om 260 KM. lang al maar aan te trappen, maar vooral om 260 KM. vol te houden en geestdriftig te blijven. Ik heb Jan Laman dan ook bewonderd. Eerst had hij een vriend geholpen, die geen sleutel bij zich had. Kort daarop liep zijn ketting af en toen was er geen enkele vriend die nu op hem wilde wachten. Na al dat oponthoud is hij alleen van Arnhem af op weg gegaan. Bij Utrecht had hij even een inzinking, maar allo, na even voor de spoorbaan gewacht te hebben, ging hij weer zingend op weg. En toen hij bij de controle hoorde, dat hij toch nog onder de prijswinnaars was, was hij niet meer te houden. Dat is volhouden en dat is taaiheid. En gelukkig is dat beloond. Hij kwam als veertiende binnen en won daardoor een medaille en den Juweelbeker.

Van de rest heb ik niets gezien. Kan er daarom ook niets van vertellen. Misschien willen Hollandia, en andere renvereenigingen hieruit leeren, dat, wil men een goed verslag hebben, de verslaggevers ook in de gelegenheid moeten worden gesteld, om een goed verslag te maken. Ongelukken onderweg zijn er zeer weinig gebeurd. Verschillende leden van den Gemeentelijken Geneeskundigen Dienst waren welwillend mede gegaan. Een nieuweling viel, bezeerde zijn heup en was duizelig. Een ander kneusde zijn schcudcr en een derde had te kiezen tusschen tegen een boerenkar rijden of de Vliet in. Hij koos de verstandigste partij en nam een frisch bad. Enkele anderen schaafden handen en beenen, maar zonder beteekenis.

Op de Rijswijksche wielerbaan was de finish. Er was tamelijk veel belangstelling. Om de bezoekers bezig te houden, zijn er eerst wat kleinere wedstrijden verreden, waarvan men hieronder de uitslagen vindt. Om vijf minuten over vijf kwam Sybrands binnen. Eerst dacht men, dat het Leddy was, maar Sybrands reed zijn twee rondjes op de baan en werd daarna enthousiast in de hoogte gestoken. Later is hij met bloemen gehuldigd. Hij heeft zijn 205 K.M. (de veteranen behoefden slechte tot de Klomp te rijden) in 7 u. 48 min. gereden. Om 5.30 kwam Nieuwkoop aan, om 5.31 Rombout, en nog een minuut later van Gampen. Om 5.33, arriveerde een peloton professionals, bestaande uit de Belgen van Hevel, Dejaeger, Verschueren. Gerard Debaets, Hellebaut, Thollenbeck, Honlet, Tallicu en Volbracht. Daartusschen zat de eenige Hollander Rinus van der Wiel. De profs moesten nog twee ronden op de baan rijden. Van der Wiel zette dadelijk de spurt in, maar de anderen bleven aan hem hangen. In de laatste halve ronde liepen ze hem voorbij en plaatste hij zich als numer 5. De tien profs deden dus over het geheele traject 9 u. 13 m. Successievelijk kwamen de andere renners binnen, allen met luid gejuich begroet. De geheele uitslag is als volgt: Professionals: 1. van Hevel; 2. De Jaegher; 3. Verschueren: 4. Gerard Debaets; 5. J. van der Wiel; 6. Hellebaut; 7. Thollenbeelc; 8. Honlet; 9. Tallieu; 10. Volbregt; 11. Dewaele. België; 12, Gesar Debacts. België; 13. Dossche, België; 14. Fransen,. Übachsberg. in 9. u. 37 min.; 15. Willem van Duyn. den Haag.

Nieuwelingen: 1. Heeren, Bosschenhoofd, tijd 9 u. 42 min.; 2. Terbracche, Rotterdam; 3. Siebenga. Den Haag; 4. van den Bosch. Vleuten; 5. van der Kloof. Zundert; 6. Knijff, Den Haag; 8. de jonge. Amsterdam 9. Duran, Den Haag; 10. de Vries, Den Haag; 11. Gramer. Amsterdam; 12. van der Ende, Den Haag; 13. Smeijer, Rotterdam; 14. Jan Laman. Den Haag; 15. Innemee, Den Haag. W. Hansen, uit Eindhoven, die pas 16 jaar is, en heelemaal alleen van Arnhem is komen affietsen, kreeg een troostprijs.

Amateurs: 1. Parfondry, België, tijd 9 u. 33 min.2. Louwen, Nieuwér-Amstel, 9 u. 48 m.; 3. de Wilde, België; 4. Koppen, Amsterdam; 5. Vlietman, Amster- dam; 6, Beets, Beemster.

Veteranen: 1. Sybrands, Amsterdam, tijd 7u. 48 m.; 2. Nieuwkoop, IJmui- den, 8 u. 13 min.; 3. Rombouts, Den Haag; 4. van Gampen, Rotterdam; 5. Slappendel, Voorburg; 6. Dijkstra, den Haag; 7. de Jong, Amsterdam.

 

HENGELO-HENGELO.(1923.08.26)

Betrouwbaarheiderit Hengelosche Wielerclub.

De Hengelosche Wielerclub hield gisteren een betrouwbaarheidsrit over Usselo, Goor, Delden, Hengelo. Er waren 13 deelnemers.

De uitslag was: 1. Peijs, Enschede; 2. Stenvers, Enschede; 3. Ter Horst, Hengelo.

 

1924

AMSTERDAM-DUIVENDRECHT.(1924.08.10)

Gisterochtend heeft de A. S. C. Olympia te Amsterdam een open betrouwbaarheidsrit gehouden voor amateurs, nieuwelingen en veteranen. De start was 's morgens zeven uur te Sloterdijk, vandaar liep het traject over Haarlem, Leiden, Utrecht, tot Duivendrecht, waar het eindpunt was. De afstand bedroeg 130 KM.

De uitslag is:

Amateurs: 1. L Wijnands, 2. L. Buurland, 3. J. O. Lamen, 4. C. Louwen, 5. A. Stephan, 6. M. Vlietman.

Nieuwelingen: 1. P. Keyzer. 2. A. Bark. 3. M. v. d. Wulp, 4. E. Wagner, 5. J. Semijns, 6. F. van Wijk.

Veteranen: 1. A. van Nieuwkoop, 2. J.C. Lamens Sr., 3. J. Bus, 4. H. Barkhuizen.

 

DEN HAAG.(1924.08.31)

Amsterdamsche overwinningen.

Gisterenavond is onder leiding van de R.R.C. Sparta de jaarlijksche Ronde van den Haag verreden. Van de 139 ingeschreven deelnemers verschenen er 112 aan den start op de boorlaan. De route ging (in het kort aangeduid) over Raamweg, Nieuwe Parklaan naar Scheveningen, dan via Westduinweg. Kranenbergweg, Laan van Eik en Duinen naar Loosduinen, van daar over den Leijweg naar Rijswijk en Voorburg, en over Schenkkade. Laan v. M.O-Indië en Leidschenstraatweg naar de Boorlaan terug. Deze route moest tweemaal worden afgelegd. Een belangrijke factor bij dergelijke wedstrijden is altijd het weer, en gezien de ervaring van de laatste dagen was men wel wat beducht op dit punt. Van den regen zelf hebben de renners echter maar weinig last gehad. Alleen kort na den start viel er een buitje. Met de gevolgen van den regen hadden zij echter meer te kampen. Vooral de buitenwegen hadden zeer geleden. Het ergst was wel de Leyweg, waar de modderpap zoo dik lag, dat de renners een voor een achter elkaar moesten „rennen" met een snelheid van 5 K.M. per uur. Wèl een contrast met de Laan van Nieuw. 0.-Indië, waar de maximum.snelheid (38 K.M. per uur) werd bereikt. De modder heeft natuurlijk vrij wat valpartijtjes veroorzaakt, waarvan de meeste gelukkig niet het minste letsel veroorzaakten. Pech had de Haagsche favoriet, de amateur Innemee, die gedurende de eerste ronde voortdurend door zijn demarreeren de leiding had, maar doordat hij de bocht Schenkkade—Laan v. N.-0.-Indië te scherp man, kwam te vallen. Hendriks en v. d. Berg vielen over hem heen. Met een kapotte knie reed Innemee nog verder. Bij de Boorlaan kreeg hij opnieuw pech, nl. een lekken band. Een renner, die geen kans meer had, stond aan Innemee zijn fiets af, maar een paar 100 M. verder moest hij opgeven, daar zijn gezwollen knie hem verder rijden onmogelijk maakte.

Ook Rien Bobbe werd door een val gedwongen op te geven. Hij kneusde zijn pols en moest door den Geneeskundigen Dienst worden verbonden.

De meeste belangstelling bestond natuurlijk voor de amateurs, waar in de tweede ronde het leidend peloton werd gevormd door de Hagenaars Th. Leene, N. Krens, E. Evenblij (Scheveningen) en Th. Peters, en de Amsterdammers J. C. Lamens. A. Muller en H. v. Noord. Evenblij was toen de man, die voortdurend demarreerde en een mooie kans scheen te maken. In tactiek legde hij het echter af tegen Lamens en Muller, die rustig achter in het peloton bleven, maar in den eindspurt de Hagenaars voorbijvlogen. De nieuwelingen hebden zich dit jaar wel bijzonder kranig gehouden. De snelste tijd in die afdeeling was 3 minuten minder dan die bij de amateurs. Ook hier gingen twee Amsterdammers het eerst over de eindstreep. De winnaar M. v. d. Wulp kreeg den Caravellis-wisselbeker voor den besten tijd, welke beker tweemaal moet worden gewonnen om definitief eigendom te worden.

Bij de veteranen behaalde J. Sybrands (Amsterdam) de overwinning. Hij deed er een min. langer over dan de snelste nieuweling. De organisatie van den rit was weer zeer goed. De weg was overal uitstekend aangegeven, en zoowel de motorbrigade van de Haagsche politie als de politie te Rijswijk en Voorburg hebben royaal hun door de organisatoren zeer gewaardeerde medewerking verleend om den wedstrijd te doen slagen.

De uitslagen zijn.

Amateurs: l. J. G. Lamens (Amsterdam) in 1 uur 52 min. 23 sec. ; 2. A. Muller (Amsterdam) ; 3. Th. Leene (den Haag) ; 4. N. Krens (den Haag) ; 5. H. C. v. Noord (Amsterdam) ; 6 G Evenblij (Scheveningen) ; 7. Th. Peters (den Haag).

Nieuwelingen. 1. M. v. d. Wulp (Amsterdam) in 1 uur 49 min 20 sec. ; 2. J. H. Kamp (A dam) ; 3. W. Kuys (den Haag) ; 4. A de Zwart (den Haag) ; 5. J. v. Tuil (den Haag) ; 6. J. Vermeulen (den Haag) ;7. B. Leene (den Haag). Veteranen. 1. J. Sybrands (Amsterdam), in 2 uur, 12 sec. 2. A. v. Nieuwkoop (IJmuiden). 3. van Heiningen (den Haag). 4. Frans Rutten (den Haag) ; 5. J. Immens (Adam de vader van den prijswinnaar amateurs). 6 G. J. Bood (Rijswijk). De prijsuitdeeling vond plaats in café Regina in de Wagenstraat.

 

DEN HAAG-BRUSSEL.(1924.03.16)

MET SPARTA DEN HAAG—BRUSSEL. Een sportieve prestatie. Slecht meer. Frans Leddy één. Vier en zeventig leden van Sparta zijn gisteren uitgekomen in den clubwedstrijd den Haag-Brussel, en het grootste deel heeft getoond den naam van Spartaan waardig te zijn, door den afstand van 170 K.M. met kracht, moed en volharding af te rijden, 't Begin was niet aanlokkelijk. Toen tegen zeven uur de renners, officials en bestuursleden in Reging in de Wagenstraat bijeenkwamen, was de morgen nog kil en mistroostig, omdat het de zon nog niet gelukt was door den mist, die plotseling was komen opzetten, te dringen. Maar de stemming onder de renners was er niet minder om. Om 7.25 u. gaf de voorzitter kamprechter F. W. J. Hirschman, het sein tot vertrek. De renners mochten tot voorbij Rotterdam den auto, waarin de kamprechter zat, niet passeeren. Dat was gedaan om te voorkomen dat er over den Haagweg en door Rotterdam gespurt zou worden. Want dat is te gevaarlijk. Zoo ging het met een vaartje van 25 a 30 K.M, op weg- Harder kon er ook haast niet gereden worden, want de mist trok in zware wolken over den weg, en belemmerde het uitzicht tot op 100 M. De heer Hirschman en de pers waren de gasten van den heer B. Waterreus met zijn Oldsmobile. Dat troffen we goed, want niet alleen dat de heer Waterreus een gezellig gastheer is, maar hij is ook een uitstekend en een voorzichtig chauffeur. Op den Haagweg maakten we kennis met een vriendelijk tolgaarder, die de mid- deleeuwsche barrière niet openen wou voor er betaald was. Het gevolg was, dat er een opstopping kwam! De renners moesten over het jaagpad tusschen de paaltjes door wringen, en toen de barrière openging, kon de auto de renners weer achterop rijden. Wat doen die tolgaarders ook nog op den weg! In Rotterdam een prachtontvangst. D.w.z. van de sportvrienden. Overal vlag- gen en heel veel bekijks. Zelfs een motorrijder als gids. De straten waren er verbazend glad. Oers viel en scheurde zijn broek, maar dat verhinderde hem niet om weer door te zetten. Na de bruggen en de hobhellge Rosestraat kwam de stoet op den Dordtschen straatweg en daar schreeuwde Hirschman door zijn onafscheidelijke megafoon : Los! En los gingen de jongens, Leddy, Oers, Kutten, de veteraan, voorop. Ze zetten er zoon vaart in, dat ze den auto, die  door den dikken mist niet zoo rijden kon als wij en de chauffeur wel graag wilden, voorbij snorden. En ieder, die wel eens achter renners aangezeten heeft, weet, hoe moeilijk het is den verloren kop weer in te halen. Het hoofdpeleton trok en trok om den stoet te rekken. Dat lukte heel langzaam, zoo langzaam, dat bij Zwijndrecht aan den pont vrijwel alle renners binnen de minuut aankwamen, zoodat allen achter elkaar weer konden vertrekken. Toen ging het op den Moerdijk aan. Duran was de eerste die pech had. We zagen hem langs den weg aan zijn achterband werken. Maar op wat kleine valpartijen na liep alles vlot van stapel. .

Om 9.55 kwamen we aan den Moerdijk. De renners met de jury gingen op de eerste boot over. De auto s moesten op de tweede pont wachten. En daardoor verspeelden we wel een half uur. Maar aan de overzijde van het breede water gekomen, bleek de mist een heel eind opgetrokken te zijn. De zon stond met een gezicht als van een hoemelbaron aan den hemel. Heèlemaal niet sportief. Nee, dan onze Oldsmobile. Die zette er een rustig, regelmatig vaartje in en daar passeerden we: eerst den grooten Mercedesautobus volgeladen met gas- ten, die ons voor uitgereden was naar Brussel. Ze hebben het helaas niet gehaald. Even over de Belgische grens kreeg de bus een lekken band en toen wij om 5 uur weer naar de Zuiderstoasie trokken, was ze nog niet aangekomen. Verder snorde de Oldsmobile en Waterreus lachtte. We passeerden Mast. van Heyningen Sr., voorbij Lage Zwaluwe zagen we v. d. Linden, van Heyningen jr., v. d. Rassel en Chr. Peters. Meyer, Barselaar, Zwaart. Blommesteyn en Nuyen reden in een peloton. Van der Meer was een eind verder op zijn eentje aan het spurten. Even buiten Rotterdam had hij pech gehad. Hij had nog juist de tweede boot kunnen halen en vol goeden moed reed hij nog wat hij kon, om ten minste te trachten geplaatst te worden. Om 11.15 u. passeerden we Ter Heyden, en zagen G. van Dijk aan het repareeren; om 11.30 Breda, waar ook keurig voor wegwijzing gezorgd was en waar heel veel publiek langs den weg stond. Daar zagen we Slappendel, van Oosten, van Gelder, v. d. Barselaar, P. Eekhof. Oudshoorn en A. F. de Zwart. De veteraan Fr. Rutten Sr. passeerden we een paar keer. Telkens en telkens had hij pech, dan een buitenband, dan pech, maar hij dacht niet aan opgeven, hij zette door, en dat is beloond geworden. Om 11.35 passeerden we Ulvenhout. en om 11.50 u. stonden we aan de Belgische grens. Het is de plaats een woord van dank te brengen aan den gezant, den Prins de Ligne. Door zijn zorgen was er voor extra-personeel gezorgd, het controleeren ging zoo vlot. dat de renners niet eens behoefden af te stappen.

Toen zaten we in België, het land waar de wielersport populair is. Dat ziet men wanneer men 1 K.M. het land in is. Toeristen stappen af, wandelaars gaan van den weg af, auto's stoppen, en let eens op, Haagsche tolgaarder, de barrierewachters bij de spoor doen de bekken nog even open om een renner door te laten. Rutten Sr. had natuurlijk weer pech. Bij elken spoorweg, overgang kwam hij even te laat. En eindelijk, in Hoogstraeten om 12.15 u. hadden we het hoofdpeloton ingehaald. Daar reden Leddy. Innemee, van Oers, Vreeswijk, Asberg. Krijgsman, Janse. Heskes, Bakker v. d. Kasteele. Knoop en Rutten Sr., die dus mooi had ingeloopen. En al maar verder ging het langs Rijckevorsel, Oostmalle en Oersel ja, al maar verder. Dat is zoo’n aardig gezicht uit een gemakkelijke automobiel, zelfs al ziet men er daarin door het stof uit als een moriaan, 't is o zo gemakkelijk geschreven en gelezen, dat verder. Maar als men zich even op de racefiets denkt, voelt men wat een prestatie het is, omverder, te gaan. Denk eens aan dat volhouden, aan die kleine malheurtjes, aan het demarreeren. Waut Leddy en Hulst met van Oers zaten geregeld te trekken. Eerst reden ze wat langzaam en dan opeens schoot er een vooruit ! En dan werkte de rest weer mee om vast te houden aan het peloton. Voorbij Oersel werd het v. d. Kustoele, Bakker en Asberg te machtig. Die zakten langzaam af. En Krijgsman had zoo’n pech. Zijn zadel brak en was niet meer te repareeren. Gelukkig vond hij een plaatsje in een automobiel. Maar zijn mooie kans was verkeken. Even voor Lier zakte ook Rutten Sr. af. Hij werkte later wat hij kon om in te halen, maar bij Lier passeerde het peloton de spoorbaan, toen kwam de trein aan en Rutten had voor de zooveelste maal pech en moest wachten. Om 2.13 uur passeerden wij Meenden, ontmoetten Belgische coureurs die met het windje achter over den weg stoven en daar waren we weer bij het hoofdpeleton, dat nu gedund was tot vier man: Leddy, van Oers, Hulst en Innemee. Nadat de mist was opgetrokken, en de zon een poging gewaagd had om te schijnen, was de wind opgestoken en kwamen dikke wolken aangedreven. De renners hadden den wind meest van voren of op zij en daarbij begon het ook nog te regenen. Aardig voor het stof, maar lang niet plezierig. Wij doken wat dieper in onze kragen en dassen, maar het hoofdpeleton had bij Quatre Bras even oneenigheid. Wie zou aan den kop gaan? Geen van vier scheen er zin in te hebben. Ze stonden met hun vieren te balanceeren maar dan opeens schiet Leddy uit, en rijdt wel 200 meter voor. De andere drie er achter. Maar ach, die pech. Eerst krijgt Hulst een lekken band. Van Oers loopt uit, haalt Leddy, die niets merkt, in, dan loopt ook zijn band leeg en Leddy kan onbedreigd doortrappen. Oers grijpt de fiets zonder zadel van Krijgsman en komt er achter aan, maar zijn mooie kans is verkeken.Wat jammer voor hem is. Om 3.39 u. arriveerden wij bij de Poort van Ginquantenaire. Daar stonden Hirschman, voorzitter van Oven, de heer van der Vet, die den heelen tocht had meegemaakt, en de heer H. Rohde met eenige afgevaardigden van den Belgischen wielerbond al te wachten. En toen noteerden wij: P. Leddy, professional (A klasse) in 8 uur 11 min. 13 sec, waardoor hij winnaar werd van den Sportpaleisbeker, aangeboden door Maatschappij Nationaal Sportpaleis te s-Gravenhage. Geldprijs groot f 40, eveneens aangeboden door Maatschappij Nationaal Sportpaleis en verguld zilveren medaille aangeboden door den Prins de Ligne. Tweede aankomende M. van Oers, amateur (A klasse) in 8 uur 13 min. 8 sec. werd winnaar van een zilveren krans, aangeboden door de heeren Logger en Polak en grooten beker, aangeboden door den heer A. Engelander. Derde aankomende Ph. H. N. Innemee, professional (A klasse) in 8 uur 13 min. 32 sec. werd winnaar van den grooten, beker uitgeloofd door den heer A. Rohde en geldprijs groot f 20, aangeboden door Maatschappij Nationaal Sportpaleis te 's-Gravenhage. Vierde aankomende G. C. Hulst, amateur (A klasse) in 8 uur 14 min. 2 sec werd winnaar van verguld zilveren-medaille aangeboden door mevrouw N. N. Vijfde aankomende G. Vreeswijk, professional (A kasse) in 8 uur 16 min. 13 sec. werd winnaar van een zilveren medaille, aangeboden door den heer N. N. en geldprijs groot f 10, aangeboden door Maatschappij Nationaal Sportpaleis te 's-Gravenhage. 6. Rutten, Veteraan. 8. 16 52; 7. Heskes 8. 19. 44; 8. v. d. Kasteele amateur, 6.19. 45 9. Bakker, 8. 29. 45; 10. Jungegeburth. 8. 32. 3; 11. Asberg, 8. 34. 3; 12. Grafhorst 8. 33. 5; 13. Janse, 8. 36 5: 14. van Ginkel 8. 39. 8; 15. van Bijnen 8. 30. 20; 16. Veltkamp 8. 50. 20; 17. Oudshoorn, 8. 32. 20: 18. van Oosten, 8. 55. 02, 19. Slappendel. 9. 2. 30: 20. j. G. Knoop Y. 8. 36; 21. R. Bobbe, klein Spartalid, 16 jaar, 9. 3. 36.

 

KAMPIOENSCHAP VAN NOORD-NEDERLAND.(1924.08.10)

Kampioenschap van Noord-Nederland

Gisteren is het Noordelijk wegkampioenschap 1924 verreden van Assen over Rolde, Veendam, Heiligerlee en Groningen terug naar Assen (104 K.M.). Deelnemers waren, Straling, Kok en Jalvingh uit Assen, Nankman, Groningen, Thöne en Knigge, Nieuwbuinen, Van Ginneken, Veendam. Katt, en Poll, Visvliet;

De uitslag us als volgt: 1 werd Thöne in 3 uur 42 min. 65 sec., 2. Jalvingh ½ wiel, 3. Straling 1 lengte, 4. Knigge 1 lengte.

Als starterkamprechter fungeerde de heer Feiters uit Leeuwarden, provinciaal vertegenwoordiger