KOLLUMERZWAAG.(1982.09.07) Bert Wekema superieur in ronde van Kollumerzwaag De amateurronde
van Kollumerzwaag werd dinsdagavond een prooi voor Bert Wekema en daarmee kreeg dit evenement dat voor de vijfde
maal werd georganiseerd evenzovele malen een Batavus-coureur als winnaar. Het begon in 1978 allemaal
met de huidige ploegleider Piet Hoekstra. Daarna volgden Gerard Schipper, Jan
Spijker en Gerrit Brokelman. De zege van de Peizer timmerman Bert Wekema
stond al in een vroeg stadium vast. Na een levendige openingsfase met Wekema en Dries Timmer als dominerende figuren, viel na z’n 40 van de Met een verwoestende
temposlag verkleinde Schipper het gat voldoende om Henk Siegers
Dries Timmer en zijn huisenhoog favoriet
ploegmakker Bert Wekema bij de koplopers te laten
aanpakken. Omdat Jan van Erp-vedette Dries Klein en
ook de Herman Snoeijink-clan (behalve Herman zelf
zijn broer, Gerrit Möhlmann en Han Vaanhold de slag hadden gemist hadden Batavusen
en NMB/Peddelaars-renners enige tijd houden en
keren om hun ploegmakkers in de kopgroep te beschermen. De vele
“kanonnen” in de hoofdmacht konden deze weerstand niet breken, waardoor de
sterkst bezette ronde op Friese bodem ging vervlakken. Pas nadat de kopgroep
in de slotfase een voorsprong van ruim een minuut had opgebouwd, werd
toegestaan dat het peloton door een demarrage van Luit Ottema
scheurde en zich een jachtgroep van zeventien renners vormde. Een gevaar voor
de zes frontstrijders vormden zij evenwel niet meer. Nadat Bert Wekema ruim opstreek door als
eerste het peloton een lap te geven, begon de Peizenaar
zijn conkurrenten te testen. De reakties waren zwak en met nog twee ronden te gaan, oftewel zo’n Na een moedige
jacht sloot hij aan en in tegenstelling met Siegers
waagde Roelinga ook nog een schuchtere poging om Wekema te verrassen. Het leverde hem een zeer eervolle
tweede plaats op. De hoogst bereikbare positie, omdat Wekema
nu eenmaal een van de allerbeste amateurs in Nederland is, hoewel de
keuzeheren voor de WK in het Engelse Goodwood daar
om onduidelijke redenen anders over dachten. Het betekende
voor Wekema de twaalfde seitoenzege
en dat mag als een onwaarschijnlijk
hoge score gezien worden, omdat hij door het vele klassieke werk nog maar
betrekkelijk weinig criteriums reed. Zelf had hij nauwelijks getwijfeld aan
de winst. “Die kopgroep voldeed wel. Het rijdt gemakkelijker dan in het
peloton. In de slotfase heb ik eens wat geprobeerd en toen er
meteen al drie afvielen zat het wel goed.” De Heerenveenster Willem Roelinga
was zielsblij met zijn tweede stek. “Het was voor mij een
alles of niets poging, maar die Wekema ging zo
verschrik- kelijk hard dat er toch niet meer dan
een tweede plaats in zat.” Siegers kon dat realisme niet opbrengen. ,,lk
heb gereden om te winnen. Ik heb nu in korte tijd
twee tweede en twee derde plaatsen hehad en dat is
niet erg bevredigend. Na Marrum was ik liever voor de tweede maal eerste
geworden. Gerard Schipper
stelde zich bescheidener op, reed volledig in dienst van de ploeg en won
daarmee zo mogelijk nog meer aan sympathie. Hij mag
zich teslotte wereldkampioen noemen, een wapenfeit
waarvoor hij in Kollumer- zwaag
door Hepie en Hepie in de
“houdgreep” werd genomen. Schipper was daar tevreden mee. Tevreden was vooral
ook Wolter Zwart als assistent-ploegleider van Batavus en eveneens als
bestuurslid van het Heerenveense Olympia. De
uitslag slag was:
|