RONDE VAN DRENTHE.(1981.04.11)

Eindelijk loon naar werken voor RON SNIJDERS

Het kon eigenlijk niet uitblijven. Wie de amateurklassiekers aandachtig volgt 'voelde' dat de eerste grote uitslag van Ron Snijders eraan kwam. De eerste triomf in eigen land dan, want nadat de 21-jarige Zwanenburger achtereenvolgens vierde werd in de Ster van Zwolle, derde in de Ronde van Zuid-Hol­land, tiende in de Omloop van de Glazen Stad en tweede in de Hel van het Mergelland, won hij in het eerste weekeinde van april al wel in Belgie de vierdaagse Ronde van West-Vlaande­ren. Maar in de Nederlandse klassiekerlijst ontbrak de naam van Ron Snijders nog. En ... lang zag het er ook naar uit dat ook deze zege in de 20e Ronde van Drenthe de zoon van - als mecanieker in de wagen van Meubeldroom alom aanwezige ex-coureur Willem Snijders niet ten deel zou vallen.

Maar zie, in een boeiende finale kreeg de koers van NMB-Fabo Sport-De Peddelaars een formidabele ontknoping. Liep het al­lemaal toch weer anders dan bij de eerste doortocht in Hooge­veen (met nog zo'n 35 km voor de wielen) werd verwacht. Snijders, mee naar het front gegaan om de belangen van zijn ploeggenoot Toon van der Steen te beschermen, zag zijn kans en hij greep die. Op een indrukwekkende wijze, want de rappe Bataaf-coureur wachtte niet op een sprint, waarin hij (met de al even vlugge Ad Dekkers als concurrent) misschien opnieuw zou worden geklopt. Nee, Ron Snijders kwam in Hoogeveen alleen aan. Won met voorsprong. 'Omdat dat toch eigenlijk veel mooier is,' grijnsde hij vlak voor de huldiging.

De doorbraak dus van het talent dat in 1976 op het autocircuit van Zandvoort naar de nationale titel bij de nieuwelingen sprintte. Voor de renner ook die als eerstejaars junior drie maal in de 'klassiekers' toesloeg. Het jaar daarop ging het al een stuk moeizamer. En als debutant bij de amateurs kwam hij, in de ploeg van Jan Janssen, hooguit ook tot de aanduiding “verdienstelijk'. Ron verrastte- in clubshirt- nog wel tijdens de slotrit van de Driedaagse van Noord-Holland de al met beide handen omhoog finishende Pim Bosch, maar echt 'pot­ten breken' deed hij niet.

'Vorig seizoen,' voegt hij er zelf aan toe, 'was het helemaal sukkelen. Ik was veel ziek. Het ging gewoon niet.' Wat een verschil met de eerste weken van 1981. Ron Snijders is niet uit de eerste waaier weg te denken. Z'n keuze in de 'werkgroep' van wegcoach Piet Liebregts verraste dan ook niemand. Wie er in de heuvels van Limburg en in weer en wind in de Zwolse Ster met de besten mee kan, hoort immers gewoon in die selectie thuis.

Dat Ron Snijders in de etappewedstrijd in Vlaanderen zo for­midabel presteerde was wel opmerkelijk. Ook in de tijdrit handhaafde de Noordhol- lander zich goed. Een andere voor­bereiding op het seizoen dan in vorige jaren? 'Nee hoor,' weet hij. 'Ik heb niets bijzonders gedaan. Alleen ben ik niet naar het buitenland gegaan. Maar daar zal het verschil in prestatietoch niet aan liggen.'

Een stimulans voor Snijders moet verder toch zeker uitgaan van het verrassende niveau waarop het toch bescheiden ploegje van Meubeldroom zich manifesteert. Zonder dat een kanon als Herman Snoeijink nog in stelling is gebracht was de zege in Drenthe al de tweede klassieke triomf van ploegleider Hak. Ook de Omloop van de Baronie bracht Meubeldroom, met Toon van der Steen, al in de publiciteit. De suprematie van Gazelle, Jan van Erp, Amstel en Driessen (beide laatste ploe­gen zijn nog zonder grote uitslag) is dus te doorbreken. Meu­beldrooms prestaties zouden de andere gastren- nersvereni­gingen kunnen inspireren tot een wat gretiger greep naar de prijzen.

Trouwens, de 20e Ronde van Drenthe bracht, met een indruk­wekkend sterk deelnemersveld, al een wat ander beeld dan de maart-klassiekers. Natuurlijk, ook het weer droeg daartoe bij. Plotseling temperaturen boven de 20 graden; een lekker zon­netje: dat vraagt enige aanpassing wanneer je een week eer­der nog in de bijtende kou hebt gefietst.

Gelukkig ontbtak de wind in Drenthe niet. De voornaamste moeilijkheids- factor bleef in de wedstrijd. Een koers die veel­belovend begon. Al kort na het vertrek spatte het veld uit elkaar. Met achterin twee daar niet verwachte 'namen'. Gerard Veldscholten, de tijdrijder die met de waaier nog altijd bij­zonder veel moeite heeft, en Hagenaar Henk van Weers. Net terug uit Marokko, waar hij een rit won en op een keurige zevende plaats in het eindklassement kwam. Maar Van Weers fietste in Drenthe 'achteruit'. Met nog zes anderen probeerde hij bij Beilen, toen de rode lichten bij een spoorwegovergang knipperden en de trein nog niet in zicht was, de achterstand te beperken door de rode jury-vlag te negeren. Dat betekencle meteen voor die groep dat de wedstrijd ten einde was. Uit koers dus.

Vooraan op de smalle wegen was er ook een ontwikkeling van betekenis. Bert Wekema (Batavus) en Erwin Ummels (Brou­wers) sprongen weg. Elf man sloten aan en op weg naar Dwin­gelo (60 km) groeide de voorsprong razendsnel tot meer dan een minuut. De namen van die elf: Toon van der Steen (Meu­beldroom), Jan Feiken en Berry Zoontjens (Driessen), Gino Ammerlaan (Gazelle), Han Vaanhold (De Uitkomst), Jannus Slendebroek (Jan van Erp), Henri Manders en Maarten de Vos (Brouwers), Henk Havik (Amstel), Jan Uitham (NMV Gronin­gen) en Gerrit Brokelman (de Batavus-man in het shirt van zijn vereniging NMB-De Peddelaars).

Jan van Dam (Expert) en Arno Meems (Transvemij) probeer­den nog iets terug te doen, maar de samenwerking vooraan was prima. Het gat groeide en groeide. Tot zo'n 2 1/2 minuut zelfs. Dat zag er aardig uit. Brouwers met drie man vooraan; Driessen met twee: een andere winnaar in Drenthe dus dan Peer Maas of Rene Koppert, die beiden in het laatste deel van het peloton raakten na respectievelijk een lekke band op een zeer ongunstig moment en een valpartij.

Vooraan werkte intussen al lang niet iedereen meer mee. Am­merlaan (de winnaar van de Drentse Dorpenomloop vorig jaar nog) Wilde en kon niet meer. Langzaam immers probeert de Westlander de conditionele achterstand op de anderen (ont­staan door een periode van bijna een jaar zonder competitie) in te halen. Maar de weg voor de (te) vaak zieke Ammerlaan is

lang en hij zou ook als eerste van de dertien moeten lossen. Ook Feiken (waarom niet?) kwam zelden op kop. De linke Veendammer mag een voorbeeld nemen aan zijn provincie­genoot Jan Uitham. De 21-jarige zoon van de marathon­schaatser koerste ongetwijfeld een van zijn laatste wedstrijden in clubtrui. Want wie, in zijn tweede jaar op de fiets, zoveel klasse uitstraalt (ook al bij de 5e plaats een week eerder in Groningen) moet toch door de leiding van de sponsorteams worden opgemerkt.

De inspanning van Uitham (en ook De Vos, Van der Steen - erg sterk terug na een lekke band-, Brokelman en Zoontjens) konden echter niet voorkomen dat de spits van het peloton naderde. Een minuut was het verschil nog na 125 km. Het gevaar leek minder dan een half uur eerder toen in nauwelijks vijftien kilometer de kopgroep een minuut verspeelde, maar toch kozen Van der Steen, De Vos en attent meespringencle Wekema het zekere voor het onzekere. Ze waren weg. En bij de jacht op dat trio moesten achtereen- volgens vooraan Havik, Ummels en Feiken loslaten.

Ook Slendebroek verdween bij de kanshebbers, maar voor de Beilenaar was een lekke band de reden. Zoontjens en Uitham zouden de volgende slachtoffers zijn. De voorsprong van de drie op kop bedroeg intussen nog een halve minuut op Vaan­hold, Brokelman en Manders en nog eens zoveel op de aanstormende rivalen.

Van wie Tiny van Rijsbergen (Driessen) even voor de groep uit reed. Ploegleider Henk Stevens had graag, voor zijn vertrek naar de 'Week van Bergamo' de eerste triomf in 1981 van zijn ploeg begroet. In dat kader paste ook de volgende actie van Ad Dekkers, die een week eerder in Bladel de Ster tot zijn teleur­stelling op een massasprint zag uitlopen. Met Dekkers sloop Ron Snijders mee. 'Eerst alleen aan het wiel, want ik dacht eigenlijk dat Toontje (van der Steen) vooraan toch de rapste zou zijn. Maar toen ik zag dat we weg waren, heb ik wel mee gereden,' bekende Snijders later.

Dat leidde in de laatste tien kilometer tot een kopgroep van vijf man: Van der Steen, Snijders, Wekema, Dekkers en De Vos. Met op een halve minuut acht achtervolgers: Egbert Koersen en Jan Spijker (Batavus), Johan Lammerts (Driessen), Jannus Slendebroek (Jan van Erp), toch nog Dries Klein (Gazelle), Henri Manders (Brouwers), Brokelman (NMB) en Van Rijsber­

gen (Driessen), die even daarna werden bijgehaald door Teun van Vliet (Amstel), Gerrit Solleveld (Jan van Erp) en Han Vaan­hold (De Uitkomst).

Versplinterd ging het veld de finale in. Ook vooraan kwam het niet op een spurt aan. Daarvoor zorgde Ron Snijders. Drenthe mocht trots zijn op zo'n winnaar. Tekst: Henk Kruithof

0

RONDE VAN DRENTHE.(1981.04.11)

0

Amateurs:

 

1

Ron Snijders

Zwanenburg

2

Ad Dekkers

Udenhout;

3

Bert Wekema

Peize;

4

Antoon van der Steen

Bruinisse;

5

Maarten de Vos

Maastricht;

6

Jan Spijker

Kampen;

7

Henri Manders

Drunen;

8

Egbert Koersen

Emmeloord;

9

Jannes Slendebroek

Geldrop;

10

Teun van Vliet

Maasland;

11

Tiny van Rijsbergen

Sprundel;

12

Gerrit-Jan Brokelman

Hardenberg;

13

Dries Klein

Ter Apel;

14

Johan Lammerts

Bergen op Zoom;

15

H. Vaanhold

Haaksbergen

16

Gerrit Solleveld

De Lier;

17

Hans Boom

Markelo;

18

F. van Bakel

Deurne

19

Peter Damen

Drunen;

20

Frank Moons

Mierlo-Hout;

21

J. van Dam

Muntendam

22

Luc Oosterhof

Assen;

23

Jan Sparnaaij

Aalsmeer;

24

Bennie Brouwer

Balkbrug;

25

Gerry Takens

Haren;

26

Jan Uitham

Groningen;

27

Berry Zoontjens

Tilburg;

28

Jan Feiken

Veendam;

29

Albert Jansen

Vries;

30

Erwin Ummels

Maastricht;